H7.4 vooraf bekijken

XXXXXXXXXXXXXXXXXX
Metalen
Moleculaire stoffen
Zouten
geleid stroom
Ja, altijd
Nee, nooit
(isolator)
?
Bestaat uit... atomen
Metaal-atomen
niet-metaal-atomen
?
Zuivere stoffen
Pas op met legeringen, dit zijn mengsels. Hiervoor gelden andere regels!
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

XXXXXXXXXXXXXXXXXX
Metalen
Moleculaire stoffen
Zouten
geleid stroom
Ja, altijd
Nee, nooit
(isolator)
?
Bestaat uit... atomen
Metaal-atomen
niet-metaal-atomen
?
Zuivere stoffen
Pas op met legeringen, dit zijn mengsels. Hiervoor gelden andere regels!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Atoombinding
Hierna zie je een afbeelding over atoombindingen
  • Covalente binding
  • H-bruggen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Covalente binding

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Covalente binding
atoombinding
Bij een 
covalente-binding zit worden de buitenste schillen van de atomen gevuld tot de max. Dit gebeurt door delen van elektronen.

K,L,M-schil max
2,8,8
De elektronen van een atoom in de buitenste schil heten de valentie elektronen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel 
valentie-elektronen heeft chloor?


Hoeveel 
Valentie-elektronen heeft zuurstof?
covalentie= aantal bindingen dat 'n atoom aan kan gaan.

Max aantal elektronen in de schil - valentie elektronen = covalentie


Slide 5 - Tekstslide

Chloor: 7 valentie elektronen.

zuurstof: 6 valentie elektronen.
Dubbele covalente binding
C heeft een covalentie van 4
O heeft een covalentie van 2
Er ontstaan soms dubbele bindingen, om het aantal bindingen kloppend te maken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H-bruggen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waterstof-bruggen zijn een soort binding die bijna hetzelfde werken als magneten.
De H-atomen zijn de positief.
De O-atomen zijn negatief. 
Positief en negatief trekken elkaar aan. 
Je geeft dit aan met een stippellijntje


H-bruggen kunnen ook tussen F, O, N of Cl & H-atomen ontstaan.
H--F  / H--O  / H--N  / H--Cl.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H-bruggen & Hydrofiel
Als het molecuul een H-brug aan kan gaan, is de stof hydrofiel


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

XXXXXXXXXXXXXXXXXX
Metalen
Moleculaire stoffen
Zouten
geleid stroom
Ja, altijd
Nee, nooit
(isolator)
soms;
ion-vorm & (l)
Bestaat uit... atomen
Metaal-atomen
niet-metaal-atomen
metaal & niet-metaal atomen
Zuivere stoffen
Pas op met legeringen, dit zijn mengsels. Hiervoor gelden andere regels!

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies