12 december

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Wat doen we vandaag?

• Vragen grammatica?
• Bespreken opdr. 11 t/m 14
• David en Goliath 2

5V: Vertaal 11B

 

Vragen Grammatica?

Geen vragen (meer)?

• Pak maar een blaadje...

Blz. 154.

Ergon 4 en 6.

David en Goliath

Blz. 52-53 

opdr. 11 t/m 14. . 

Opdracht 11

• De Griekse tekst spreekt van Goliaths uitzonderlijke grootte, en het beeld is inderdaad meer dan manshoog; hij zou gekleed zijn in een harnas, en ook dat is juist weergegeven. Hij is hier zonder meer veel groter dan de ruim twee meter uit de tekst.

Opdracht 12

• Beeld: r. 10 μέσακλον ὑφαινόντων (weversboom)
  
• Afgebeelde: r. 9 ὁ κοντὸς τοῦ δόρατος (de schacht van zijn speer)
  
• Punt van vergelijking: enorme omvang en dikte

Opdracht 13

• δότε μοι ἄνδρα, καὶ μονομαχήσομεν ἀμφότεροι (r. 20)

Opdracht 14

• a. Overschakelen van beschrijving van de opstelling van de legers naar actie in het verhaal
  
• b. De aoristusvorm is weergegeven als tegenwoordige tijd
  
• c. Het woord ὕψος (hoogte) is in het Grieks onderwerp van de zin (nominativus). In de vertaling is het lijdend voorwerp geworden bij ‘heeft’.
  
• d. Om de leesbaarheid van de tekst te vergroten: zo blijf je dichter bij het gangbare Nederlands.

Aan het werk.

• Leer de grammatica van Thema 1 en 2. 
• Maak blz. 57, opdr. 15, 16 en 17, 9 t/m 15. 

Dit is ook huiswerk!

HW 18, 20, 22, 23.