Paragraaf 3: Arm en Rijk in Zuidoost Azië

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom!

Vandaag:

• Introductie Par 3.3 Arm en Rijk in Zuid-Oost Azië
• Uitleg Par 3.3 
• Terugblik

Paragraaf 3.3

Deze paragraaf gaat over de verschillen in welvaart tussen de landen van Zuid-Oost Azië. 

Je kan de landen opdelen in drie groepen:

1.  de rijke landen
2. de groeilanden
3. de arme landen

RIJK

GROEI

ARM

Thailand

Myanmar

Indonesië

Singapore

Buthan

Vietnam

Ontwikkeling: kijken of meten

Het ontwikkelinsgpeil van een land kan je zien door te kijken naar afbeeldingen. 

Beter is het om te meten aan de hand van ontwikkelingskenmerken.

Ontwikkelingskenmerken

Ontwikkeling kan je op twee manieren meten:

1.  Inkomens
2. Basisbehoeften

Inkomens zijn een goede indicator, maar koopkracht is beter. 

BNP en inkomen

• Het BNP is de waarde van alle producten en diensten in een land, uitgedrukt in geld. 

• Deel het BNP door het aantal inwoners en dan krijg je het gemiddelde inkomen.
  

Basisbehoeften

De mens heeft voor een goed leven vier basisbehoeften. 

1. Voedsel
2. Huisvesting
3. Gezondheidszorg
4. Onderwijs 

Het percentage mensen dat niet kan lezen of schrijven (analfabetisme).

1. Voedsel
2. Huisvesting
3. Gezondheidszorg
4. Onderwijs

Getallen over de dagelijkse hoeveelheid energie en eiwitten, vitamines.

1. Voedsel
2. Huisvesting
3. Gezondheidszorg
4. Onderwijs

Het percentage van de bevolking dat toegang heeft tot een waterleiding.

1. Voedsel
2. Huisvesting
3. Gezondheidszorg
4. Onderwijs

Het aantal artsen per 1000 inwoners. (artsendichtheid)

1. Voedsel
2. Huisvesting
3. Gezondheidszorg
4. Onderwijs

Terugblik 1: Op welke twee manieren kan je ontwikkeling meten?

Terugblik 2: Waar staat het BNP voor en wat is het precies?

Terugblik 3: Welke vier basisbehoeften zijn er? Welke van de vier zou het belangrijkst zijn?