h4 watermanagement

H3 Water


§4 Rivieren in Nederland
Eems
Rijn
Schelde
Maas
Nederland = afvoerputje!
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H3 Water


§4 Rivieren in Nederland
Eems
Rijn
Schelde
Maas
Nederland = afvoerputje!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wateroverlast en overstromingen

  • Vaker pieken in de waterafvoer (= het debiet) van rivieren door:
  •   zware stortbuien
  • minder sneeuw, meer regen grotere kans op overstromingen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waterafvoer

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ruimte voor de rivier

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

       Eerst de basis
1953
1995
2007
.






Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

       Eerst de basis
                    Plannen maken:
                    (Tweede) Deltacommissie

                    Plannen uitvoeren:
                    Rijkswaterstaat

                    Plannen monitoren:
                    Waterschappen
Veel plannen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

       Beleidsbreuk

Na 1953: 
Water is de vijand
Beleid: "Niets mag overstromen"

Vanaf 1995: 
De vijand kunnen we niet verslaan.
Beleid: "Ruimte voor de Rivier"


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

       Beleidsbreuk


Omdenken: 
Acceptatie & Adaptatie, maar wel integraal

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is dit goed?

Slide 9 - Tekstslide

Beschrijving van de openingsfoto

https://www.nationalgeographic.nl/milieu/2018/09/in-beeld-de-millingerwaard-uniek-natuurgebied-in-nederland

De uiterwaard aan de zijoever van de Waal ten oosten van Nijmegen ligt kort voorbij het punt waar de Rijn zich splitst in het Pannerdensch Kanaal en de Waal. Het prille groen toont zich in tientallen tinten, de meidoorns bloeien prachtig wit, overal hoor je vogels en in de verte staan twee gallowaykalfjes. ‘Altijd opletten,’ zegt Wouter Helmer, mijn gids op deze dag. ‘Bij kleintjes is er steevast een moeder in de buurt.’ De Millingerwaard is onderdeel van de Gelderse Poort, een nieuw natuurgebied van drieduizend hectare van Staatsbosbeheer, gelegen aan het begin van de Nederlandse rivierdelta.

https://www.nationalgeographic.nl/milieu/2020/05/als-het-dak-van-de-wereld-smelt
      Wat dan & hoe dan
Uitgangspunten
Voorbeeld


       Integrale oplossingen 



1: Wat zou je doen?

2: Wat zou je doen?
   


       Adaptieve oplossingen


1: Wat zou je doen?
 
2: Wat zou je doen?
 
1
2
1
Samenhangend, meerdere belangen tegelijk

Flexibel, meebewegen met veranderingen

2

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

      Wat dan & hoe dan
Uitgangspunten
Voorbeeld


       Integrale oplossingen 



1: Ruimte voor de Rivier 
   (veiligheid + natuur + economie)



       Adaptieve oplossingen

1: Noodoverloopgebieden
   (landbouw + waterveiligheid)
 
2: Aanpasbare sluizen
    (waterafvoer + watervasthouden)
1
2
Samenhangend, meerdere belangen tegelijk

Flexibel, meebewegen met veranderingen

1
2

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

     Aan de slag

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ingrijpen van de mens
  • Hoe heeft de mens de kans op overstromingen vergroot?
  • Wat is de relatie tussen de vertragingstijd en een piekafvoer?


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

na verstedelijking
voor verstedelijking

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is gewenst dat het water een lange vertragingstijd heeft.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe meer verstening, hoe minder de sponswerking van de bodem
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als er meer bomen gekapt worden neemt de kans op een piekafvoer toe
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als een rivier meer mag meanderen
(= bochten maken)
neemt de vertragingstijd van de rivier af.
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

oorzaak
gevolg
gevolg
gevolg
Er vindt verstedelijking / verstening van het oppervlak plaats
Hierdoor is de sponswerking van de bodem afgenomen. Er infiltreert minder water in de bodem.
Meer regenwater stroomt in een kortere tijd naar de rivier.
Het debiet van de rivier stijgt in een korte tijd heel snel. Er ontstaat een piekafvoer.

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de algemene regel tussen vertragingstijd en de kans op een piekafvoer?

Hoe....de verstraginstijd, hoe .... de kans op een piekafvoer

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

begrepen?
Hoe heeft de mens de kans op overstromingen vergroot?
Wat is de relatie tussen de vertragingstijd en een piekafvoer?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les
  • Je weet waarom na 1995 het waterbeleid verandert is naar
    'ruimte voor de rivieren'.
  • Je  kent de maatregelen van 'ruimte voor de rivieren' en kan de effect op een piekafvoer inschatten.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na 1995 andere aanpak
Van: meer en hogere dijken
Naar: Geef de rivier de ruimte 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil hoogwatergeul en nevengeul
nevengeul
Ligt binnen de winterdijken, dus in de uiterwaarden.
Hier kan altijd water in komen, waardoor er een wat drassiger gebied ontstaat. Dat is goed voor de natuurwaarden. 
Bij hoogwater stroomt het water makkelijker door waardoor de afvoer van water beter gaat.
hoogwatergeul
Extra rivierarm, buiten de winterdijken om.
Kan open gezet worden als er een piekafvoer is. In de gewone situatie is hij dicht.
Bij hoog water wordt een deel van de piekafvoer omgeleid via een andere weg (de hoogwatergeul), waardoor de kans op overstroming kleiner wordt.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'droog waar het moet, nat waar het kan'

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

regen vasthouden waar het gevallen is
water tijdelijk opslaan, zodat het later de rivier in kan.
water zo snel mogelijk naar zee krijgen 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van
integraal waterbeleid?
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren
D
aanvoeren

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van
integraal
waterbeleid?
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren
D
aanvoeren

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van
integraal waterbeleid?
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren
D
aanvoeren

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Alles in buitendijks gebied hoort bij afvoeren

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Internationale Rijnministerconferentie
bovenstrooms maatregelen nemen beter
Veiligheid, economie, natuur.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2 belangrijke gebieden waar rivieren uitmonden.
Zuid-westelijke delta
(Zeeland)
IJsselmeer-delta

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Adaptief watermanagement =
Het water op zo'n manier regelen dat je flexibel blijft en om kan gaan met klimaatverandering.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer moet het waterpeil hoger
worden gehouden?
In de zomer of de winter?
Leg voor beide seizoenen uit waarom.
Gebruik daarbij een oorzaak-gevolg relatie.
hint
Wanneer heb je meer ruimte nodig zodat de rivier meer water in het IJsselmeer kan dumpen? In de zomer of in de winter?
Wanneer is er meer vraag naar zoet water voor irrigatie? In de zomer of in de winter?

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beredeneer waarom we 'spelen' met het waterpeil in Zeeland en het IJsselmeer?

Ga in op zomer en winter.

Slide 51 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Beredeneer waarom we 'spelen' met het waterpeil in Zeeland en het IJsselmeer?

Ga in op zomer en winter.
In de zomer is er weinig neerslag maar veel vraag naar zoet water. 
Door het waterpeil hoger te zetten is er een grotere zoetwater voorraad.

In de winter is er veel neerslag en grotere kans vanuit storm op zee. 
Door het waterpeil van de lager te zetten kan er meer rivierwater verzameld worden als de stormvloedkeringen dicht zijn.

(de badkuip is dan minder vol, dus kan langer gevuld worden voordat deze overstroomt).

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'droog waar het moet, nat waar het kan'

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebruik bron 16.
Het plan van de ‘Nationale Gieter’ past goed binnen het integraal waterbeleid.
Geef twee redenen waarom het plan van de ‘Nationale Gieter’
goed past binnen het integraal waterbeleid.

Slide 54 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies