Voorbereiding 2K-d voor toets Unit 3

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EnglishMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

What are we going to learn today?
- What's the difference between many, much, a lot, little, few
- When do you use many, much, a lot, little few

Slide 2 - Tekstslide

Veel
weinig
many
much
a lot
(a) little
(a) few

Slide 3 - Sleepvraag

Remember?
You've learned about many, much and a lot before in year 1
What do you remember?

Slide 4 - Tekstslide

Telbare zelfstandige naamwoorden
Ontelbare zelfstandige naamwoorden
Bevestigende zin (+)
Bevestigende zin (+)
ontkennende zin (-)
ontkennende zin (-)
vragende zin (?)
vragende zin (?)
many
many
much
much
a lot
a lot

Slide 5 - Sleepvraag

Many, much, a lot 
Al deze woorden betekenen dus: veel

Let op!
Many of much kan grammaticaal a lot of vervangen in bevestigende
zinnen. Grammaticaal is dit correct.

Dit wordt echter alleen gedaan bij hele formele taal. Een toespraak
van de koningin bijvoorbeeld.
In regel gebruik je a lot of voor bevestigende zinnen en many/much voor
vragende of ontkennende zinnen. 

Slide 6 - Tekstslide

There was _______ rain last night.
A
many
B
much

Slide 7 - Quizvraag

She hasn't got _____ bananas.
A
many
B
much
C
a lot of

Slide 8 - Quizvraag

She hasn't got _____ time.
A
many
B
much
C
a lot of

Slide 9 - Quizvraag

Does he have ______ books?
A
many
B
much
C
a lot of

Slide 10 - Quizvraag

Have they got _______ homework?
A
much
B
many

Slide 11 - Quizvraag

(a) few, (a) little
We gebruiken few en little om aan te geven dat we ergens weinig of een paar van hebben.

Let op! Er is een verschil tussen weinig en een paar.

She bought a few books.
Een paar boeken

She bought few books. 
Bijna geen


Slide 12 - Tekstslide

She has _______ dollars.
A
a few
B
a little

Slide 13 - Quizvraag

She has _______ money.
A
few
B
little

Slide 14 - Quizvraag

We have got _____ time
A
little
B
few

Slide 15 - Quizvraag

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 16 - Woordweb