NK, Kapitel 5, les 3, week 20

• Duits
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1,2

Willkommen, heute ist Freitag

der 16. Mai 2025

Lernziel(e)

1.  Je kent de regels voor de uitgangen van ein- en kein- en kunt deze in opdrachten invullen. 

2. Je herkent de bezittelijke voornaamwoorden en kunt deze in opdrachten invullen. 

3. Je kunt vragen stellen en beantwoorden over eten en drinken.

Programma:

Deel 1:

* Huiswerk nakijken

* Herhaling nieuwe grammatica

* zelfstandig aan het werk

Deel 2:

* spreekvaardigheid oefenen

* zelfstandig aan het werk

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Hausaufgaben kontrollieren

1. Maak Kapitel 5, E Grammatik

     Aufg. 17, 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 25, 28 boek + schrift

2. Maak van Kapitel 5, D Lesen

    Aufgabe 13, 14, 16 en (15 voor extra uitdaging) online 

Leren:

Lernliste (NL-DU) in het boek & SlimStampen online.

Aufgabe 17

Aufgabe 18

Aufgabe 19

1 een Elias möchte eine Cola.

2 een Ich bestelle eine Suppe.

3 geen Hier gibt es leider keine Restaurants.

4 een Es ist sehr warm. Ich möchte ein Eis.

5 een Kannst du mir bitte eine Gabel geben?

6 geen Ich habe kein Geld mehr im Portmonee.

Aufgabe 20

1 Nein, ich mag kein Fleisch.

2 Nein, ich esse kein Obst.

3 Nein, ich kaufe keine Nudeln.

4 Nein, ich mag kein Gemüse.

5 Nein, ich esse keine Suppe.

6 Nein, danke. Ich brauche keine Gabel.

7 Nein, ich trinke keine Cola.

8 Nein, ich kaufe kein Brot beim Bäcker.

Aufgabe 21

Aufgabe 21

Aufgabe 22

1 jouw

2 ons

3 haar

4 jullie

5 uw

6 hun

Aufgabe 23

1 Euer Freund ist schon im Restaurant.

2 Ihre Eltern heißen Christoph und Sandra.

3 Mein Bruder und ich gehen gerne zusammen essen.

4 Ihre Speisekarte bietet eine große Auswahl.

5 Wo haben Sie Ihr Glas hingestellt, Frau Meyer?

6 Unsere Taschen wurden gestohlen! Jetzt ist unser Geld weg!

Aufgabe 24

1 Meine

2 Ihre

3 Sein

4 eure

5 unser

6 Ihr

Aufgabe 25

Aufgabe 28

1 Ich esse ein Eis.

2 Du bestellst das Schnitzel.

3 Sie kaufen kein Gemüse.

4 Er kocht keine Kartoffeln.

5 Wir machen zwei Suppen.

6 Du trinkst das Wasser.

7 Ihr nehmt drei Schnitzel.

8 Sie kocht kein Gemüse.

9 Wer kauft die Suppen?

10 Sie kochen das Wasser.

Grammatica Kapitel 5

Instructiefilmpje 1

De uitgangen van ein en kein-

1e nv/ ow	mannelijk	vrouwelijk	onzijdig	meervoud
persoonlijk vnw	er	sie	es	sie
bep.lidwoord	der Mann	d ie Frau	das Kind	d ie Leute
onbep.lidwoord	ein Mann	ein e Frau	ein Kind	kein e Leute

Instructiefilmpje 2

Het bezittelijk voornaamwoord (das Possessivpronomen)

Schrijf in je schrift!

1. Maak in je boek van Wiederholung B, K5

    Aufg. 2,3,4,5,6,8 boek

2. Klaar? Oefen dan in Slim stampen de grammatica en woordjes

 

Nu gaan we zelfstandig werken!

Deel 2 Grammaticaquiz

Heb je de uitleg van zojuist goed begrepen?

Übersetze: een man = (...?...) Mann

1. ein
2. eine
3. keine
4. der

Übersetze: een vrouw = (...?...) Frau

1. ein
2. keine
3. eine
4. die

Übersetze: een kind= (...?...) Kind

1. das
2. eine
3. keine
4. ein

Übersetze:
geen mensen = (...?...) Menschen

1. keine
2. kein
3. eine
4. ein

Übersetze: Ich nehme (een) Tasse Tee.

1. die
2. ein
3. keine
4. eine

Übersetze: Nimmst du (geen) Pommes?

1. keine
2. ein
3. eine
4. kein

Übersetze: (een) Orangensaft ist lecker.

1. kein
2. eine
3. keine
4. ein

Übersetze: Wer will (een) Eis?

1. keine
2. eine
3. kein
4. ein

Les 2

Eerst even een korte pauze

Spreekvaardigheid

We maken samen in groepjes van 2 leerlingen:

* Aufgabe 35

* du schreibst die Frage und die Antwort auf Deutsch auf.

* danach übt ihr beiden die Fragen und Antworten zusammen. 

1. Maak in je boek van Wiederholung B, K5

    Aufg. 2,3,4,5,6,8 boek

2. Maak van Kapitel 5, F Sprechen

    Aufgabe  29, 33, 34,35 boek/online

3. Oefen dan in Slim stampen de woorden en de grammatica

 

Nu gaan we zelfstandig werken!

Hausaufgaben

1. Maak in je boek van Wiederholung B, K5

    Aufg. 2,3,4,5,6,8 boek

2. Maak van Kapitel 5, F Sprechen

    Aufgabe 29, 33, 34,35 boek/online

3. Oefen dan in Slim stampen de woorden en de grammatica

Kijk nu terug naar de lesdoelen:

1. Je kent de regels voor de uitgangen van ein- en kein- en kunt deze in opdrachten invullen.

2. Je herkent de bezittelijke voornaamwoorden en kunt deze in opdrachten invullen.

3. Je kunt vragen stellen en beantwoorden over eten en drinken

Hausaufgaben für nächste Woche, Kapitel 3

1.  Leren: werkwoorden haben / sein

                    zwakke werkwoorden tegenwoordige tijd

                    leren Wörterliste A, S. 41

2. Maken van Kap. 3:  

     3.3 t/m 3.6, 4.3,  5.2, 6.4, 8.2 , 19.4