6-4 sign 2c+2d

6-4 sign 2c+2d
  • Praktijkexamens?
  • Doelen vorige les: Voorbereiden IE + bijhouden taalvaardigheid, Argumenten en tegenargumenten herkennen 
  • Van informatief artikel naar betogend artikel: Nog een keer de uitleg. Mail je betogend artikel.
  • TOA; Kijken en luisteren: Iedereen maakt dit eerst.

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

6-4 sign 2c+2d
  • Praktijkexamens?
  • Doelen vorige les: Voorbereiden IE + bijhouden taalvaardigheid, Argumenten en tegenargumenten herkennen 
  • Van informatief artikel naar betogend artikel: Nog een keer de uitleg. Mail je betogend artikel.
  • TOA; Kijken en luisteren: Iedereen maakt dit eerst.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

blokjesschema

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

aan het werk
TOA-toets: kijken en luisteren
Herschrijf jouw informerend artikel naar een betogend artikel. Zie mail voor informatie.



Slide 5 - Tekstslide

TOA
login.toets.nl
Gebruikersnaam = studentnummer ZONDER @rijnijssel.nl
wachtwoord = R + JOUW geboortedatum (R28-02-1963)
Instellingscode = RIEI


Slide 6 - Tekstslide

Vorige les en nu
Informatief artikel: vakantie in de regio
Dank voor de mooie artikelen!
Van informatief artikel naar betogend artikel

Slide 7 - Tekstslide

informatief artikel
doel: informeren
mening schrijver niet duidelijk
betogend artikel
doel: overtuigen
mening van schrijver duidelijk
argumenten
tegenargument(en) en weerlegging

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

standpunt?
argumenten?
tegenargument en weerlegging?
timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

De argumentatie kun je in een blokjesschema zetten. Zie blz 96.


Signaalworden die horen bij standpunten:

ik vind, volgens ons, zij denkt dat, de schrijver is van mening dat, dus, daarom, kortom

Een argumentatie kun je in een blokjesschema zetten. Van boven naar beneden is 'want'. 

Van onder naar boven is 'dus', 


Signaalwoorden die horen bij een standpunt:

ik vind, volgens ons, zij denkt dat, de schrijver is van mening dat, onze conclusie is, dus, daarom, kortom.....


Signaalwoorden die horen bij een argument:

dat blijkt uit, immers, namelijk, omdat , de reden hiervoor is, want....


Slide 17 - Tekstslide

De argumentatie kun je in een blokjesschema zetten. Zie blz 96.


Signaalworden die horen bij standpunten:

ik vind, volgens ons, zij denkt dat, de schrijver is van mening dat, dus, daarom, kortom

Een argumentatie kun je dus in een blokjesschema zetten. Van boven naar beneden is 'want'. 

Van onder naar boven is 'dus', 


Signaalwoorden die horen bij een tegenargument:

Er zijn mensen die zeggen...., Sommigen vinden dat....,


Signaalwoorden bij een weerlegging:

Daar is het volgende tegenin te brengen..., maar..., 

Slide 18 - Tekstslide

Weerlegging

Een argument dat laat zien dat een argument zwak of onwaar is noemen we een weerlegging.

                                                                      Voorbeeld:

Het is fijn dat de aarde opwarmt, want dan kunnen we in ons eigen land lekker veel zonnen (argument voor). Maar de kans dat je huidkanker krijgt,, wordt daardoor wel een stuk groter (argument tegen). Als je je echter genoeg insmeert met zonnebrandolie en niet te lang in de zon blijft,  is er niets aan de hand (weerlegging).

Slide 19 - Tekstslide

even oefenen
argument voor en tegenargument + weerlegging

Slide 20 - Tekstslide

'Arnhem is een gezellige winkelstad.' Argument voor?

Slide 21 - Open vraag

'Arnhem is een gezellige winkelstad.' Sommigen vinden dit niet, ze vinden...

Slide 22 - Open vraag