Les 5 - Herhaling kleuter/schoolkind +

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Programma 

•  Lesdoelen 
• Terugblik (puzzel) 
• Ontwikkeling kleuter & schoolkind 
• Opdracht

En natuurlijk ook nog pauze :) 

(lesmateriaal - teams in groep van Douwe) 

Lesdoelen 

• Je kunt de begrippen die je tot nu toe hebt geleerd uitleggen 
• Je kunt uitleggen hoe de ontwikkeling van een peuter verloopt 
• Je kunt uitleggen hoe de ontwikkeling van een kleuter verloopt 

Terugblik 

• Wat weten we nog? 
• Puzzel of woordhussel  

Kleuter (4-6jr)

• 1e ervaringen op school 
• Rijpheid (eraan toe zijn) 
• Taken krijgen (leuk om te
     leren) 

Sociaal 

• Sociaal gedrag (meeleven,
    inleven) 
• Egocentrisme verdwijnt 
• Kleuter speelt met anderen (geen
   parallel spel meer) 
• Rollenspellen (imiteren) 

Cognitief 

• Kleuter ontwikkelt denken
• Ordenen (wat hoort bij elkaar?) 
• Fantasie speelt nog rol (monsters) - kan angstig zijn. 
• Jokken (hangt samen met
    fantasiedenken - niet opzettelijk) 

Emotionele ontwikkeling 

• Ontwikkelen zelfbeeld
• Schaamtegevoelens 
• Straffen en belonen (wat mag wel
    en niet) 

Zelfbeeld ontstaat door wat anderen tegen de kleuter zeggen. Gerichte complimenten en feedback geven.  

Schoolkind 

• Fantasiedenken maakt plaats voor realiteitsdenken
• Leergierig 
• Taakgericht werken en prestatiegericht (graag iets goed doen) 
•  Thuis, school, leeftijdsgenootjes (worden steeds belangrijker) 
• Conformisme (erbij willen horen) 

Lichamelijke ontwikkeling 

• Genderidentiteit en
    genderspecifiek gedrag 
• Jongens zijn stom, meisjes zijn
    stom (vanaf 11e weer spelen)
• Volwassenen zijn
    identificatiefiguur 

Opdracht

• Paragraaf 2.5 
• Kleuter en schoolkind
• Opdracht 1 t/m  7B 

Het puberbrein

Hersenen zijn nog in ontwikkeling. Nog niet alle verbindingen zijn gelegd. Het stofje wat bepaald hoe snel signalen van cel naar cel worden overgebracht blijft groeien. 

•  Lagere overdrachtssnelheid informatie
  
• Minder probleemoplossend vermogen
  
• Moeite met overzicht en concentratie

Het voorste gedeelte van de frontaalkwab is de prefrontale cortex. Dit deel ligt direct achter het voorhoofd en is verantwoordelijk voor cognitieve, emotionele processen, zoals plannen, impulsbeheersing en doelgericht handelen. 

• Moeite met keuzes maken
• Moeite met plannen en vooruitkijken
• Moeite met prioriteiten stellen

Doordat de emotiegebieden (nucleus, acucmbens, amygdala en insula) niet voldoende geremd wordt door de prefontale cortex, heeft een puber:

• Emoties minder onder controle
  
• Negatieve emoties sneller de overhand
  
• Minder inlevingsvermogen (moeite met lezen van gezichtsuitdrukkingen)
  

Emotionele ontwikkeling 

Vormgeven van eigen identiteit: 

• Op zoek gaan naar eigen normen en waarden (losmaken) 
• Identificeren met artiesten/acteurs/schrijvers etc. 
• Experimenteren met onafhankelijkheid (grenzen - wat kan wel/niet) 
• Wie ben ik? Wat wil ik? Waar sta ik voor? 

Hoe is/was dit in jouw eigen puberteit? 

Sociale en persoonlijkheids-ontwikkeling 

 Leeftijdsgenoten worden daarentegen belangrijker voor een puber. De meeste pubers maken deel uit van een groep leeftijdsgenoten: de peergroup. De peergroup geeft een puber:

• de ruimte om te experimenteren met zijn gedrag;
  
• de gelegenheid te oefenen met allerlei rollen;
  
• de kans zich te oriënteren op andere normen en waarden;
  
• de mogelijkheid zich te identificeren.

Lichamelijke ontwikkeling 

• Groeispurt (+/- 10 per jaar)
• Onhandig/klungelig (door snelle groei) 
• Jongens (lengte - schouders)
• Meisjes (lengte - heupen - borsten)
• Beide (haargroei) 
• Hormonen 

Seksuele rijping: 

- Meisjes 12 jaar (ongesteldheid, borsten)

- Jongens 14 jaar (productie sperma) 

Poster 

• Maak een poster over de
    pubertijd  
• Deze poster is bedoeld als
    voorlichting voor ouders of
    jongeren 
• Maak gebruik van plaatjes,
   tekst/informatie