Mij of me? Je moet kiezen!

• Spelling
• Basisschool
• Groep 7

Me fiets?

M'n neus!

In deze les leer je wanneer je mij of me of mijn of m'n moet gebruiken

Zodat je nooit meer schrijft: me fiets , me neus, me moeder

maar wel: het is me helemaal duidelijk

Weet je nog wat persoonlijke voornaamwoorden zijn? Zoek het persoonlijk voornaamwoord.

1. hem
2. ik
3. haar
4. mijn

Weet je nog wat bezittelijke voornaamwoorden zijn?

1. mijn
2. ik
3. me
4. jij

even oefenen

Kies de zin met een persoonlijk voornaamwoord erin

1. Bodhi loopt naar school.
2. Diek is klaar, hij is blij.
3. Fynn maakt haar huiswerk.
4. Vandaag eet Lars zijn bord helemaal leeg.

Zoek de zin waar een bezittelijk voornaamwoord in staat.

1. Femme is er helemaal klaar mee.
2. Moos lacht zich rot.
3. Lotta gooit met haar pen.
4. Ze lachen om Jimmy's video.

kijk naar het filmpje

Als je niet meer weet of het jou fiets of jouw fiets is, kun je de truc gebruiken

Schrijf in je eigen woorden op wat de truc is die in het liedje wordt uitgelegd.

even oefenen

Welke zin is fout? (tip: vervang het woordje 'jou' door 'mij' of 'mijn')

1. Jop, dit is jou boek.
2. Dit boek is van jou, Nuria.
3. Dit is jouw boek, Chloé.
4. Milan geeft jou het boek.

welke zin is fout?

1. Meester Chris, dit is uw boek.
2. Robin geeft u het boek.
3. Elena geeft het boek aan u.
4. Hoe gaat het met uw?

welke zin is fout?

1. Ik geef het aan me moeder.
2. Ik geef het aan m'n moeder.
3. Ik geef het aan mijn moeder.
4. Mijn moeder geeft het aan mij.

Opdracht: Schrijf hier een zin met minstens twee persoonlijke voornaamwoorden.

Opdracht: Schrijf hier een zin met minstens twee bezittelijke voornaamwoorden.

Morgen het vervolg op deze les, maar kijk eerst even dit filmpje

Tot morgen!