4.2.: Migranten in de drie wereldsteden

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Fijn nieuw jaar gewenst voor u allen!
Herhaling paragraaf 4.2 en start 4.3
Welke invloed heeft de nationale en internationale migratie gehad op de steden in de VS?

Slide 3 - Tekstslide

Welke deelvraag van blz 128 vind je nog lastig? graag typen

Slide 4 - Open vraag

Waarom zijn er veel mensen geëmigreerd naar de Verenigde Staten(en Australië,etc.)?

Slide 5 - Open vraag


Waardoor verlieten veel mensen Europa?

Slide 6 - Open vraag

Waardoor kwam de emigratie vanuit Europa in de 19e eeuw in een stroomversnelling?

A
Kettingmigratie vanuit Europa
B
Oorlog in Europa
C
Werkgelegenheid in de VS
D
Uitvinding en gebruik van stoomschepen

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide


In New York vind je typische migrantenwijken. Waar zijn deze op gebaseerd?
A
Culturele kenmerken
B
Demografische kenmerken
C
Economische kenmerken
D
Politieke kenmerken

Slide 12 - Quizvraag

Sommige oorspronkelijke bewoners voelen zich niet meer op hun gemak in hun wijk door de nieuwkomers. Ze gaan dan verhuizen. Zo komen steeds meer huizen vrij voor nieuwe groepen migranten. Dit noem je:
A
Invasie
B
Successie

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat is een opvallend bevolkingskenmerk in Washington D.C.?

A
Er wonen alleen blanken
B
Er wonen veel Afro-Amerikanen
C
Er wonen voornamelijk hispanics
D
Het is een multiculturele stad

Slide 16 - Quizvraag

Waarom was het zo belangrijk dat Afro-Amerikanen in Washington D.C. kwamen wonen?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

'In LA groeide de bevolking aanvankelijk door de binnenlandse migratie'. Geef hiervoor een verklaring.

Slide 19 - Open vraag

Waarom wonen er veel hispanics in L.A.?

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Werkboek 4.2.
Blz. 65+66
opdracht 2,3,4,5,6 en 8

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 3a: Uit welke twee delen van de wereld komen de migranten na de Tweede Wereldoorlog vooral?

Slide 25 - Open vraag

Opdracht 3b

Bedenk een verklarende vraag voor de naoorlogse verandering in de samenstelling van de migratie naar de V.S.


Waarom immigreerden na de Tweede Wereldoorlog naar verhouding steeds meer mensen uit Azië en Latijns-Amerika maar de V.S. en relatief minder mensen uit Europese landen?

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Situatiebeschrijving:
Wat was de situatie vlak na WOII in de VS, Europa en Latijns-Amerika/Azië?

Slide 28 - Open vraag

Situatiebeschrijving
In veel Aziatische en Latijns-Amerikaanse landen was de armoede groot. Landen waren onderontwikkeld en de bestaansmogelijkheden beperkt (situatie in Latijns-Amerika en Azië). Europa bevond zich aanvankelijk nog in een ontredderde toestand na de Tweede Wereldoorlog (situatie Europa).
De V.S. waren relatief rijk en minder door oorlog getroffen.
De ligging van Latijns-Amerikaanse landen ten opzichte van de V.S. is gunstiger dan ten opzichte van Europa.

Slide 29 - Tekstslide

Oorzaak:
welke gebeurtenis zorgt ervoor dat de emigratie uit Latijns-Amerika/ Azië zich voordoet en niet meer vanuit Europa?

Slide 30 - Open vraag

Oorzaak
Het perspectief op verbetering van de sociaaleconomische situatie in Latijns-Amerika en Aziatische landen leek steeds uitzichtlozer; de armoede nam in veel landen toe. In Europese landen keerde de rust weer en vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw verbeterde de welvaart in veel West-Europese landen.

Slide 31 - Tekstslide

Gevolg
De immigratie vanuit Latijns-Amerika en Azië naar de V.S. nam toe. Vanuit de Europese landen daalde de emigratie naar de V.S.

Slide 32 - Tekstslide

Algemene regel/ Verklarend principe:
Wat is een algemene regele t.a.v. immigratie en emigratie?

Slide 33 - Open vraag

Algemene regel/ verklarend principe
Migratie vindt plaats vanuit gebieden waar veel pushfactoren voorkomen naar gebieden waar pullfactoren overheersen.

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide