Havo 2 H1 Bevolking §1.2 oefenen

Vandaag

  • Laatste presentaties :)
  • Nakijken vraag 4 (par. 1.2)
  • Oefentoets
  • Gazastrook (bij voldoende tijd)
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Vandaag

  • Laatste presentaties :)
  • Nakijken vraag 4 (par. 1.2)
  • Oefentoets
  • Gazastrook (bij voldoende tijd)

Slide 1 - Tekstslide

Oefentoets
  1. Maak van de 10 vragen minimaal 4
    (van welke vragen leer je nu nog het meeste?)
  2. Geen cijfer voor deze toets, formatief!
  3. Antwoorden staan (straks) in Teams

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Testvragen

Slide 5 - Tekstslide

In welke fase van het demografisch transitiemodel zit Nederland?
A
Fase 2
B
Fase 3
C
Fase 4
D
Fase 5

Slide 6 - Quizvraag

Wat vertelt een bevolkingsdiagram over de bevolking van een land?
A
Wie er dood gaan in een land
B
Wie er geboren worden in een land
C
Hoe oud mensen worden
D
Samenstelling van de bevolking

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de overeenkomst tussen fase 1 en fase 4 van het demografisch transitiemodel?
A
Kleine bevolkingsgroei
B
Grote bevolkingsgroei
C
Lage sterftecijfers en lage geboortecijfers
D
hoge sterftecijfers en lage sterftecijfers

Slide 8 - Quizvraag

In de bevolkingsgrafiek wordt het aantal vrouwen ........
In de bevolkingsgrafiek wordt het aantal vrouwen ........
A
links aangegeven
B
rechts aangegeven

Slide 9 - Quizvraag

Bij welke fase van het demografisch transitiemodel past het volgende bevolkingsdiagram?
A
fase 1
B
fase 2
C
fase 3
D
fase 4

Slide 10 - Quizvraag

De bevolking groeit snel door?
A
Laag sterftecijfer, laag geboortecijfer
B
Laag sterftecijfer, hoog geboortecijfer
C
Hoog sterftecijfer, laag geboortecijfer
D
Hoog sterftecijfer, hoog geboortecijfer

Slide 11 - Quizvraag

Het piramide model (bevolkingsgrafiek)is een voorbeeld uit welke fase van het demografische transitiemodel?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quizvraag

Bekijk de leeftijdsdiagram van India. In welke fase van het demografisch transitiemodel zit deze leeftijdsdiagram?
A
Fase 1
B
Fase 2
C
Fase 3
D
Fase 4

Slide 13 - Quizvraag

De bevolkingsgrafiek hiernaast gaat over het land......
A
Nederland
B
Brazilië
C
India
D
Duitsland

Slide 14 - Quizvraag

De bevolking groeit het snelst in.....
A
arme landen
B
rijke landen

Slide 15 - Quizvraag

Welk soort landen bevinden zich in fase 5 van het demografische transitiemodel?
A
Erg arme landen
B
Arme landen
C
Niet arm en niet rijke landen
D
Rijke landen

Slide 16 - Quizvraag

Wat is het geboortecijfer?
A
Het aantal geboortes in een land per jaar
B
Het aantal geboortes in een land per duizend inwoners per jaar
C
Het aantal geboortes per duizend inwoners per maand
D
Het aantal geboortes - het aantal sterftegevallen in een land

Slide 17 - Quizvraag

Het continent met het hoogste geboortecijfer
A
Europa
B
Zuid-Amerika
C
Azië
D
Afrika

Slide 18 - Quizvraag

Demografisch Transitiemodel: Sleep de juiste hotspot naar de juiste plek in de grafiek
In deze fase sterven er veel mensen: Er is weinig geld voor gezondheidszorg, voedsel, veilig drinkwater en hygiëne
In deze fase stijgt het gemiddeld inkomen van een land. Daardoor worden basisvoorzieningen beter. Zo wordt de gezondheidszorg beter, wordt er gezorgd voor veilig drinkwater en worden veel meer mensen gevaccineerd. Hierdoor daalt het sterftecijfer. 
Er is een groot verschil tussen het geboorte- en sterftecijfer. Het sterftecijfer is laag, terwijl het geboortecijfer hoog is. Omdat er veel meer mensen worden geboren dan er sterven, groeit de bevolking enorm.  
Het land ontwikkelt zich verder. Meiden gaan langer naar school, gaan vaker werken en trouwen later. Hierdoor krijgen ze later kinderen en daalt het geboortecijfer. 
Op een gegeven moment hebben rijke landen een laag geboorte- en een laag sterftecijfer. Omdat ze ongeveer even laag zijn, groeit de bevolking nauwelijks. Veel rijke landen (zoals Nederland) zitten in deze fase. 
In de 5e fase stijgt het sterftecijfer weer. Niet omdat het land arm wordt of er oorlog uitbreekt, maar omdat de bevolking zo oud is geworden dat deze groep mensen komt te overlijden. Landen als Duitsland en Rusland zijn in deze fase beland. 

Slide 19 - Sleepvraag

In welke fase van het demografisch transitiemodel daalt het sterftecijfer ENORM?
A
Fase 1
B
Fase 2
C
Fase 3
D
Fase 4

Slide 20 - Quizvraag

Welk soort landen bevinden zich in fase 1 van het demografische transitiemodel?
A
Erg rijke landen
B
Rijke landen
C
Arme landen
D
Erg arme landen

Slide 21 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de totale bevolking als er een sterfte overschot is?
A
Dan neemt het aantal mensen toe
B
Dan groeit de bevolking
C
Er is dan sprake van een positieve groei
D
Er is dan sprake van een negatieve groei (krimp)

Slide 22 - Quizvraag

Wanneer is er sprake van natuurlijke bevolkingsgroei?
A
Als er meer geboortes zijn dan sterfte in een land
B
Als er meer sterfte is dan geboorte in een land
C
Als er meer mensen komen wonen, dan er vertrekken
D
Als er meer mensen vertrekken dan er komen wonen

Slide 23 - Quizvraag

Maken:
Opdracht 6 & 7 §1.2
- Gebruik atlas en bron 4 (linkje via Teams)

Na 15 minuten nabespreken

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide