Gezond voedsel

1 / 18
volgende
Slide 1: Video
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Geef aan welke functies de verschillende voedingsstoffen hebben!
Neem het schema over in je schrift/iPad

Slide 2 - Tekstslide

De functies van voedingsstoffen

Slide 3 - Tekstslide

Vetten (Lipiden)

Vetten:    Leveren energie en vitamines
- Vitamine A, D, E en K zijn alleen in vet oplosbaar

Er zijn plantaardige vetten en dierlijke vetten

- Verzadigde vetten ("verkeerd")
- Onverzadigde vetten ("oké" = gezonder --> lijkt voor minder cholesterol te zorgen)

meervoudig overzadigde vetzuren (meerdere dubbele bindingen)

enkelvoudig onverzadigde vetzuren (een dubbele binding)

Slide 4 - Tekstslide

Koolhydraten (suikers)


Koolhydraten 
- Zetmeel: zoals in pasta, aardappelen, rijst, brood  en peulvruchten
- Suikers: zoals in fruit, snoep,  gebak en koek.

- Voedingsvezels: zoals in volkorenbrood, volkoren graanproducten, groente, fruit en peulvruchten

* Voedingsvezels worden niet verteerd in het verteringsstelsel 

* Voedingsvezels stimuleren de darmperistaltiek --> een betere stoelgang.

Slide 5 - Tekstslide

Eiwitten (proteïne - peptiden) 
Eiwitten:
* leveren aminozuren (= bouwstenen voor eiwitten in cellen) 
* belangrijke bouwstof

Teveel eiwit is een grote belasting voor de nieren (uitscheiden van afbraakproducten van eiwitten, zoals ureum) 

Te weinig eiwit gedurende langere tijd:
verminderde afweer/slechte spijsvertering/minder opbouw en vervanging van spierweefsel.

Slide 6 - Tekstslide

0

Slide 7 - Video

ESSENTIELE aminozuren

Deze kunnen niet door het lichaam aangemaakt worden omdat het lichaam niet beschikt over de noodzakelijke enzymen. 

Deze aminozuren moeten via de voeding worden opgenomen
(vis/vlees/eieren/noten/peulvruchten/soja/zuivel)

Slide 8 - Tekstslide

NIET ESSENTIELE aminozuren


Niet-essentiële aminozuren worden in de lever gemaakt uit andere aminozuren 
(die je via jouw voedsel binnen krijgt).

Slide 9 - Tekstslide

Vitaminen



Vitaminen

Vitamine A, D, E en K zijn in vet oplosbaar.

Vitamine B en C zijn in water oplosbaar (groenten kort koken

in klein laagje water)


- Vitamine A --> goed voor werking van de ogen

- Vitamine B 1 t/m 12 (in brood/granen/vlees) --> goed voor de werking van je zenuwstelsel

- Vitamine C (in groente en fruit) --> voor een goede weerstand

Slide 10 - Tekstslide

Mineralen



Mineralen
- Calcium: geeft stevigheid aan de botten en gebit
- Jodium: goede werking van de schildklier
- IJzer: bouwstof voor het bloed
- Natrium: om vocht in lichaam op peil te houden

Slide 11 - Tekstslide

Water



Water
- Zorgt ervoor dat de cellen de juiste vorm houden
- Zorgt voor vervoer
- Regelt de lichaamstemperatuur
- Oplosmiddel voor allerlei stoffen

Slide 12 - Tekstslide

Mens en voeding



Voedingsvezels

- Stimuleren de darmen

- Voorkomen opstipatie (= verstopping)

- Verminderen diarree

- Zorgen voor een verzadigd gevoel

- Zitten in volkorenbrood, volkoren graagproducten, groente, fruit en peulvruchten

Slide 13 - Tekstslide

Mens en voeding



Aandachtspunten vorige Schijf van 5:

- Eet gevarieerd

- Eet niet te veel

- Eet weinig of geen verzadigd vet

- Eet veel groente en fruit

- Let op de veiligheid




Slide 14 - Tekstslide

Mens en voeding



Aandachtspunten nieuwe schijf van 5:

- Veel volkoren

- Minder vlees en meer plantaardig

- Genoeg zuivel

- Een handje ongezouten noten

- Veel groente en fruit

- Zachte of vloeibare smeer- en bereidingsvetten

- Voldoende vocht







Slide 15 - Tekstslide



Slide 16 - Tekstslide

Begintaak
Bekijk/vergelijk de resultaten van het voedingsmiddelen practicum:

* Is er veel verschil tussen jullie hypotheses en resultaten?
* Vergelijk jullie resultaten met die van het groepje naast jullie?
Zijn er verschillen in uitkomsten?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide