2022_week 48_2mh_les1_wiederholung modale hulpwerkwoorden en voltooid deelwoord

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Du hast 3 min für:

Je hebt 3 min om: 

• Jacke aus


• Handy in die Tasche ohne tohn
• Laptop geschlossen auf dem Tisch
• Buch/ Heft/ Stift auf dem Tisch

• Als de timer is gestopt zie ik iedereen in stilte bezig met het schrijven van de woordjes Lektion 4, 5, 6 op blz. 46-47
  

Wörter schreiben Lektion 4, 5, 6 blz. 46-47

 Wörter abfragen

Was machen wir heute?

• Wörter schreiben und abfragen
• Informationen SO2
• Wiederholung voltooid deelwoord und haben & sein
• Süße Test
• An die Arbeit
• Abschluss
  
• deutsches Lied

Lernziel

• Aan het einde van de les kun je de rijtjes van de modale hulpwerkwoorden können, dürfen und mögen vervoegen.
• kun je het voltooid deelwoord maken door het maken van opdrachten.
• weet je de vormen van haben en sein nog

SO2

• woensdag 14 december
• Grammatica hoofdstuk 4
• woordjes Kapitel 4, Lektion 4, 5, 6 NL-DU en DU-NL
• Redemittel blz. 47 van DU-NL

Hoe zat het ook alweer?

haben & sein

Maak 5 zinnen met het voltooid deelwoord van 

onderstaande werkwoorden. 

Je moet ook een vorm van haben & sein gebruiken

1. lachen
2. suchen
3. kochen
4. haben
5. sein

Heb je een goede zin dan win je iets lekkers!

Süße Test

An die Arbeit

Machen im Buch: 

- Opdracht 1 blz. 20

- Opdracht 1 blz. 32

Hoe? De eerste 5 minuten in stilte

Klaar? Online: Kapitel 4 --->versterk jezelf---->

Was hast du heute gelernt?

Hoe zeg je: ik heb gelachen in het Duits?

Hausaufgaben

Machen: 

Maak online versterk jezelf van Kapitel 4 (dürfen, können, mögen)

Abschluss

Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af

• na mijn startsignaal: inpakken
• zitten blijven tot de bel gaat- stil


• dan: klaar :)

Auf Wiedersehen!

Termine 2mh2

1.Goede uitleg in het Nederlands 10 minuten max en rustig. Jullie geven aan als het te snel gaat.

2.Stil zijn als een ander aan het woord is.

3.Iedereen is aardig tegen elkaar. Elkaar niet uitlachen.

4. Samenwerken en alleen werken.

5.Zoveel mogelijk opdrachten maken tijdens de les.

6.Spelletjes 

7. Pas inpakken als docent het aangeeft.

8. Pas opstaan als de bel gaat.

9. Vinger opsteken, en anders opschrijven wat je wilt zeggen.

10.