Laatste les voor toetsweek

Laatste les voor toetsweek
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo lwoo, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Laatste les voor toetsweek

Slide 1 - Tekstslide

Kleurcodering weerstand

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Een weerstandje heeft de volgende kleurcodering (ring 5: rood):
Ring 1: blauw
Ring 2: groen
Ring 3: zwart
Ring 4: goud
(Ring 5: rood)
Hoe groot is de weerstand? Alleen getal geen eenheid

Slide 4 - Open vraag

Een weerstandje heeft de volgende kleurcodering (ring 5: zilver):
Ring 1: oranje
Ring 2: grijs
Ring 3: blauw
Ring 4: bruin
(Ring 5: zilver)
Hoe groot is de weerstand? Alleen getal geen eenheid

Slide 5 - Open vraag

Weerstand van een draad Ohm/m

Slide 6 - Tekstslide

Vincent heeft een koperdraad met een 
weerstand van 0,17 ohm/m. Hij knipt hier 2,8m vanaf. Hoe groot is de weerstand van deze draad?

Slide 7 - Tekstslide

nienke heeft een kabel met een weerstand van 0,45 ohm / m. Zij heeft een kabel met een lengte van 3,2m. Hoe groot is de weerstand van deze draad in ohm? Rond je antwoord af op 1 decimaal, gebruik hiervoor een komma. Vul alleen het antwoord in zonder eenheid.

Slide 8 - Open vraag

Sheila heeft een kabel met een weerstand van 0,055 ohm / m. Zij heeft een kabel met een lengte van 8,7m. Hoe groot is de weerstand van deze draad in ohm? Rond je antwoord af op 1 decimaal, gebruik hiervoor een komma. Vul alleen het antwoord in zonder eenheid.

Slide 9 - Open vraag

Carlo heeft een kabel met een weerstand van 180 mohm / m. Hij heeft een kabel met een lengte van 12,6m. Hoe groot is de weerstand van deze draad in ohm? Rond je antwoord af op 1 decimaal, gebruik hiervoor een komma. Vul alleen het antwoord in zonder eenheid.

Slide 10 - Open vraag

Ampèremeter & voltmeter aansluiten + aflezen

Slide 11 - Tekstslide

Schakelschema
Sheila wil het vermogen van een lampje bepalen, ze meet daarvoor de stroomsterkte door de lamp en de spanning over de lamp. De lamp staat aangesloten op het stopcontact. Teken de opstelling waarmee Sheila het vermogen van de lamp kan bepalen. Dus: stopcontact, lampje, stroommeter en spanningsmeter op de juiste plaats.

Slide 12 - Tekstslide

Hoe groot is de stroomsterkte die deze ampèremeter aangeeft?

Slide 13 - Tekstslide

Hoe groot is de stroomsterkte die deze ampèremeter aangeeft?
De rode draad zit in de ingang met 0,5A 

Slide 14 - Tekstslide

Schakelschema’s

Slide 15 - Tekstslide

Schakelschema
Tygo heeft een lamp boven de eettafel hangen. De lamp bevat twee bolletjes. Op de lampjes staat 230V : 2,8A. Teken het schakelschema met een stopcontact als spanningsbron, een schakelaar om de lampen mee aan en uit te zetten (beiden lampjes gaan tegelijk aan/uit) en de twee lampjes.

Slide 16 - Tekstslide

Schakelschema
Gerry haar fietslampjes worden beide voorzien van spanning door een dynamo. De dynamo levert ca. 12V wanneer Gerry flink door fietst. Op haar voorlicht staat 8V:0,2A en op Gerry haar achterlicht staat 4V: 0,1A. Teken het schakelschema van de twee lampjes. Neem als spanningsbron een dynamo (generator).

Slide 17 - Tekstslide

Proeftoets maken
Ga aan de slag met de proeftoets

Slide 18 - Tekstslide