Thema Les 6: DNA

DNA
Thema Les 6: DNA
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

DNA
Thema Les 6: DNA

Slide 1 - Tekstslide

Onderwerpen
  • Eiwitsynthese
  • Restrictie-enzymen
  • Rol van genen bij kanker

Slide 2 - Tekstslide

Waar bestaat DNA uit?
DNA is een molecuul en bestaat uit nucleotiden. Elke nucleotide bestaat dus uit 
  • een base (G, C, A of T)
  • een suikergroep (desoxiribose)
  • een fosfaatgroep

Suiker en fosfaatgroep zorgen voor stabiliteit.

De basen vormen als triplet (codon) een stukje waarin de informatie te vinden is:
Bijv: CTG, ATG


Wil je deze basis oefenen, Samengevat opdrachten (blz. 49) zijn hier uitstekend voor. Voor deze basis opdracht 1.

Slide 3 - Tekstslide

Als een stuk DNA voor 29% bestaat uit adenine. Wat is het gehalte van guanine? ...%

Slide 4 - Open vraag

Als een gen voor 29% bestaat uit adenine. Wat is dan het gehalte aan uracil in het mRNA?
A
14,5%
B
21%
C
29%
D
Is zo niet te bepalen

Slide 5 - Quizvraag

Als een stuk pre-mRNA de volgende gehaltes heeft voor de basen. Wat is dan de gehaltes voor de basenparen in het DNA wat hierbij hoort?
A 33%, U 35%, G 21% en C 11%.

Slide 6 - Open vraag

Eiwitsynthese
Eiwitsynthese is de vorming van eiwitten op basis van de code in het DNA.
Denk ook aan hoofdstuk 18!

Transcriptie, splicing en translatie zijn belangrijke processen.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Transcriptie
Een gen aanzetten is bijvoorbeeld doordat, meestal:
  • stuk DNA was gebonden aan histonen.

Of:
  • gen was geblokkeerd door gebonden 'repressor' (op 'operator' bij prokaryoten; op 'silencer' bij eukaryoten)
  • of was geblokkeerd door gebonden methyl-groep op promotor.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Transcriptie
Het resultaat van transcriptie is pre-mRNA.

Bewerkingen voordat het mRNA is zijn:
  • Capping: aan 5' eind wordt aangepaste guanine (G) gekoppeld.
  • Tailing: meerdere (50-250) adenosine gekoppeld aan 3' eind.
  • Splicing bij eukaryoten: verwijderen van intronen (niet coderend) en aan elkaar koppelen van de exonen (coderend).


Slide 11 - Tekstslide

Restrictie-enzymen
Restrictie-enzymen zijn eiwitten met als functie om DNA te knippen.

Restrictie-enzymen zijn precies, ze knippen DNA altijd bij dezelfde basenvolgorde.

Bacteriën gebruiken restrictie-enzymen als afweer tegen virussen.

Slide 12 - Tekstslide

Restrictie-enzymen
Omdat restrictie-enzymen zo precies zijn kunnen we ze gebruiken.

We kunnen zo DNA heel precies knippen.

Vervolgens kunnen we een ander stuk DNA bij deze opening toevoegen.

Daarbij is ligase betrokken.

Slide 13 - Tekstslide

Rol genen bij kanker






Mutatie in proto-oncogenen/tumorsuppressorgenen

Slide 14 - Tekstslide