Les 2

Participatie
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Participatie

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Hoofdstuk 1, 2 uit het boek dagbesteding
Theorie bespreken
Opdracht onderzoek Participatie
Thema 1 maken in je werkboek

Slide 2 - Tekstslide

Dagbesteding
is een doelgerichte, zo veel mogelijk zingevende gestructureerde invulling van activiteiten om de tijd die je tot je beschikking hebt te besteden?

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdstuk 1 + 2
Benoem de 4 aspecten die een rol spelen bij dagbesteding?
Noem voorbeelden van zaken die je je cliënt kan aanleren? 
Wat is het doel van bezigheidstherapie?
Wanneer spreken wij van gelijkwaardigheid?

Slide 4 - Tekstslide

Vier aspecten
De persoon die aan de dagbesteding meedoet;
de aard van de dagbesteding zelf;
de omgeving waarin de dagbesteding plaatsvindt;
de waarde van dagbesteding

Slide 5 - Tekstslide

Wat kan je de client aanleren?
Gedrag;
Zingeving;
Competenties;
Werken
Vrije tijd
Scholing

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het doel van bezigheidstherapie?
A
dat een cliënt een voor zich kan blijven uit staren
B
dat de aandacht van de cliënt af te leiden van zijn en hem een aangenaam tijdverdrijf te bieden
C
dat een cliënt zijn tijd uit zit
D
dat een cliënt niet hoeft na te denken en met iets bezig is

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer spreken wij van gelijkwaardigheid?
  • Wanneer wij NAAST een cliënt staan';
  • Het voeren van dialoog over de kansen en mogelijkheden van de cliënt;
  • Er is continu sprake van wederzijdse communicatie.

Slide 8 - Tekstslide

Huiswerk
Hoofdstuk 1, 2 uit het boek dagbesteding

Thema 1 maken in je werkboek

Slide 9 - Tekstslide

Waarom dagbesteding
Zonder dagbesteding is het voor de cliënt lastig om te participeren. Er is geen invulling van de dag en zingeving.

Slide 10 - Tekstslide

Participatie
is het als volwaardig burger kunnen deelnemen aan wat er in de samenleving gebeurt. 

Slide 11 - Tekstslide

Het indelen van participatie
Participatie breed en smal;
Actieve en passieve participatie;
Participatie afgebakend naar domein;
Indeling naar doel en mate van interactie.

Slide 12 - Tekstslide

Participatie is belangrijk op de gebieden scholing, vrije tijd en werk

Scholing: ieder het recht heeft zich te ontplooien, zich te leren te ontwikkelen. Je kunt hier spreken van ontwikkelingsgerichte activiteiten.
Vrije tijd: ieder het recht heeft om zicht te ontspannen, om zich verbonden te voelen, om te leven en beleven. Je kunt hier spreken van belevingsgerichte activiteiten.
Werk: ieder het recht heeft op waardering voor zijn prestaties en de verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren aan zijn eigen (economische) bestaan.

Slide 13 - Tekstslide

Participatie breed en smal
Bij een brede opvatting gaat het om het meedoen aan het maatschappelijke verkeer in al zijn facetten en ook andere vormen van betrokkenheid, zoals op de blijven van nieuws en actualiteit.

Bij een smalle opvatting  draait het om deelname aan een bepaalde activiteit.

Slide 14 - Tekstslide

Actieve en passieve participatie
Het verschil tussen actieve en passieve participatie is de inzet die het vraagt van de deelnemer.

Slide 15 - Tekstslide

Lid zijn van natuurorganisatie.
A
Passief
B
Actief

Slide 16 - Quizvraag

In de studentenraad zitten
A
Actief
B
Passief

Slide 17 - Quizvraag

Participatie afgebakend naar domein
  1. Eigen inkomen 
  2. Zelfstandig functioneren
  3. Opdoen van vaardigheden
  4. Sociale contacten
  5. Maatschappelijke bijdragen
  6. Maatschappelijk deelnemen

Slide 18 - Tekstslide

Indeling naar doel en mate van interactie

Slide 19 - Tekstslide

Participatieladder
geeft houvast en kaders om doelen en activiteiten op in te richten

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Emancipatie
Opkomen voor jezelf......................

Slide 22 - Tekstslide

Vijf belangrijke aandachtspunten in het proces van emancipatie
Gelijkwaardigheid: belangrijk hierbij zijn wederzijdse communicatie en de noodzaak van onderstaande communicatie.
Keuzevrijheid: dit kiezen is voor een aantal cliënten geen eenvoudige zaak en vraagt van jou specifieke benaderingsmethodieken,
Ondersteuning: hierbij ga je uit van het principe van flexibiliteit en vraaggericht werken.
Sociale (ondersteuning) netwerken: rekening houden met de ervaringsdeskundigheid van de omgeving is erg belangrijk.
Respectvolle bejegening deze grondhouding is een voorwaarde voor een emancipatorisch gericht benadering.

Slide 23 - Tekstslide

In groepjes
Werk de domeinen van slide 17 uit op basis van je persoonlijke situatie en die van een cliënt.

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 1 onderzoek participatie

Bestudeer:

- Lees uit het Theorieboek Dagbesteding MZ, Thema 1, H2.1 en H2.2.
- Bekijk het volgende filmfragment: https://youtu.be/rzUMXtuJXMU


Slide 25 - Tekstslide

Beantwoordt de onderstaande vragen
- Maak uit het werkboek verwerkingsopdracht 1 en 2.
- Waarom is het, volgens het filmpje, belangrijk dat deze doelgroep actief participeert in de samenleving?
- Beschrijf op welke trede de vluchtelingen zich bevinden op de participatieladder. Licht je antwoord toe.
- Op basis van de site Rijksoverheid en Zorgwijzer: wat houden de wetten in, wat zijn de gevolgen van de wetten voor jouw doelgroep? Beschrijf dit in een half A4’tje in eigen woorden. 

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht onderzoek participatie
- Onderzoek samen met 2 groepsgenoten de kansen en mogelijkheden van participatie binnen jullie school. 
- Hoe zou de participatie van studenten vergroot kunnen worden?
- Hoe zouden doelgroepen binnen de school kunnen participeren? Kijk daarbij naar faciliteiten, de werkzaamheden, de talenten die er nu zijn en welke potentie daarin zit.
- Kom met elkaar tot 4 tot 6 activiteiten, waarmee participatie kan worden geborgd.
- Bied deze activiteiten aan door middel van een goed onderbouwde brief bij je onderwijsleider en vraag om een reactie hierop.

Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen:
- Boek: Dagbesteding hfst 1 en 2
- Thieme Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen: Thema 3.9
Participatie, rehabilitatie en herstelondersteunende zorg
- Thieme Agogisch medewerker GGZ: 2.5 Methodieken
- Thieme Begeleider specifieke doelgroepen: Thema 9.26 Maatschappelijke ontwikkelingen 



Slide 28 - Tekstslide