VP1A Oefenen voor U2 A 1 t/m 6


Huiswerkoverhoring:
Apprendre 3, het werkwoord 'avoir'
Apprendre 1, 2, 4 en 6, vertaal de woorden
Apprendre 5, Het bezittelijke voornaamwoord

Aantal punten: 40
Duur van de toets: 30 minuten


1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les


Huiswerkoverhoring:
Apprendre 3, het werkwoord 'avoir'
Apprendre 1, 2, 4 en 6, vertaal de woorden
Apprendre 5, Het bezittelijke voornaamwoord

Aantal punten: 40
Duur van de toets: 30 minuten


Slide 1 - Tekstslide


Apprendre 3, het werkwoord 'avoir'

Slide 2 - Tekstslide

Sleep Frans naar Nederlands
ik heb
jij hebt
hij/zij heeft
wij hebben
jullie hebben/u heeft
zij hebben
 ils/elles ont
 tu as
 j'ai
 vous avez
 nous avons
 il/elle a

Slide 3 - Sleepvraag

Welke vorm van het werkwoord avoir hoort op het stippellijntje:
Ils ..... un grand chien.

Slide 4 - Open vraag

Welke vorm van het werkwoord avoir hoort op het stippellijntje:
J' ..... une soeur et un frère.

Slide 5 - Open vraag

Welke vorm van het werkwoord avoir hoort op het stippellijntje:
Nous ..... le même hobby.

Slide 6 - Open vraag

Welke vorm van het werkwoord avoir hoort op het stippellijntje:
Tu ..... une grande famille ?

Slide 7 - Open vraag

Welke vorm van het werkwoord avoir hoort op het stippellijntje:
Mes parents ..... 40 ans.

Slide 8 - Open vraag

Welke vorm van het werkwoord avoir hoort op het stippellijntje:
Madame, vous ..... un livre pour moi ?

Slide 9 - Open vraag


Apprendre 1, 2, 4 en 6, vertaal de woorden

Slide 10 - Tekstslide

vertaal F-N:
l'invitation

Slide 11 - Open vraag

vertaal F-N:
l'oncle

Slide 12 - Open vraag

Vertaal F-N:
l'an

Slide 13 - Open vraag

vertaal F-N:
l'ouest

Slide 14 - Open vraag

vertaal F-N:
l'enfant

Slide 15 - Open vraag

vertaal F-N:
l'adulte

Slide 16 - Open vraag

vertaal F-N:
l'oncle

Slide 17 - Open vraag

vertaal F-N:
à pied

Slide 18 - Open vraag

vertaal F-N:
déménager

Slide 19 - Open vraag

vertaal F-N:
faire du shopping

Slide 20 - Open vraag

vertaal N-F:
verdrietig

Slide 21 - Open vraag

vertaal N-F:
de hond

Slide 22 - Open vraag

vertaal N-F:
de zus

Slide 23 - Open vraag

vertaal N-F:
de ouders

Slide 24 - Open vraag

vertaal N-F:
de buurvrouw

Slide 25 - Open vraag

vertaal N-F:
ontmoeten

Slide 26 - Open vraag

vertaal N-F:
vrijdag

Slide 27 - Open vraag

vertaal N-F:
zaterdag

Slide 28 - Open vraag

vertaal N-F:
de ruzie

Slide 29 - Open vraag

vertaal N-F:
het geluk

Slide 30 - Open vraag


Apprendre 5, Het bezittelijke voornaamwoord

Slide 31 - Tekstslide

Sleep Nederlands naar Frans
mon frère
mon cousin
mon fils
mon enfant
mon grand-père
ma grand-mère
 mijn oma
 mijn neef
 mijn broer
 mijn opa
 mijn kind
 mijn zoon

Slide 32 - Sleepvraag

Sleep Frans naar Nederlands
mijn moeder
mijn vader
mijn vriendin
mijn oom
mijn tante
mijn neef
ma mère
mon père
ma copine
mon oncle
ma tante
mon cousin

Slide 33 - Sleepvraag

(un frère - m)
vertaal:
mijn broer
A
ma frère
B
ta frère
C
mon frère
D
son frère

Slide 34 - Quizvraag

(une fille - v)
vertaal:
jouw dochter
A
ton fille
B
ta fille
C
son fille
D
sa fille

Slide 35 - Quizvraag

(une adresse - v)
vertaal:
haar adres
A
mon adresse
B
son adresse
C
ma adresse
D
sa adresse

Slide 36 - Quizvraag

(un fils - m)
vertaal:
mijn zoon
A
son fils
B
ma fils
C
ton fils
D
mon fils

Slide 37 - Quizvraag

(une école - v)
vertaal:
jouw school
A
mon école
B
ma école
C
ton école
D
ta école

Slide 38 - Quizvraag

Fini !

Slide 39 - Tekstslide