symmetrie


s
y
m
m
e
t
r
i
e


s
y
m
m
e
t
r
i
e

H8- Symmetrie
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les


s
y
m
m
e
t
r
i
e


s
y
m
m
e
t
r
i
e

H8- Symmetrie

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Doelen: 
Ik kan de begrippen lijnsymmetrie en draaisymmetrie uitleggen.
Ik kan de symmetrieas(sen) in een lijnsymmetrische figuur vinden en tekenen.
Ik kan een figuur in een lijn spiegelen.
Ik kan de kleinste draaihoek van een draaisymmetrische figuur berekenen.
Ik kan rechthoekige, gelijkbenige en gelijkzijdige driehoek herkennen.
Ik kan het begrip schuifsymmetrie uitleggen.
Ik kan een motief in een patroon herkennen.
Ik kan een patroon met behulp van een motief maken.
Ik kan een hoek berekenen in een driehoek (TL)

Slide 3 - Tekstslide

Symmetrie
  • Lijnsymmetrie -> symmetrie-as
  • Draaisymmetrie -> draaihoek
  • Puntsymmetrie 

Slide 4 - Tekstslide

Welke vorm van symmetrie zie je hier?
A
Lijnsymmetrie
B
Draaisymmetrie
C
Schuifsymmetrie
D
Hier zie je geen symmetrie

Slide 5 - Quizvraag

Een gelijkzijdige driehoek heeft 3 symmetrieassen
Definitie symmetrieas
Een symmetrieas is een lijn die een figuur in 2 gelijke delen verdeelt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Wat voor symmetrie heeft dit figuur?
A
Lijnsymmetrie
B
Draaisymmetrie
C
Schuifsymmetrie
D
Zowel lijn-, draai- als puntsymmetrie

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de kleinste draaihoek?
A
120°
B
60°
C
180°
D
360°

Slide 8 - Quizvraag

Wat voor symmetrie heeft dit figuur?
A
Lijnsymmetrie
B
Draaisymmetrie
C
Schuifsymmetrie
D
Zowel lijn- als draaisymmetrie

Slide 9 - Quizvraag


Heeft deze figuur een symmetrie-as?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Wat voor symmetrie heeft dit figuur?
A
Lijnsymmetrie
B
Draaisymmetrie
C
Schuifsymmetrie
D
Asymmetrisch

Slide 11 - Quizvraag

Bereken de kleinste draaihoek.

kleinste draaihoek =
A
180 : 3 = 60°
B
360 : 3 = 120°
C
180 : 4 = 45°
D
360 : 4 = 90°

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent symmetrie?
A
een moeilijk woord voor hoeken berekenen.
B
twee helften zijn hetzelfde
C
een vergroting
D
een ander woord voor driehoek

Slide 13 - Quizvraag


Welke soorten van symmetrie?
A
Lijnsymmetrie
B
Draaisymmetrie
C
Schuifsymmetrie

Slide 14 - Quizvraag

Wat voor symmetrie heeft het verkeersbord
hiernaast?
A
Geen symmetrie
B
Lijnsymmetrie
C
Draaisymmetrie
D
Lijnsymmetrie én draaisymmetrie

Slide 15 - Quizvraag

Hoeveel symmetrie-assen heeft deze figuur?
A
2
B
1
C
3
D
0

Slide 16 - Quizvraag

Heeft een parallellogram een symmetrie-as?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

Welk soort symmetrie?
A
lijnsymmetrie
B
draaisymmetrie
C
puntsymmetrie
D
Lijn, draai én puntsymmetrie.

Slide 18 - Quizvraag

Kleinste draaihoek?
A
360 : 2 = 180 º
B
360 : 4 = 90 º
C
180 : 2 = 90 º
D
Niet draaisymmetrisch

Slide 19 - Quizvraag