Het brein

Waar bestaat het centrale zenuwstelsel uit?
A
Grote en kleine hersenen
B
Hersenen en het ruggenmerg
C
Ruggenmerg
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare school

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Waar bestaat het centrale zenuwstelsel uit?
A
Grote en kleine hersenen
B
Hersenen en het ruggenmerg
C
Ruggenmerg

Slide 1 - Quizvraag

De hersenen
Hersenen bestaan uit 3 onderdelen:

  • grote hersenen
  • kleine hersenen
  • hersenstam



Slide 2 - Tekstslide

Grote hersenen
Waarnemingen worden verwerkt (bewust)
Hersencentra

Gevoelscentra

Bewegingscentra

Slide 3 - Tekstslide

Grijze en witte stof

Grijs (= de schors): Schakelcellen

Wit (= het merg):
 Uitlopers van schakelcellen

Slide 4 - Tekstslide

Kleine hersenen

Regelen:
Coördinatie van bewegingen
Evenwicht

Slide 5 - Tekstslide

Hersenstam
Ligt in het verlengde van het ruggenmerg

Regelt:
onbewuste processen (ademhaling ,hartslag) en reflexen (pupilreflex)

Slide 6 - Tekstslide

Hersenstam
Verbinding:

 Tussen hersenen en ruggenmerg.

Met zenuwen die van de zintuigen in hoofd en hals lopen

Met zenuwen die naar spieren en klieren in hoofd en hals lopen



Slide 7 - Tekstslide

Het zenuwstelsel beïnvloeden
Stoffen die de werking van het zenuwstelsel beïnvloeden:
Medicijnen, tabak, drugs en alcohol.

Deze stoffen kunnen het doorgeven van impulsen remmen of stimuleren. 

Slide 8 - Tekstslide

Medicijnen en drugs
Morfine: zorgt ervoor dat impulsen vanuit pijnzintuigen de hersenen niet meer bereiken = geen pijn.

Nicotine: stimuleert hersenen stoffen aan te maken die je een goed gevoel geven.
Drugs kunnen stimulerend (XTC, cocaïne) of verdovend (wiet, alcohol) zijn. Waarnemingen gedaan door de zintuigen kunnen vervormd worden. 

Slide 9 - Tekstslide

De hersenen bestaan uit...
A
Grote hersenen, kleine hersenen en ruggenmerg
B
Grote hersenen, hersenstam en ruggenmerg
C
Kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg
D
Groter hersenen, kleine hersenen en hersenstam

Slide 10 - Quizvraag

Iemand hoort een harde knal en draait zijn hoofd om. In welk deel van de hersenen vindt bewustwording van dit geluid plaats?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenschors
D
Hersenstam

Slide 11 - Quizvraag

Welke gedeelte van de hersenen ontvangt en verwerkt impulsen?
A
Bewegingscentra van de grote hersenen
B
Gevoelscentra van de grote hersenen
C
Kleine hersenen
D
Hersenstam

Slide 12 - Quizvraag

Welk deel van de hersenen zorgt voor het coördineren van bewegingen?
A
Kleine hersenen
B
Grote hersenen
C
hersenstam
D
hypofyse

Slide 13 - Quizvraag

Welk onderdeel van de hersenen is een verlengde van het ruggenmerg?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam
D
Bewegingscentrum

Slide 14 - Quizvraag

Iemand met de ziekte van Huntington maakt vaak ongewilde bewegingen en kan zijn bewegingen niet goed coördineren. Welk deel van de hersenen werkt bij iemand met deze aandoening niet goed meer?
A
Grote hersenen
B
Hersenstam
C
Kleine hersenen
D
Hiervoor is er te weinig informatie

Slide 15 - Quizvraag