nectar 7.2 vet/ suiker

Vooraf...
Wat hebben we al qua kennis in huis van de vorige lessen?
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, vwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Vooraf...
Wat hebben we al qua kennis in huis van de vorige lessen?

Slide 1 - Tekstslide

Koolhydraat
Eiwit
Vetten
Vitaminen
Water
 Mineralen

Slide 2 - Sleepvraag

Sleep de voedingsmiddelen naar
het juiste vak van de schijf van 5
1
2
3
4
5
granenkoekjes
vette vis
Romaine sla
water
visolie
appels
meelwormen
bananen
krekels

Slide 3 - Sleepvraag

Leerdoel 7.2 
Jij kunt uitleggen hoe je aan energie komt
Je kunt uileggen hoeveel energie je nodig hebt en waar dat van af hangt.
Waarom matig met suiker en vet?
-Verschil tussen melk en blijvend gebit
Wat zijn gaatjes?

Slide 4 - Tekstslide

Vetten
Vet is een bron van energie, vitamine A, vitamine D, vitamine E en essentiële vetzuren. Er bestaat onverzadigd en verzadigd vet. Vet in voedingsmiddelen bestaat altijd uit een combinatie van beide.

Om de kans op hart- en vaatziekten te verlagen, is het dus van belang producten met veel verzadigd vet te vervangen door producten met veel onverzadigd vet.

Slide 5 - Tekstslide

verzadigde vetten (ongezond)
onverzadigde vetten ( gezond)

Slide 6 - Tekstslide

Waarom matig met vet?
iedereen heeft ongeveer 80 gram vetten nodig voor bouwstoffen en energie en bescherming van organen en isolatie tegen de kou.

Teveel vet: nauwe aderen --> hoge bloeddruk--> hartinfarct

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Het gebit

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Het gedeelte van je tanden wat wat je moet poetsen heet:
A
tandbeen
B
kaakbeen
C
cement
D
kroon

Slide 38 - Quizvraag

In je tanden zitten.....
A
bloedvaten
B
zenuwen
C
bloedvaten en zenuwen
D
geen van beiden

Slide 39 - Quizvraag

cariës is....
A
een gaatje in het tandglazuur
B
het ontbreken van verstandskiezen
C
een scheefstaand gebit
D
tandsteen

Slide 40 - Quizvraag

tanderosie ontstaat vooral door
A
te veel poetsen
B
te weinig poetsen
C
veel frisdrank drinken
D
te veel zout eten

Slide 41 - Quizvraag

hoeveel kiezen heeft een volwassene
A
12
B
16-20
C
20
D
24

Slide 42 - Quizvraag

wat is een overbeet?
A
Je melkgebit laat niet los , terwijl je blijvende gebit al doorkomt.
B
Je boventanden vallen te ver over je ondertanden.
C
Je ontwikkeld geen verstandskiezen
D
Je tandvlees trekt zich terug waardoor de wortels bloot komen te liggen.

Slide 43 - Quizvraag

wat is de functie van tandglazuur?
A
Het tandbeen beschermen tegen zuren
B
Het vastzetten van de tand in de kaak
C
Het afbijten van voedsel
D
het aantonen van tandplak

Slide 44 - Quizvraag

waar lopen de zenuwen van tanden?
A
in de tandholte
B
onder het wortelvlies
C
in het tandbeen
D
in het kaakbeen

Slide 45 - Quizvraag

Op welke leeftijd komen verstandskiezen gemiddeld door?
A
10-12
B
14-18
C
18-22
D
25+

Slide 46 - Quizvraag

Aan het werk...

Leer 7.1 

Lees 7.2

Maken geheel 7.1 en 7.2






Slide 47 - Tekstslide