Les-7-Afstemmen zorgverlening-Groepsdynamica

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Waar denken jullie aan als jullie het woord groepsdynamica horen?

Slide 2 - Open vraag

Groepsdynamica
"is een term voor het gedrag en de psychologische processen die plaats vinden binnen een sociale groep"

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Tuckman
Een groep of een team ontwikkelt zich. Er spelen bepaalde processen. Dit noemen we groepsdynamica. Als je weet hoe deze processen verlopen, dan kun je ze beïnvloeden. Als je het groepsproces beïnvloedt, kun je ervoor zorgen dat een team effectiever wordt. Je kunt dit doen door teambuilding. Dit betekent dat je werkt aan het bouwen van het team. Een model dat je inzicht geeft in de ontwikkeling van een groep zijn de vijf ontwikkelingsstadia van Tuckman.

Slide 6 - Tekstslide

Groep fases van Tuckman 
1. Forming| Afwachtend, verkennende houding 
2. Storming| posities worden ingenomen, discussies
3. Norming| "regels" worden vastgesteld binnen de groep
4. Performing| er ontstaat een gemeenschappelijk doel
5. Adjourning| Het proces wordt afgesloten 

Slide 7 - Tekstslide

Groepsvorming uitgelegd
1 Vormfase: In de vormfase moet de groep nog gevormd worden. Er is nog geen groepsgevoel. Rollen en posities zijn nog niet ingenomen en de groepsleden nemen een afwachtende houding aan. 
2 Stormfase: In de stormfase proberen de groepsleden een positie in te nemen. Dit leidt vaak tot onderlinge strijd. Groepsleden hebben kritiek op de ideeën van anderen, vormen groepjes met mensen die dezelfde ideeën hebben en ervaren vijandigheid in de groep.
3 Normfase: In de normfase komen de groepsleden dichter tot elkaar. Ze bepalen de regels van het samenwerken en teamdoelen worden gedeeld en vastgelegd. In deze fase ervaren de groepsleden een wij-gevoel en is het voor iedereen duidelijk wat de bedoeling is.
4 Prestatiefase: In de prestatiefase kun je spreken van een team. De leden van het team vullen elkaar aan. Er wordt samengewerkt aan het doel. Een team dat zich in deze fase bevindt, is in staat om zelfstandig te functioneren. G
5 Afscheidsfase: 
De vijfde fase is de afscheidsfase. Als de teamdoelen bereikt zijn, wordt het team opgeheven. Groepsleden trekken zich terug en zijn uiteindelijk onafhankelijk van de groep.




Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

In welke fase denk jij dat de klas nu zit en waarom?

Slide 11 - Open vraag

Groepsnormen 
"Een manier waarop een groep samenhangend wordt, is door de ontwikkeling van groepsnormen, dat wil zeggen de normen voor gedrag en de houding waaraan de groep zich houdt"
 Regels 

- onbesproken regels 

Slide 12 - Tekstslide

Wat houdt conformisme in?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Invloed op groepsproces
Als begeleider/verpleegkundige

Slide 17 - Tekstslide

Zorg voor een goede sfeer
Sfeer binnen een leefgroep = leefklimaat 
Wordt ervaren met zintuigen 
Materiële zaken en personen maken samen de sfeer 

1. Gebeurtenissen
2. De reactie van cliënten op de gebeurtenis
3. Jouw reactie op de gebeurtenis en op de reactie van de cliënten

Slide 18 - Tekstslide

Betrokkenheid stimuleren
  • Zelf het goede voorbeeld geven
  • Cliënten attenderen op interesses of ervaringen van elkaar
  • Groepsactiviteiten organiseren 

Slide 19 - Tekstslide

Individuele aandacht geven 
Nooit alleen aandacht aan groep als geheel 
Ga uit van behoefte van individuele cliënt 

Slide 20 - Tekstslide

Omgaan met conformisme
In elke groep is er druk om te conformeren 
Conformisme verhoogt de groepscohesie 

Als verpleegkundige is het goed om te observeren. Welke groepsleden passen zich aan? Gebeurt dat vrijwillig? 

Slide 21 - Tekstslide

Overzicht behouden
Wat speelt er in de groep ? Wat doe ik als begeleider/verpleegkundige ?
Grijp ik op de juiste manier in ?

Tips: Hanteer duidelijke regels
Grijp in als cliënt zich niet aan regels houdt
Aandacht op positief gedrag
Houd ogen en oren open
Snel schakelen (opmerken/ handelen) 

Slide 22 - Tekstslide