Je raakt met je hand een scherp voorwerp aan en voelt meteen pijn. Daarna trek je je hand weg.
1. Leg uit hoe een signaal van je huid naar je spieren wordt doorgegeven bij deze gebeurtenis.
Gebruik in je uitleg de volgende termen: zenuwstelsel, sensorische zenuwcel, motorische zenuwcel, zenuwimpuls, ruggenmerg, spier.
Het zenuwstelsel bestaat uit verschillende delen. De hersenen en het ruggenmerg vormen samen het centrale zenuwstelsel. Daaromheen liggen zenuwen die signalen van en naar het lichaam vervoeren.
2. Leg uit wat het verschil is tussen het centrale zenuwstelsel en de zenuwen die daarbuiten liggen. Gebruik in je antwoord de termen: hersenen, ruggenmerg, centrale zenuwstelsel, signalen, zenuwen.