3.4 Stambomen

Welkom

Werkboek en laptop op de hoek van de tafel
Pak je schrift en pen en 
schrijf het lesdoel in jouw schrift bovenaan de pagina.

timer
3:00
3.4 Stambomen
Ik kan uit een stamboom afleiden welke genotypen de ouders en/of nakomelingen hebben, welk allel dominant is en welk allel recessief
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Werkboek en laptop op de hoek van de tafel
Pak je schrift en pen en 
schrijf het lesdoel in jouw schrift bovenaan de pagina.

timer
3:00
3.4 Stambomen
Ik kan uit een stamboom afleiden welke genotypen de ouders en/of nakomelingen hebben, welk allel dominant is en welk allel recessief

Slide 1 - Tekstslide

Iedereen aanwezig?
Materiaal op orde?
Huiswerk gemaakt? 

Slide 2 - Tekstslide

Je gedraagt je!
  1. We begroeten elkaar bij de deur
  2. Je  zit klaar voor de les -> werkboek, laptop, oortjes uit jouw oren deze gebruik je alleen tijdens de zelfstandige verwerking.
  3. Je doet actief mee aan de les -> je luistert naar de instructie, je luistert naar elkaar, maakt de opdrachten op een serieuze manier. Dit doe je samenwerkend of zelfstandig. 
  4. Je hebt alleen applicaties openstaan die voor de les relevant zijn -> Muziek luisteren tijdens het zelfstandig verwerken   mag -> Spotify of Soundcloud. 
  5. Je bent respectvol naar jouw klasgenoten -> je blijft van elkaar af, je bent aardig naar elkaar. Als je niet aardigs weet te zeggen, zeg je niets. 
  6. Je gaat in de pauze of tijdens de leswisselingen naar het toilet -> Dus tijdens de les is een toiletbezoek niet mogelijk.
  7. Eten en drinken doen we in de pauze -> Dus tijdens de les wordt er niets gegeten of gedronken. Ook geen kauwgom. 

Slide 3 - Tekstslide

Wanneer het lastig is om je te gedragen.....
  1. Storend gedrag:  waarschuwing, naam opschrijven, toch doorgaan? Volgende dag om 8.00 uur melden.
  2. Andere applicaties open staan dan relevant voor de les, bijvoorbeeld gamen of Youtube? Volgende dag om 8.00 uur melden.
  3. Telefoon? Inleveren 
  4. Kauwgom? Na schooltijd kauwgom krabben. 

Ouders worden geïnformeerd

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan uit een stamboom afleiden welke genotypen de ouders en/of nakomelingen hebben, welk allel dominant is en welk allel recessief

Slide 5 - Tekstslide

Agenda
1. Even herhalen
2. Samen lezen en aantekeningen maken.
3. Opdrachten maken
4. Lesafsluiting

Slide 6 - Tekstslide

Waar of niet waar
1. Het genotype wordt bepaald op het moment van de bevruchting.
2. Het fenotype verandert gedurende jouw leven niet.
3. Een allel is een variant van een gen. 
4. Een dominant allel komt altijd tot uiting in het uiterlijk.
5. Een recessief allel komt alleen tot uiting als er geen dominant allel is. 
Staan = waar  zitten =niet waar. 

Slide 7 - Tekstslide

Stamboom
Stamboom: schematisch overzicht van een erfelijke eigenschap binnen een familie. 
In een stamboom geef je een vrouw weer met een rondje en een man met een vierkantje. 

Slide 8 - Tekstslide

Als twee ouders met gelijk fenotype een nakomeling krijgen met een afwijkend fenotype zijn beide ouders heterozygoot voor deze eigenschap (Aa). De nakomeling is dan homozygoot voor deze eigenschap (aa).

Slide 9 - Tekstslide

Stappenplan
Stap 1: Kijk welk fenotype iedereen uit de stamboom heeft. 

Slide 10 - Tekstslide

Stappenplan
Stap 2: Wat is het genotype van het kind met een ander fenotype dan vader én moeder. 

Slide 11 - Tekstslide

Stappenplan
Stap 3: Schrijf bij de stamboom wat je nu weet over het genotype van de andere gezinsleden. 

Slide 12 - Tekstslide

Stappenplan
Stap 4: Vul de genotypen zo veel mogelijk aan. 

Slide 13 - Tekstslide

Wat moet je doen? 
Maak opdracht 2-4-5

Klaar? 
Maak Test jezelf 3.4 en de flitskaarten. 



timer
10:00
Gedrag:
Je werkt samen aan de opdrachten met een fluisterstem.

Slide 14 - Tekstslide

Voor de volgende les
Huiswerk:
Paragraaf 3.4 Maak opdracht 2-4-5

Wat hebben we vandaag geleerd?
Ik kan uit een stamboom afleiden welke genotypen de ouders en/of nakomelingen hebben, welk allel dominant is en welk allel recessief. 

Slide 15 - Tekstslide