Privacy- en procesrecht - les 5

Procesrecht
Les 5
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Privacy- en procesrechtMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Procesrecht
Les 5

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een procedure in het strafrecht
Absolute competentie
Welke rechter mag de zaak behandelen?
De kantonrechter (art. 382 Sv), de politierechter (art. 369 Sv) of de meervoudige strafkamer.

Relatieve competentie 
In welke plaats mag de zaak worden behandeld?
De woonplaats van de verdachte of de plaats waar de verdachte het strafbare feit heeft gepleegd. 

Weet je nog hoeveel rechtbanken wij hebben in Nederland? 

Slide 2 - Tekstslide

Bespreek de opties.
Kantonrechter: overtredingen
Politierechter: misdrijven met maximale gevangenisstraf van één jaar.
Meervoudige strafkamer: alle overige strafzaken. 
Overzicht competenties strafrecht
Kijk mee op bladzijde 115! 
Markeer deze bladzijde met een stickertje/post-it. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Strafzaak in eerste aanleg
Drie stappen in een eenvoudige strafzaak:
  1. Dagvaarding;
  2. Zitting;
  3. Vonnis.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verloop strafzaak

Slide 5 - Tekstslide

Doorloop iedere stap met de studenten en bespreek wat er in iedere fase gebeurt
Wie zit waar?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jaap heeft een bushokje vernield. Dit heet vandalisme en is een overtreding. Bij welke rechter wordt de zaak behandeld?
A
Kantonrechter
B
Politierechter
C
Meervoudige kamer

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Willem Holleeder is veroordeeld tot levenslang. Bij welke rechter heeft hij dit vonnis gekregen?
A
Kantonrechter
B
Politierechter
C
Meervoudige kamer

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De vorige vragen hadden te maken met de ............ competentie

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Een procedure in het Burgerlijk recht
Absolute competentie
Welke rechter mag de zaak behandelen?
Kantonrechter of de civiele rechter (art. 93 Rv)
Kanton: < € 25.000; arbeidsovereenkomsten, huurovereenkomsten, consumentenovereenkomsten

Relatieve competentie
In welke plaats mag de zaak worden behandeld?
Hoofdregel: wie eist, reist (art. 99 Rv), dus de woonplaats van gedaagde, tenzij uitzondering van toepassing is: art. 100 t/m 110 Rv. 

Slide 10 - Tekstslide

Bekijk art. 93 Rv met de studenten en leg uit wanneer het kantonzaken zijn en wanneer niet. 

Arbeidsconflict, vordering van €60.000,-, kantonrechter? Ja, arbeidszaken altijd

Conflict met garage, vordering van €60.000,-, kantonrechter? Nee, hoger dan €25.000,- 

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dagvaardingsprocedure
  • Partijen heten 'eiser' of 'gedaagde';
  • Start met een dagvaarding (wordt door deurwaarder uitgereikt);
  • De uitspraak heet 'vonnis';
  • Zitting bij de rechter heet 'comparitie'; 
  • Rechter wijst in vonnis de eis toe of juist af. 



Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verzoekschriftprocedure
  • Kan je herkennen aan de woorden 'verzoek', 'verzoekschrift' of 'beschikking' in de wet (alle andere zaken starten met een dagvaarding, art. 78 Rv.);
  • Art. 261 lid 2 Rv;
  • Partijen heten 'verzoeker' en 'verweerder';
  • De verzoeker dient een verzoekschrift in, de verweerder reageert hier op met een verweerschrift;
  • De uitspraak heet een 'beschikking'.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dagvaardingsprocedure

Dagvaarding

Conclusie van antwoord

Comparitie

Vonnis


Verzoekschriftprocedure

Verzoekschrift

Verweerschrift

Mondelinge behandeling

Beschikking

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de zitting bij een verzoekschriftprocedure?
A
Comparitie
B
Zitting
C
Mondelinge behandeling

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Benoem de verschillen tussen de dagvaardingsprocedure en de verzoekschriftprocedure.

Slide 16 - Open vraag

Benamingen (eiser/gedaagde, verzoeker/verweerder)
Opstarten met (dagvaarding/verzoekschrift)
Reactie tegenpartij (conclusie van antwoord/verweerschrift)
Zitting (comparitie/mondelinge behandeling)
Uitspraak (vonnis/beschikking)
Wat is de hoofdregel van de relatieve competentie in een proces binnen het Burgerlijk procesrecht?

Slide 17 - Open vraag

Wie eist, reist
Kort geding
  • Op korte termijn uitspraak nodig            kort geding;
  • Wordt ook wel 'spoedprocedure' genoemd;
  • Rechter bepaalt of zaak in aanmerking komt voor een kort geding;
  • Eiser moet via zijn/haar advocaat verschijnen, gedaagde mag kiezen. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies