Spelling 4havo

Spelling - vervolg-4h1

-herhalen hoofdletters en aaneenschrijven
(zie ook de presentatie in Classroom)
-nieuwe theorie: leestekens
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spelling - vervolg-4h1

-herhalen hoofdletters en aaneenschrijven
(zie ook de presentatie in Classroom)
-nieuwe theorie: leestekens

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling: hoofdletters (zie blz. 256-258)
-’s Middags (bij deze ouderwetse afkorting aan het begin van de zin blijft de ‘s’ klein en krijgt de eerstvolgende letter een hoofdletter.) 

-namen: Jan de Vries en meneer De Vries (als je een voornaam gebruikt, heeft het tussenvoegsel een kleine letter. Gebruik je geen voornaam, dan krijgt dat tussenvoegsel plotseling een hoofdletter)

-namen: getrouwde mensen met twee namen: Rene Vos - van Zijl. Dat wordt dan mevrouw Vos - van Zijl. Omdat van Zijl aangekoppeld wordt, blijft het tussenvoegsel ‘van’ met een kleine letter. 

-alle namen en afleidingen uit de atlas (Engeland maar ook Engelstalig)

-directe rede (als je iets zegt) - Mama vroeg: ‘Willen jullie een tosti?’

-let vooral ook op welke woorden je NIET met een hoofdletter schrijft. (blz. 257-258). Niet de maanden van het jaar, geen windrichtingen, niet de dagen van de week, geen seizoenen,geen functies als koning, prinses enz

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling aaneenschrijven (blz. 258-260)
-basisregel in het Nederlands: als je delen van woorden aan elkaar kunt schrijven zonder uitspraakproblemen, dan doe je dat. Dat heet een samenstelling. (fietsenstalling, kamerplant, gooststeenkastje)

-uitzondering: woorden die uit een ander land komen (second opinion)

-tussen -n- : is het tomatesoep of tomatensoep? Check hiervoor het eerste deel van de samenstelling. Als dat geen zelfstandig naamwoord is, vervalt de ‘n’ sowieso (lachebek - want lachen is een werkwoord). Is het eerste deel van het woord wel een zelfstandig naamwoord? Check de meervoudsvorm. Is deze alleen met een ‘n’? Dan schrijf je een ‘n’. Heeft het meervoud ook een vorm met een ‘s’? Dan vervalt de tussen ‘n’. Tomaat = zelfstandig naamwoord = mv-tomaten (geen tomaats). Dus is het tomatensoep. 

-tussen -s-: is het Stationstraat of Stationsstraat? Vervang het tweede woord door een woord dat niet met een -s- begint. Bijvoorbeeld ‘Stationsplein’. Je hoort dan nog een ‘s’ in het midden. Plus de ‘s’ van straat maakt dat twee s’en. Stationsstraat dus. 

Slide 3 - Tekstslide

Is de spelling correct:
Fien De Vries-van Dijk
A
Goed
B
Fout

Slide 4 - Quizvraag

Is de spelling correct?
Gelukkig is de waarde van de Euro al maanden stabiel.
A
Goed
B
Fout

Slide 5 - Quizvraag

Is de spelling correct?
Mijn docente Engels, mevrouw Parker, raadde mij aan het boek Animal farm te lezen.
A
Goed
B
Fout

Slide 6 - Quizvraag

Wat is goed?
A
korte termijngeheugen
B
kortetermijngeheugen
C
kortetermijn geheugen
D
korte-termijngeheugen

Slide 7 - Quizvraag

Wat is goed?
A
zeventien
B
zeven tien

Slide 8 - Quizvraag

Wat is goed?
A
boerekaas
B
boerenkaas

Slide 9 - Quizvraag

Wat is goed?
A
beresterk
B
berensterk

Slide 10 - Quizvraag

Wat is goed?
A
maneschijn
B
manenschijn

Slide 11 - Quizvraag


Wat is goed?
A
rijkeluiszoontje
B
rijkeluizoontje

Slide 12 - Quizvraag

Leestekens (blz. 262-265)


-behandeling trema, apostrof (hoge komma) accenten


Slide 13 - Tekstslide

Trema: (zie blz. 262)


-als er in een woord twee klinkers naast elkaar staan die een uitspraakprobleem veroorzaken, gebruik je een trema.
ingrediënt, ruïne
-schrijf geen trema als je geen uitspraakprobleem hebt.
officieel, serieus
-je schrijft geen trema maar een streepje als je te maken hebt met een afleiding in plaats van een samenstelling: mee-eten

Slide 14 - Tekstslide

Apostrof: (zie blz.262)
-Je gebruikt een apostrof als je de uitgang (einde) van een woord langer moet maken.
auto's, accu's maar niet dominees en bureaus
-Je gebruikt een apostrof als het woord op een -y eindigt.
baby's, lolly's
-Je gebruikt geen apostrof als die 'y´ gecombineerd is met een andere klinker: loverboys, essays


Slide 15 - Tekstslide

Accent (zie blz. 264-265):
-een accent met het streepje naar links (accent grave) gebruik je om de letter korter te laten klinken 
blèren, crème
-een accent met een streepje naar rechts (accent aigu) maakt de letter juist langer
logé
-een dakje (accent circonflex) schrijf je eigenlijk alleen op van oorsprong Franse woorden (crêpe)


Slide 16 - Tekstslide

Planning:
-na de meivakantie behandelen we meervoud, verkleinwoorden en afkortingen
-op www.cambiumned.nl kun je veel meer oefenen.
-mail me bij vragen
-indien na de vakantie de school nog niet begint, mail ik een nieuw schema voor de boekpromoties 
Fijne vakantie en blijf gezond!

Slide 17 - Tekstslide