1.3 Geen vaste woonplaats

1.3 Geen vaste woonplaats
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1.3 Geen vaste woonplaats

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Welk landschap in Nederland ontstond na de laatste ijstijd
Hoe mensen samenleefden 
Hoe we dingen weten over jager- verzamelaars
Welke soorten samenlevingen we onderscheiden
Hoe tekenaars het verleden in beeld brengen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

11.500 v. Chr.
  • Laatste IJstijd

  • 6000 v. Chr Toendra: gras, mos en lage struiken

  • Wilde dieren: mammoeten, wolven en rendieren.

Slide 4 - Tekstslide

Jager-verzamelaars
  • Leven in kleine groepen 
  • Geen vaste woonplaats: nomaden
  • Weinig bezit

Slide 5 - Tekstslide

Dierenhuiden
Dieren werden niet alleen gedood voor het vlees. Ook andere delen van de dieren werden gebruikt, zoals de botten en de huiden.
Tenten 
Hier zie je een kamp van jager-verzamelaars. Jager-verzamelaars woonden in tenten, omdat ze altijd maar tijdelijk op een plek verbleven.

Rendierjagers 
Deze mannen komen terug van het de jacht. Ze hebben net een rendier gedood. Jager-verzamelaars wisten precies waar ze in elk jaargetijde moesten zijn voor hun voedsel.
Vuur
Voor jager-verzamelaars was vuur erg belangrijk. Ze gebruikten vuur het hele jaar om hun eten op te koken, om werktuigen mee te maken en om bij samen te komen.
Middel van bestaan
Deze jager-verzamelaar heeft net vis gevangen in de beek. Vissen was in de prehistorie een belangrijke manier om aan voedsel te komen, net als jagen.
Met een boomstamkano
Hier zie je twee mensen met een boomstamkano. Ze duwen hem in het water. De kano is gemaakt van een uitgeholde boomstam. Dit was een heel karwei, maar het was zeker de moeite waard.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

middel van bestaan: manier om aan voedsel te komen.
Jagen, verzamelen en vissen

Slide 10 - Tekstslide

Middelen van bestaan van een jager- verzamelaar: 
Jagen

Slide 11 - Tekstslide

Middelen van bestaan van een jager- verzamelaar: 
Verzamelen

Slide 12 - Tekstslide

Middelen van bestaan van een jager- verzamelaar: 
Vissen

Slide 13 - Tekstslide

prehistorie / historie
Prehistorie (pre = voor, historie = geschiedenis) Dit is het moment voordat men kon schrijven --> archeoloog.

Historie: De periode nadat mensen konden schrijven  --> historicus

Geschiedenis kijkt alleen naar historie
Het spijkerschrift, ontwikkeld tussen 3300 en 2900 voor Christus ten zuiden van Mesopotamië (huidig Irak).

Slide 14 - Tekstslide

Samen lezen:
  • Bronnen van onze kennis (blz. 15)
  • Soorten samenlevingen (blz. 16)
  • Het verleden in beeld (blz. 17) 

Slide 15 - Tekstslide

Hoe weten we dat allemaal?
  • archeologie
  • Experimentele archelogie (  het nadoen van )
  • bestudering van tegenwoordige jager- verzamelaars (Afrika)

Slide 16 - Tekstslide

Wie was Ötzi?
  • 5000 jaar 
  • IJsmummie.
  • Gevonden in 1991 
  • Gevonden in de Ötztaler Alpen.

Slide 17 - Tekstslide

Kleding van Ötzi
  • Mantel van geitenvel.
  • Muts van een berenvacht.
  • Geen broek, maar twee losse broekspijpen van leer.
  • Schoen had van binnen gras en aan de buitenkant berenleer.

Slide 18 - Tekstslide

Gereedschap en wapens
  • Pijlkoker: met 12 pijlen.
  • Bus van berkenbast: hier bewaarde hij draad, naald en houtskool.
  • Boog
  • Bijl
  • Dolk van steen

Slide 19 - Tekstslide

Waarom was de vondst van Ötzi belangrijk?
  • Door de vondst van Ötzi weten we meer over de manier waarop jagers en verzamelaars leefden.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Weektaak 
zie het bord of its learning

Slide 22 - Tekstslide

Welke opmerking over onze jaartelling is juist?

De jaartelling die we gebruiken ...
A
begint aan het einde van de prehistorie.
B
begint met de geboorte van Jezus Christus.
C
heet de katholieke jaartelling.
D
is de enige jaartelling die er is.

Slide 23 - Quizvraag

Een andere naam voor deze periode is de prehistorie.
Wat past bij de prehistorie?
A
Tijd waarin mensen het schrift gebruiken
B
Geschreven bronnen
C
Ongeschreven bronnen
D
Tijd waarin mensen geen schrift hebben

Slide 24 - Quizvraag

De jager-verzamelaars waren nomaden. Wat zijn nomaden?
A
Mensen die op één plek blijven wonen
B
Mensen die rondtrekken op zoek naar voedsel
C
De eerste boeren
D
een soort insect

Slide 25 - Quizvraag

Wat zijn scheppingsverhalen?
A
Verhalen waarin wordt verteld hoe God de wereld en de mens heeft gemaakt
B
Verhalen waarin wordt verteld hoe de wereld is ontstaan
C
Verhalen waarin wordt verteld hoe de geschiedenis werkt.
D
Verhalen waarin wordt verteld over de homo sapiens

Slide 26 - Quizvraag

wetenschap
religie
Sleep de woorden naar de goede kolom: Religie  of Wetenschap.

fossielen
Darwin
paradijs
Adam en Eva
Scheppingsverhalen
evolutie

Slide 27 - Sleepvraag

Middel van bestaan.
Jager-verzamelaars.
Boeren.
Jagen
Vissen
Verzamelen
Veeteelt
Akkerbouw

Slide 28 - Sleepvraag