3GT - Grammar recap Unit 2

Grammar Unit 2
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Grammar Unit 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze periode
- UNIT 1 toets (gemaakt)
- UNIT 2 toets (volgende week) 
- SE 1 (leesvaardigheid) over 2 weken

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van de les heb je geoefend met de grammatica van UNIT 2

Slide 3 - Tekstslide

Plural = Meervoud



Genetive = Bezit

+s


Uitzonderingen:
f > ves
mk+y > ies
sisklank > es

Woman > Women      Man > Men
Child > Children       Tooth > Teeth
Foot > Feet                Goose > Geese
Mouse > Mice           Sheep > Sheep
Fish > Fish   

's voor mensen, dieren, tijd of plek in het bezit van een persoon

Uitzonderingen:
Eindigt het al op een s? alleen '

Gaat het niet om een mens, tijd of plek in het bezit van een persoon?
> gebruik ... of ...




Slide 4 - Tekstslide

Posessive:
The farmer____truck.
A
farmer 's
B
farmerses
C
farmer'
D
farmers'

Slide 5 - Quizvraag

Posessive:
My brothers____ children.
A
brothers's
B
brothers'
C
brotherses

Slide 6 - Quizvraag

Posessive:
The map____ world
A
The map of the world
B
The mapses world.
C
The map's world.
D
The maps' world

Slide 7 - Quizvraag

De present perfect gebruik je als...
A
iets in het verleden gebeurd is
B
iets in het verleden gebeurd is en nog bezig is
C
iets in het verleden gebeurd is en je het niet meer weet

Slide 8 - Quizvraag

Present perfect
iets wat in het verleden begonnen is en nu nog aan de gang is.
Has/have + voltooid deelwoord

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer gebruikje de present perfect?
  • Om te praten over iets wat in het verleden gebeurd en waar je nu het resultaat van merkt:
Sharon has broken her leg (now she can't walk)
Jim has lost his keys ( now he can't open the door)
Gwen has eaten too much (now she feels sick)






Slide 10 - Tekstslide

Wanneer gebruik je de present perfect?


  • Om te praten over iets wat in het verleden is begonnen, en nu nog aan de gang is (nog niet afgelopen)

Bob has known John since they were 10.
Mary has worked at the market for 5 years now.
Bill and Kate have been friends since 2011.



Slide 11 - Tekstslide

Wanneer gebruik je de present perfect?
  • Om te praten over ervaringen to  nu toe:
I have never been too America.
Have you ever been to America?
I've never swum with dolphins.
She has never run a marathon.

Slide 12 - Tekstslide

                       Present perfect


        have / has + voltooid deelwoord

Slide 13 - Tekstslide

Wat is dan het voltooid deelwoord?
er zijn 2 verschillende         regelmatige werkwoorden 
                                                           
                                                  onregelmatige werkwoorden
1
2

Slide 14 - Tekstslide

           
             regelmatige werkwoorden       
1
werkwoord + -ed
play - played
walk - walked
work - worked
want - wanted

Slide 15 - Tekstslide

           
             onregelmatige werkwoorden

2
Het derde woord uit de rijtjes 
To do - did - done
to fly - flew - flown
to fight - fought - fought

Slide 16 - Tekstslide

SIGNAALWOORDEN
  • JUST - NET
  • ALREADY - AL
  • YET - AL (IN VRAAGZINNEN)
  • NOT YET - NOG NIET
  • ALWAYS - ALTIJD AL
  • NEVER - NOOIT
  • EVER - OOIT
  • SINCE - SINDS
  • FOR - (NU) AL
  • (FOR) HOW LONG? - HOE LANG

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Als iets gebeurd is en afgelopen is gebruik je de ....
A
present simple
B
present perfect
C
past simple

Slide 19 - Quizvraag

De present perfect maak je met...
A
have/has + voltooid deelwoord
B
had/have + voltooid deelwoord
C
didn't + hele ww

Slide 20 - Quizvraag

I ____(read) six books this week.

Slide 21 - Open vraag

John _______ (never/understand) the present perfect.

Slide 22 - Open vraag

Onregelatige ww
Voorbeeld:
to be - was/were - been
Now you...

Slide 23 - Tekstslide

Vul aan:
to begin - _____ - _____

Slide 24 - Open vraag

Vul aan:
to see - ____ - ____

Slide 25 - Open vraag

Vul aan:
To come - ____ - ____

Slide 26 - Open vraag

Hoe goed ken jij de grammatica naar je gevoel?
0100

Slide 27 - Poll

Huiswerk
Ga naar SOM today, leermiddelen, Engels, klik op de link.
Maak de catch up van UNIT 2 creativity.
Gert, thomas, jarno en luca maken het samen met mij. Anderen ook? kom erbij zitten!

Slide 28 - Tekstslide