voltooide tijd - tekst - lampje

Welkom terug!!!
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Welkom terug!!!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag leren/doen?
  • Stil lezen (15 minuten)
  • De werkwoorden - voltooide tijd: spreken (vragen stellen &  antwoord geven)
  • Tekst lezen en voorlezen
  • Vragen bij de tekst maken

Ghazal, Hadil, Mayen en Maria - werken in LOWAN

Slide 2 - Tekstslide

Stil lezen
  • Boek uit bibliotheek
  • Boek van de juf

Opdracht: schrijf van elke bladzijde drie belangrijke woorden in je schrift
De juf gaat de nieuwe leerlingen helpen met LOWAN.
timer
15:00

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Voltooide tijd: Ik heb ge+stam+t/d


  • fietsen
  • gamen
  • leren
  • huiswerk maken
  • voetballen
  • shoppen
  • wandelen
  • koken
  • werken
  • rennen / joggen
  • tekenen


1. ge-
2. stam
3. in SoFT KetCHuP?
    ja --> t
    nee -- > d

Werken --> stam = werk
Ik heb gewerkt.


Slide 5 - Tekstslide

Voltooide tijd: Ik heb ge+stam+t/d


  • fietsen
  • gamen
  • leren
  • huiswerk maken
  • voetballen
  • shoppen
  • wandelen
  • koken
  • werken
  • rennen / joggen
  • tekenen


Ik heb gefietst.
Ik heb gegamed.
Ik heb geleerd.
Ik heb huiswerk gemaakt.
Ik heb gevoetbald.
Ik heb geshopt.
Ik heb gewandeld.
Ik heb gekookt.
Ik heb gewerkt.
Ik heb gerend/gejogd.
Ik heb getekend.
Ik                     fiets
Jij/hijzij          fiets    t
Wij/jullie/zij   fiets    en

Ik             voetbal
Ik             shop
Ik             wandel
Ik             kook
Ik             werk
Ik             ren/jog
Ik             teken
Tegenwoordige tijd

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf op in je schrift
Drie dingen die je in de vakantie hebt gedaan.

Dus: Ik heb in de vakantie ge ....
b.v. fietsen, rennen, voetballen, koken, leren, tekenen ....

Steek je vinger op als je een vraag hebt.
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht Spreken
  • Loop door de klas.
  • Vraag aan vijf mensen wat zij in de vakantie hebben gedaan.
       Wat heb jij in de vakantie gedaan?
  • Schrijf de antwoorden op het blaadje.
       Bijvoorbeeld: De juf heeft in de tuin gewerkt.
  • Het blaadje lever je in bij de juf.



timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Lezen
Een fiets voor twee

Slide 9 - Tekstslide

Groepjes maken
  1. Omid - Mostafa - Mohammad
  2. Mahmoud - Yamin - Adama
  3. Mia - Mayen - Breakthrough
  4. Hadil - Ghazal - Maria werken in LOWAN
  5. Melih - Derya - oefening werkwoorden
                    
                 = leider van de groep

Slide 10 - Tekstslide

Stappenplan
  1. De juf leest de tekst voor.
  2. Iedereen leest zelfstandig de tekst (in stilte).
  3. Iedereen leest een stuk tekst voor.
  4. Jullie maken samen de opdrachten: praten met elkaar, helpen elkaar.

De leider:
  • is stiltemeester
  • houdt de tijd in de gaten
  • zorgt dat iedereen in het groepje samen werkt

Slide 11 - Tekstslide

Een fiets voor twee

Slide 12 - Tekstslide

Stappenplan
  1. De juf leest de tekst voor.
  2. Iedereen leest zelfstandig de tekst (in stilte).
  3. Iedereen leest een stuk tekst voor.
  4. Jullie maken samen de opdrachten: praten met elkaar, helpen elkaar.

De leider:
  • is stiltemeester
  • houdt de tijd in de gaten
  • zorgt dat iedereen in het groepje samen werkt

Slide 13 - Tekstslide

Antwoorden
  • is --> zijn
  • heb/heeft --> hebben
  • staan --> staan
  • rijdt --> rijden
  • brengt --> brengen
  • vind --> vinden
  • zag --> zien
  • was --> zijn
  • zaten --> zitten
  • heet --> heten
  • zegt --> zeggen
  • Wij hebben 3 fietsen
  • De buurvrouw heeft 2 kinderen
  • Een fiets voor twee heet tandem
de fiets
de tandem
de step
de kano
de sup
de zeilboot
de roeiboot
de auto
de brommer
de fat bike
de motor
de tractor
de motorboot
de vrachtwagen

de bus
de trein
de tram
de metro
het vliegtuig
de taxi

Slide 14 - Tekstslide

Wat hebben we gedaan?
Schrijf drie woorden/dingen op
die je deze les hebt geleerd

Slide 15 - Tekstslide

Balspel
Ga in een kring staan
je naam

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Slide 18 - Tekstslide

Wat is je telefoonnummer?
Mijn telefoonnummer is:

Slide 19 - Tekstslide

Lange of korte klank: Lees voor
  • zeggen
  • leren
  • lopen
  • botten
  • ramen
  • kammen
  • zitten
  • dieren

Slide 20 - Tekstslide

Vervoegen: schrijf op in je schrift
  • zeggen
  • plakken
  • leren
  • tellen
  • lopen
  • heten
  • liggen
  • zitten
  • maken
ik zeg
hij ....
ik ....
jij ....
zij ....
ik ....
hij ....
ik ....
jij ....

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Het woord



- - - - - - - - - - - - - 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Rechten van de mens

Slide 27 - Tekstslide

In Nederland is iedereen even vrij
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

De Tweede Wereldoorlog
eindigde 80 jaar geleden.
Het was toen ...
A
1943
B
1944
C
1945
D
1946

Slide 29 - Quizvraag

Joden mochten in de oorlog
niet naar de dierentuin
maar wel naar de bioscoop.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Om in vrijheid te leven,
heb je rechten en wetten nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Wat is vrijheid
voor jou?

Slide 32 - Woordweb

Rechten en wetten
  • Rechten = je mag
  • Wetten/Regels =  je mag niet / je moet

Bijvoorbeeld:
  • Je mag je mening geven
  • Je mag niet rennen in de gang
  • Je moet je telefoon in de telefoonbak doen


Slide 33 - Tekstslide

Bijvoorbeeld in het verkeer
  • Je moet hier ...

  • Je mag hier niet ...


Slide 34 - Tekstslide

Schrijf in je schrift
Het moet = een verplichting

Het mag niet = een verbod

Het mag = een toestemming

Slide 35 - Tekstslide

Waarschuwingsborden: Pas op!

Slide 36 - Tekstslide

De weg vragen

Dag mevrouw/meneer, mag ik u iets vragen? 

Weet u waar .... is? 

Ik zoek ... .


Welke woorden heb je nodig:
  • links, rechts
  • linksaf, rechtsaf (slaan)
  • rechtdoor
  • oversteken
  • kruispunt
  • de (eerste, tweede, derde etc.) straat

Ga rechtdoor, tot het kruispunt. Steek het kruispunt over. Neem dan de eerste straat rechts en loop een stukje rechtdoor.
Ga links over de brug. Sla bij de stoplichten linksaf en je ziet de bibliotheek. De bibliotheek is aan de rechterkant.


Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Wordwall - de weg vragen

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link

Slide 41 - Link

Slide 42 - Link

Slide 43 - Link

Slide 44 - Link

Slide 45 - Link