1.8 Globalisering: ontwikkelingen na 1980

Vandaag

1.8 Globalisering: ontwikkelingen na 1980

1.9 Globalisering: een blik in de toekomst

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vandaag

1.8 Globalisering: ontwikkelingen na 1980

1.9 Globalisering: een blik in de toekomst

Slide 1 - Tekstslide

Economische globalisering versnelt
Economische globalisering na 1980 in stroomversnelling door:
  • Mno’s omspannen de wereld en zijn verbonden via netwerken
  • Deregulering en liberalisering, de grenzen gaan open (onder andere China, India en voormalige Sovjet Unie)
  • Transport- en communicatietechnologie in stroomversnelling

Slide 2 - Tekstslide

Ruimtelijke gevolgen van globalisering
Ontstaan van een nieuwe internationale arbeidsverdeling als gevolg van uitschuiving en doorschuiving. Hoe ziet die nieuwe verdeling eruit?

Centrum
  • Commando (beslis)centra van de bedrijven
  • Research & Development (R&D)
  • Marketing

(Semi)periferie
  • Maakindustrie
  • Lagere dienstverlening  

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het verband?

Slide 4 - Tekstslide

Wat heeft deze grafiek te maken met doorschuiving?

Slide 5 - Tekstslide

Nieuwe afzetmarkten
Mno’s gaan opzoek naar nieuwe afzetmarkten. Waarom zal IKEA zich vestigen in China?

Slide 6 - Tekstslide

De triade
Noord-Amerika, de EU en Oost-Azië beheersen de wereldhandel en worden samen de triade
genoemd.

De internationale goederen-
en kapitaalstromen verlopen
voornamelijk tussen
Noord-Amerika, de EU en
Japan.

Slide 7 - Tekstslide

Fast world, slow world en fragmentarisch modernisering

Slide 8 - Tekstslide

Verschillen binnen een regio
Regionale ongelijkheid kan optreden wanneer centrum-gebieden de armere regio’s afromen.
Het centrum onttrekt dan bijvoorbeeld arbeid, kapitaal en grondstoffen aan de periferie.

De periferie komt zo in een negatieve spiraal en krijgt te maken met backwash-effecten.

Het centrum ervaart juist positieve spread-effecten.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de kern van de nieuwe internationale arbeidsverdeling?
A
Productieketen wordt uitgeschoven naar lagelonenlanden
B
De global shift en de opkomst van de 4de sector
C
NGO's versus MNO's
D
De tegenstelling tussen de fast en de slow world

Slide 11 - Quizvraag

Sleep de ruimtelijke gevolgen van globalisering naar de juiste plaats
Nieuwe afzetmarkten
Verplaatsen van de maakindustrie
MNO's zijn steeds weer op zoek naar de goedkoopste mogelijkheden.
MNO's doen alleen wat een ander niet kan.
Slow world en fast world
Uitschuiving
Klanten in opkomende landen
Doorschuiven
Core business
Verbrokkeling

Slide 12 - Sleepvraag

TIJDLIJN globalisering
va. 1975:
Steeds meer multinationale ondernemingen (MNO's)
va. 1980:
1. Productie wordt verplaatst naar arme landen (nieuwe int. arbeidsverdeling)
2. Welvaart verschuift in wereldsysteem (meer welvaart naar semi-periferie)

1990:
Handels-belemmeringen vallen weg:
- EU
- China en India openen grenzen
Steeds meer verbondenheid, door:
1. Transport
2. Communicatie

Slide 13 - Tekstslide

1.8 Globalisering: ontwikkelingen na 1980
Leerdoelen:
  • Je weet waarom het merendeel van de handels- en investeringsstromen zich afspeelt binnen en tussen het triadisch netwerk.
  • Je begrijpt dat door verandering van de internationale arbeidsverdeling ook de positie van landen in het wereldsysteem verandert.
  • Je begrijpt dat globalisering leidt tot eenwording en verbrokkeling en ook tot vergroting van de sociale en regionale ongelijkheid.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Welke aanwijzing geeft de kaart voor een global shift, een verschuiving van het economische en politieke zwaarte-punt in de wereld?

Slide 16 - Tekstslide

Verdedig de stelling: ‘De uitschuiving van hightech-activiteiten en zakelijke dienstverlening vormt een echte bedreiging voor de triade.’

Slide 17 - Tekstslide

Verdedig de stelling: ‘De westerse landen kunnen ook profiteren van de opkomst van de Pacific Rim.’

Slide 18 - Tekstslide

Global shift, gevolgen voor Europa?
Hoe zou de positie van Europa in de wereld door de global shift kunnen veranderen?
Noem een geografisch en een politiek gevolg.
  • Geografisch: Europa ligt dan ‘aan de ‘rand’ van de economische wereld.
  • Politiek: verlies van economische belang leidt meestal ook tot verlies van politieke invloed.

Slide 19 - Tekstslide

Global shift, gevolgen voor Europa?
Hoe zou Europa zich kunnen wapenen tegen verlies van invloed in de wereld?
  • Blokvorming. Bijvoorbeeld versterken van de rol van de EU.
  • Nadeel: verlies aan soevereiniteit van de lidstaten

Slide 20 - Tekstslide

Geopolitieke kaart rond Nederland
Waarom is dit een geopolitieke kaart?
  • De ligging van Nederland bepaalt de exportzone.

Met welk begrip kun je het verloop van de export uitleggen?
  • Afstandsverval

De migratiedruk uit Afrika kent een andere oorzaak dan vanuit het Midden-Oosten.
Leg het verschil uit.

Slide 21 - Tekstslide

Globalist
Andersglobalist

Slide 22 - Tekstslide

Volgende week
Maandag: Oefenen met examenopdrachten

Woensdag: Quizlet en kahoot o.i.d.


Slide 23 - Tekstslide