Speaking lesson (G1)

Lesson
  • Grammar recap (15 minutes)
  • Speaking practice (15 minutes)
  • Break (5 minutes)
  • Common speaking mistakes (15 minutes)
  • Explanation presentation (5 minutes)
  • Working on presentations (15 minutes)
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lesson
  • Grammar recap (15 minutes)
  • Speaking practice (15 minutes)
  • Break (5 minutes)
  • Common speaking mistakes (15 minutes)
  • Explanation presentation (5 minutes)
  • Working on presentations (15 minutes)

Slide 1 - Tekstslide

Grammar Unit 4 (15 minutes)

Slide 2 - Tekstslide

Vragen maken

Slide 3 - Tekstslide

Wanneer moet je 'to do' gebruiken om een vraag te maken?

Slide 4 - Open vraag

Vraag maken: Do + ww
...... they ......... (to live) in Hardenberg?

Slide 5 - Open vraag

Vraag maken: Does + ww
...... he ......... (to like) school?

Slide 6 - Open vraag

Maak een vraag met do/does:
Daisy loves to get flowers.

Slide 7 - Open vraag

Stel nu eens een vraag met do/ does of to be:

Slide 8 - Open vraag

NEGATIONS

Slide 9 - Tekstslide

Wat zijn 'negations' ook alweer in het Nederlands?

Slide 10 - Open vraag

Met welk woord maken we ontkenningen(negations)?

Slide 11 - Open vraag

Form a negation:
Tommy is happy.

Slide 12 - Open vraag

Form a negation:
This is easy.

Slide 13 - Open vraag

Form a negation:
She loves English.

Slide 14 - Open vraag

Maak nu eens een ontkenning met don't of doesn't:

Slide 15 - Open vraag

Possessive: - 's-, - ' - and '... of ...'

Slide 16 - Tekstslide

When do we use the possessive 's/'/ of ?

Slide 17 - Open vraag

Can you think of an English sentence that contains a 'possessive 's'?

Slide 18 - Open vraag

Change the following sentence in a possessive form:
"the dog of my sister"

Slide 19 - Open vraag

Create a sentence using a possessive ('s / ' / of)

Slide 20 - Open vraag

Tell me something about questions/negations and the possessive forms and how to form them

Slide 21 - Open vraag

Speaking (15 minutes)

Slide 22 - Tekstslide

introduce yourself 
N.A.L (Name - Age - Location)
school & hobby
        family (brothers / sisters
timer
1:00

Slide 23 - Tekstslide

Food
What is your favourite food and why?
timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

Hobby/hobbies
What is nice about your hobby/hobbies?
timer
1:00

Slide 25 - Tekstslide

Happy
What makes you happy (explain why it makes you happy as well)
timer
1:00

Slide 26 - Tekstslide

Leisure time
What is your favourite thing to do during the weekend?
timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide

Pets/animals
What is your favourite animal and why?
timer
1:00

Slide 28 - Tekstslide

Bucketlist
Name one thing that's on your bucketlist and explain why this is on it?
timer
1:00

Slide 29 - Tekstslide

Lottery
What would you do if you won a million euros in the lottery?
timer
1:00

Slide 30 - Tekstslide

Holiday 
What is your favourite holiday destination?
timer
1:00

Slide 31 - Tekstslide

Speaking
Common speaking mistakes (15 minutes)

Slide 32 - Tekstslide

Break!
Take five minute break!
timer
5:00

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

What is the correct translation of 'Ik krijg altijd mijn zin'?

Slide 35 - Open vraag

What translation of 'We zouden allemaal geïnteresseerd moeten zijn in dit onderwerp' is correct?
A
We should all be interesting in this underworp
B
We should all be interesting in this subject
C
We should all be interested in this underworp
D
We should all be interested in this subject

Slide 36 - Quizvraag

What translation of 'Hij moet op staande voet worden ontslagen' is correct?
A
He should be fired on standing foot
B
He should be fired immediately
C
He should be dismissed on standing foot

Slide 37 - Quizvraag

What translation of 'Wat leuk!' is correct?
A
What nice!
B
How nice!
C
What like!
D
How like!

Slide 38 - Quizvraag

What translation of 'Begrijp mij niet verkeerd' is correct?
A
Don't understand me wrong
B
Understand me not wrong
C
Don't get me wrong
D
Don't misunderstand me

Slide 39 - Quizvraag

Wrong translations

"Wij doen een presentatie over... "--> 

 NOT:  "We're doing a presentation over..."
But: "We're giving a presentation about..."



Slide 40 - Tekstslide

Wrong translations

"Wij gaan het hebben over..."--> 

 NOT  "We're going to have it over"
But: "We're going to talk about / discuss..."


Slide 41 - Tekstslide

Wrong translations

"Voor de rest..."--> 

 NOT  "For the rest..."
But: "Also,... / On top of that,... / Additionally, ... / Furthermore..."


Slide 42 - Tekstslide

Put the words in the correct sentence order
a speech
on Saturday
The President
has given

Slide 43 - Sleepvraag

Now, let's focus on pronunciation!
/θ/ and /ð/

  • that--> /ðat/
NOT dat
  • with--> /wiθ/
NOT wit


Slide 44 - Tekstslide

Now, let's focus on pronunciation!
  • linked --> link-d
NOT linkud
  • shelves --> shelv-s
NOT shelvus

You can change the meaning of a word by using just one different sound.

Slide 45 - Tekstslide

Tips spreekvaardigheid
1. Zorg dat je 1 minuut over een meegebrachte foto of voorwerp kunt praten.

Dit kun je goed voorbereiden thuis. Schrijf wat dingen op die je wilt benoemen. Oefen dit met een timer! 

Slide 46 - Tekstslide

Presentation
  • Onderwerp: Kies een onderwerp, je bent vrij in je keuze.  
  • Informatie: De spreekbeurt moet, per persoon, minimaal 2 minuten duren (maximaal 5 minuten). Je mag de presentatie met z’n tweeën houden. Deze moet natuurlijk in het Engels. Het is niet toegestaan om het verhaal voor te lezen, je mag natuurlijk wel wat steekwoorden gebruiken. 

Slide 47 - Tekstslide

Beoordeling
Iedereen krijgt individueel een cijfer. Je wordt beoordeeld op de volgende punten:
  • Woordenschat/ woordgebruik
  • Grammatica
  • Uitspraak
  • Vloeiendheid
  • Samenhang

Slide 48 - Tekstslide

Presentations
Work on your presentations !

Slide 49 - Tekstslide

Good luck practising for your presentation!

Slide 50 - Tekstslide