Biologie Erfelijkheid

Thema 3 ​
Erfelijkheid
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 3 ​
Erfelijkheid

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basisstof 1​
Genotype en fenotype​

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vooraf: Sleep de begrippen naar de bijbehorende afbeeldingen
Cellen
DNA
Gen
Chromosoom

Slide 3 - Sleepvraag

Vooraf: Leerlingen krijgen een beeld bij de begrippen die deze les gebruikt worden bij het uitleggen van Fenotype en Genotype.
Chromosomen
informatie over alle erfelijke eigenschappen.
Genen
Een gen is een deel van een chromosoom met de informatie van 1 erfelijke eigenschap.
DNA
Desoxyribonucleïnezuur (a=acid) is de opbouw van informatie over alle erfelijke eigenschappen.

Als je een chromosoom oprekt dan zie je de bekende DNA "trap" 

Slide 4 - Tekstslide

informatie over alle erfelijke eigenschappen.
Een gen is een deel van een chromosoom met de informatie van 1 erfelijke eigenschap. Chromosomen en genen bestaan uit de stof DNA.​
De chromosomen bestaan uit paren. Chromosomen van een paar bevatten ook een paar genen voor dezelfde eigenschap
Wat zijn erfelijke eigenschappen?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Erfelijk
Niet erfelijk

Slide 6 - Sleepvraag

interressante vraag bij deze opdracht:

Is baardgroei erfelijk?
Waarom deze niet?

de haar kleur en stijle van deze twe ginger.

Fenotype Genotype​
Fenotype:  
Alle erfelijke eigenschappen die je ziet.
Genotype:
De genetische informatie voor alle eigenschappen 

Slide 7 - Tekstslide

Hotspot chromosomen

De chromosomen bevatten alle informatie over alle erfelijke eigenschappen. Een gen is een deel van een chromosoom met de informatie van 1 erfelijke eigenschap. Chromosomen en genen bestaan uit de stof DNA.​
De chromosomen bestaan uit paren. Chromosomen van een paar bevatten ook een paar genen voor dezelfde eigenschap
Wat is het verschil tussen Genotype en Fenotype?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Celdeling
Mitose: cellen die zich delen en vermenigvuldigen (gewone celdeling).
Meiose: cellen die zich delen en vermenigvuldigen via bevruchting. (reductiedeling)

Slide 9 - Tekstslide

Het genotype van iemand ontstaat door een combinatie van het genotype van de ouders.​

Hiervoor moeten twee geslachtscellen met elkaar versmelten. Iedere geslachtscel heeft de helft van het genotype van de ouder. Deze cellen ontstaan door reductiedeling (meiose).​

Per erfelijke eigenschap zit nu maar 1 keer de informatie in de geslachtscel (in lichaamscellen zitten die er 2 keer in). Na de bevruchting zitten de erfelijke eigenschappen er weer 2 keer in, dat is het genotype van het nieuwe organisme. Dit genotype blijft hetzelfde tijdens het gehele leven van het organisme.​

Het fenotype ontstaat door het genotype EN invloeden uit het milieu.​
Noem een voorbeeld/ situatie waar mitose plaats vindt.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Meiose (2:00-3:33)

Meiose 1: Chromosomen van een paar uit elkaar.

Meiose 2: DNA- ketens van 1 chromosoom gaan uit elkaar.
De chromosomen smelten dan samen met die van het andere geslacht

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij reductiedeling wordt het aantal chromosomen per cel gehalveerd
A
waar
B
nietwaar

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit wordt " gewone celdeling" genoemd.
A
Meiose
B
Mitose

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit wordt reductiedeling genoemd.
A
Meiose
B
Mitose

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen Genotype en Fenotype?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik snap nu...
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies


A

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies