Periode 3 - Les 8 Dwarslaesie

Dwarslaesie
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Dwarslaesie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dwarslaesie
Opheffing van de functionele continuïteit van het ruggenmerg op een bepaalde hoogte. (niveau)






Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet een neuriet?
A
Geleid het impuls van het lichaam af
B
Geleid het impuls naar het lichaam toe
C
Geleid niet

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel types neuronen zijn er?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waaraan zit de schakelcel verbonden?
A
De motorische neuron
B
De sensorische neuron
C
Beide einden zijn verbonden aan een andere cel

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De motorische cel
A
Geeft prikkels af aan spieren en klieren
B
Leid prikkels naar het centrale zenuwstelsel toe

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het centrale zenuwstelsel bestaat uit
A
De kleine en grote hersenen
B
Het ruggenmerg
C
De hersenen en het ruggenmerg

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het harde hersenvlies heet ook wel
A
De dura mater
B
De Pia mater
C
De arachnoïdea

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het vegetatieve zenuwstelsel beheerst
A
de bewuste functies in het lichaam
B
Zorgt ervoor dat je kan hardlopen, werken en fietsen
C
Beheerst de onbewuste functies in het lichaam

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hypothalamus bepaalt de balans tussen het parasympatische en het sympathische zenuwstelsel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het parasympatische zenuwstelsel zorgt voor actie
A
Niet waar
B
Waar

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke hersenkwab is betrokken bij de visus
A
Parietaal
B
Frontaal
C
Occipitaal
D
Temporaal

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke hersenkwab is betrokken bij het plannen, organiseren, impulsbeheersing en gedrag?
A
Frontaal
B
Temporaal
C
Occipitaal

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel paar hersenzenuwen zijn er?
A
8
B
4
C
9
D
12

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van hersenvocht?
A
Bescherming van hersenen en ruggenmerg
B
Hersenen voorzien van voedingsstoffen
C
Afvoeren van afvalstoffen
D
Handhaven van de temperatuur

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel ventrikels zijn er
A
3
B
1
C
4
D
2

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken van dwarslaesie
Niet-Traumatisch:
   - M.S.
   - ruptuur intervertebrale discus (HNP)
   - tumor
   - infectie

Traumatisch: - auto-ongevallen
   - duiken in ondiep water
   - vallen van grote hoogte


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen
  • Motorische en sensibele uitvalsverschijnselen
  • Autonome stoornissen (blaas, bloedvaten)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling
Het ruggenmerg kan niet hersteld worden. Zenuwweefsel is het weefsel dat het minst goed kan herstellen.

Aandacht voor:
  • Decubitus
  • Ademhalingsproblematiek indien hoge laesie
  • Blaas en darm
  • Trombose
  • Spasmen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spinale shock
  • Eerste fase na een dwarslaesie, kan uren tot maanden duren.
  • Beweging, reflexen en gevoel onder het niveau van de laesie kunnen afwezig zijn.


https://www.weeropweg.info/dwarslaesie/dwarslaesie-kort/spinale-shock/

Slide 22 - Tekstslide

Neurogene shock is een aandoening waarbij u moeite heeft om uw hartslag, bloeddruk en temperatuur stabiel te houden vanwege schade aan uw zenuwstelsel na een ruggenmergletsel. Net als andere soorten shock is dit een ernstige aandoening die fataal kan zijn omdat uw bloedstroom te laag is