taal, thema 2, les 17

• Taal
• Basisschool
• Groep 6

Doel: m.b.v. 't Kofschip X de juiste schrijfwijze van werkwoorden in de verleden tijd bepalen

Sarina voetbalt bij de jeugd van Ajax.
Zoek het werkwoord en noteer hiervan het hele werkwoord.

voetballen
Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en?

Sarina voetbalt bij de jeugd van Ajax.
Schrijf het werkwoord in de verleden tijd: stam + de(n) / stam + te(n)

Jules en Mo roeien bij de roeivereniging.
Zoek het werkwoord en noteer hiervan het hele werkwoord.

roeien
Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en?

Jules en Mo roeien bij de roeivereniging.
Schrijf het werkwoord in de verleden tijd: stam + de(n) / stam + te(n)

Ik wandel tot mijn vijftiende jaar.
Zoek het werkwoord en noteer hiervan het hele werkwoord.

wandelen
Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en?

Ik wandel tot mijn vijftiende jaar.
Schrijf het werkwoord in de verleden tijd: stam + de(n) / stam + te(n)

Mijn ouders fietsen iedere zondag.
Zoek het werkwoord en noteer hiervan het hele werkwoord.

fietsen
Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en?

Mijn ouders fietsen iedere zondag.
Schrijf het werkwoord in de verleden tijd: stam + de(n) / stam + te(n)

Het broertje van Karim stept op straat.
Zoek het werkwoord en noteer hiervan het hele werkwoord.

steppen
Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en?

Het broertje van Karim stept op straat.
Schrijf het werkwoord in de verleden tijd: stam + de(n) / stam + te(n)