In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
jeugdjournaal.nl
Slide 1 - Link
les devoirs
la grammaire - delend lidwoord
le vlog - instructie
Le but: à la fin de ce cours:
weet ik wat het delend lidwoord is in het Frans en kan ik het toepassen
Weet ik wat er van mij verwacht wordt bij het maken van een vlog
Slide 2 - Tekstslide
Overhoren woorden apprendre 4, getallen en ww prendre
Jullie gaan staan - ik noem getallen en vormen ww
Als je betekenis weet - steek je vinger op
Iemand krijgt beurt - goede antwoord - ga zitten
Hoe lang duurt het voordat iedereen zit?
Slide 3 - Tekstslide
La grammaire
Lidwoord
Delend lidwoord
Slide 4 - Tekstslide
Lidwoord
Mannelijk enkelvoud le un
Vrouwelijk enkelvoud la une
Woorden met klinker/stomme h l' un/une
Woorden in het meervoud les des
Slide 5 - Tekstslide
Vertaal: de stokbroden "..... baguettes"
A
les
B
des
Slide 6 - Quizvraag
Vertaal: een salade (... salade)
A
une
B
un
C
le
D
la
Slide 7 - Quizvraag
Vertaal "de man" (... homme)
Slide 8 - Open vraag
DELEND LIDWOORD
Wanneer gebruik je het?
Als de hoeveelheid van iets onbekend is
x vrienden - des amis
x meisjes - des filles
Slide 9 - Tekstslide
Mannelijk enkelvoud
Vrouwelijk enkelvoud
Woorden met klinker/
stomme h
Woorden in het meervoud
du
de la
de l'
des
Delend lidwoord
Slide 10 - Tekstslide
DELEND LIDWOORD
Ik wil brood.
Weet je hoeveel?
Je veux du pain.
Slide 11 - Tekstslide
DELEND LIDWOORD
Ik wil jam.
Weet je hoeveel?
Je veux de la confiture.
Slide 12 - Tekstslide
DELEND LIDWOORD
Ik wil water.
Weet je hoeveel?
Je voudrais ......eau.
Slide 13 - Tekstslide
DELEND LIDWOORD
Ik wil water.
Weet je hoeveel?
Je voudrais de l'eau.
Slide 14 - Tekstslide
DELEND LIDWOORD
Ik wil appels.
Weet je hoeveel?
Je veux....pommes.
Slide 15 - Tekstslide
DELEND LIDWOORD
Ik wil appels.
Weet je hoeveel?
Je veux des pommes.
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
DELEND LIDWOORD
Na woorden die wel een hoeveelheid aangeven, gebruik je het woordje 'de'. Behalve bij telwoorden (deux, trois, etc) Na een ontkenning gebruik je ook het woordje 'de'. Dat zijn dus zinnen met ne....pas.