Vragenles H5











Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.

Stel je vragen aan de docent die gaat streamen. 
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel. 

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les











Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.

Stel je vragen aan de docent die gaat streamen. 
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel. 

Slide 1 - Tekstslide

Lesson Up

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk doorlopen

Slide 3 - Tekstslide

Ik kan enkele haakjes wegwerken.
Succescriteria
Ik kan herleiden.
Ik kan de oppervlakte van een samengestelde rechthoek berekenen.
Ik weet wat de papegaaienbek methode inhoudt.




Slide 4 - Tekstslide

De drie manieren van haakjes wegwerken
  • Een rechthoek tekenen                                                      Oppervlakte (A)     
  • Een vermenigvuldigingstabel gebruiken
  • De papegaaienbek methode

A = lengte • breedte
   = (3b + 4) • b
   = b (3b + 4) 

Zie de slide hiervoor, dus  A = b (3b + 4) = 3b² + 4b

Slide 5 - Tekstslide

De drie manieren van haakjes wegwerken
  • Een rechthoek tekenen                                                          
  • Een vermenigvuldigingstabel gebruiken
  • De papegaaienbek methode

Gegeven  A = b (3b + 4)

1. Teken een vermenigvuldigingstabel.
2. Vul in wat je weet.
3. Bereken de lege cellen.
4. Geef antwoord:  A = b (3b + 4) = 3b² + 4b
3b
4
b
3b²
4b

Slide 6 - Tekstslide

De drie manieren van haakjes wegwerken
  • Een rechthoek tekenen                                                          
  • Een vermenigvuldigingstabel gebruiken
  • De papepagaaienbek methode

Gegeven  A = b (3b + 4)

1. Teken de pijltjes of boogjes.
2. Werk in je hoofd (of schrift) beide pijltjes uit.        b • 3b = 3b²      en   b • 4 = 4b
3. Geef het antwoord:  A = b (3b + 4) = 3b² + 4b

Rekenregel: a (b+c) = ab + ac

Slide 7 - Tekstslide

Haakjes wegwerken
Stap 1  Noteer de gegeven formule                    
Stap 2  Bereken

b = 3 (a + 6)  = 3a + 18                       


a
+6
3
3a
18

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Ik kan dubbele haakjes wegwerken.
Succescriteria
Ik kan enkele haakjes wegwerken.
Ik weet wat de papegaaienbek methode inhoudt.




Slide 10 - Tekstslide

Dubbele haakjes wegwerken
(x + 3) (x - 5) = x²                               Notatie
(x + 3) (x - 5) = x² - 5x
(x + 3) (x - 5) = x² - 5x + 3x
(x + 3) (x - 5) = x² - 5x + 3x - 15

(x + 3) (x - 5) = x² - 5x + 3x - 15
                   = x² - 2x - 15

Slide 11 - Tekstslide

Dubbele haakjes wegwerken 
Stap 1  Noteer de gegeven formule                    
Stap 2  Bereken

b = (a - 3) (a + 6)  = a ² + 6a - 3a - 18
                         = a ² + 3a - 18
                     


a
+6
a
-3

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Ik kan een formule met haakjes zo kort mogelijk schrijven.
Succescriteria
Ik kan enkele haakjes wegwerken.
Ik weet wat de papegaaienbek methode inhoudt.
Ik kan dubbele haakjes wegwerken.
Ik kan een formule korter schrijven (herleiden).




Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Ik kan met een kwadratische formule werken.
Succescriteria
Ik weet hoe een kwadratische formule in elkaar zit.
Ik kan aan de hand van de formule een grafiek schetsen.
Ik ken de begrippen: symmetrieas, top, bergparabool en dal parabool.
Ik ken een grafiek bij een kwadratische formule tekenen.
Ik kan de coördinaten van de top noteren.




Slide 16 - Tekstslide

Kwadratische formule
Standaard vorm:   

De grafiek bij een kwadratische formule noemen we een parabool. 
De waarde van het getal (a) voor de x² geeft aan of het een dal of bergparabool wordt.

a < 0   bergparabool
a > 0   dal parabool     
 y = ax² + b

Slide 17 - Tekstslide

Kwadratische formule
Standaard vorm:   

Stappenplan (grafiek tekenen)
Stap 1   Formule noteren.
Stap 2  Tabel tekenen (altijd meer dan 5 kolommen
Stap 3  Assenstelsel tekenen met de grafiek.

 y = ax² + b

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Ik kan met een kwadratische vergelijking oplossen.
Succescriteria
Ik weet wat het verschil is tussen een formule en vergelijking.
Ik kan nagaan of een vergelijking nul, een of twee oplossingen heeft.
Ik kan een kwadratische vergelijking oplossen.





Slide 20 - Tekstslide

Verschil formule en vergelijking.
Een formule staat op een korte en handige manier hoe je iets berekent. Een formule heeft twee variabelen.


Een vergelijking heeft één variabele
Door de vergelijking op te lossen kun je de waarde van de variabele berekenen.
 y = ² + 3
 12 = ² + 3

Slide 21 - Tekstslide

Kwadratische vergelijkingen oplossen
Als je de kwadratische vergelijking in de vorm x² = getal hebt geschreven kun je aflezen hoeveel oplossingen deze heeft.       

getal > 0    De vergelijking heeft twee oplossing (positief en negatief).

getal = 0    De vergelijking heeft een oplossing, namelijk x=0.

getal < 0   De vergelijking heeft geen oplossing, want een wortel uit een negatief getal
               bestaat niet.

Slide 22 - Tekstslide

Kwadratische vergelijkingen oplossen
Stap 1      Neem de vergelijking over.
Stap 2     Schrijf in de vorm x² = getal. 
Stap 3     Werk het kwadraat weg.
Stap 4     Bereken de oplossing(en).
Stap 5    Controleer de oplossing(en).


 x2- 2 = 14

 x2 = 16

 x = 16   v    x = -√16

 x = 4    v   x = -4
 
 x= 4   4² - 2= 16 - 2 =14
 x=-4  (-4)² - 2= 16 - 2=14
    


Wat je links doet moet je rechts ook doen (balansmethode).
Of gebruik de bordjesmethode.
Weet je nog?     
Kwadraat en wortel heffen elkaar op.   √(x2) = x
Het woordje of geven we in de wiskunde aan met het symbool v.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

FF checken

Slide 25 - Tekstslide

Verhoudingstabel gebruiken
Mira maakt van een mier van 1,6 mm een tekening op schaal.
In haar tekening wordt de mier 64 cm.
Zet je gegevens in een verhoudingstabel.
 Welke schaal heeft haar tekening?

Slide 26 - Tekstslide

aan de slag 
Heb je aantekeningen genoteerd in je schrift? 

Maak de gemengde opgaven, oefentoets, test jezelf en/of extra oefening.

Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?
Let ook op je notatie!

Lever je werk in via LessonUp.

Slide 27 - Tekstslide

Tot de volgende les!
Ga thuis verder met 
de lessen in LessonUp!

Slide 28 - Tekstslide