Leesvaardigheid 5.2, deel 2

5.2 Leesvaardigheid
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

5.2 Leesvaardigheid

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Tijdens deze les:

- Betogende tekst en opbouw
- Tekstverbanden redengevend en concluderend

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan de opbouw van een betoog benoemen.
Ik kan standpunten en argumenten herkennen.
Ik kan de tekstverbanden redengevend en concluderend herkennen en toepassen met de juiste signaalwoorden.


Slide 3 - Tekstslide

Even herhalen
Tijdens de vorige les hadden we het over..

- Tekstdoelen: overtuigen en activeren
- Tekstvorm en tekstsoort: informeren, overtuigen, activeren, amuseren
- Leespubliek
       

Slide 4 - Tekstslide

Betogende tekst
Indeling betoog:

- inleiding: de schrijver geeft zijn mening 

- kern: hij geeft argumenten voor zijn meningen wil de lezer 
            daarmee overtuigen

- slot: hij trekt een conclusie of vat alles samen.

Slide 5 - Tekstslide

Waarmee probeert de schrijver de lezer te overtuigen?

Slide 6 - Open vraag

Betogende tekst
Indeling betoog:

- inleiding: de schrijver geeft zijn mening
- kern: hij geeft argumenten voor zijn mening
- slot: hij trekt een conclusie of vat alles samen.

Bijvoorbeeld:
Mening: Roken is slecht voor je.
Argument: Je kunt er ziek van worden.
Argument: Je kunt er dood aan gaan.
Conclusie: Dus je moet niet gaan roken, want roken kan dodelijk zijn.

Slide 7 - Tekstslide

Hieronder staat een standpunt (mening).
Probeer een argument te bedenken om mij hiervan te overtuigen.

Door corona is het leven een stuk saaier (=mening).

Slide 8 - Open vraag

Tekstverbanden herhalen
We kennen al:
- opsommend -> ten eerste, ten tweede, en, bovendien.....
- tijdsvolgorde -> eerst, terwijl, toen, vervolgens.....
- tegenstellend -> maar, echter, toch, daarentegen....
- uitleggend -> bijvoorbeeld, dat wil zeggen, zoals......




* Alle tekstverbanden staan op blz. 258

Slide 9 - Tekstslide

Nieuwe tekstverbanden
Redengevend tekstverband
- signaalwoorden: want, omdat, daarom, immers, namelijk
    -> Ik wil niet naar tennisles, want ik heb geen zin.

Concluderend tekstverband
- signaalwoorden: dus, dan ook, hieruit volgt, kortom, concluderend
  -> Kortom, ze heeft geen zin en wil niet naar tennisles.


* Alle tekstverbanden staan op blz. 258

Slide 10 - Tekstslide

Maak een korte zin met een redengevend tekstverband.

(want, omdat, daarom, immers, namelijk)

Slide 11 - Open vraag

Maak een korte zin met een concluderend tekstverband.

(dus, dan ook, hieruit volgt, kortom, concluderend)

Slide 12 - Open vraag

We hebben het gehad over...
- Betogende tekst
    * mening, argument, conclusie of samenvatting

- Tekstverbanden redengevend en concluderend

Slide 13 - Tekstslide

Wat vond je lastig deze les?
A
de herhaling
B
niets
C
de mening, argumenten en conclusie in een betoog
D
de tekstverbanden

Slide 14 - Quizvraag

Waarom heb je voor dat antwoord gekozen?

Slide 15 - Open vraag

Leerdoelen + huiswerk
Leerdoelen:
Ik kan de opbouw van een betoog benoemen.
Ik kan standpunten en argumenten herkennen.
Ik kan de tekstverbanden redengevend en concluderend herkennen en toepassen met de juiste signaalwoorden.


Huiswerk:
opdracht 8 t/m 14
* klaar -> leestaak blz. 188, 189 afmaken
** leestaak klaar -> extra leestaak blz. 214, 215 maken



Slide 16 - Tekstslide