Herhalingsles H3

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Buurtprofielen en leefbaarheid

Noem op drie verschillende schaalniveaus de overheden die gaan over de ruimtelijke ordening in NL

Leg uit waarom er sprake is van bevolkingskrimp in de provincies Friesland, Limburg en Zeeland.

Welke bewonerskenmerken zijn er!?

welke woningkenmerken zijn er?

Welk aspect hoort nog meer bij het buurtprofiel!?

1. De woonomgeving
2. De infrastructuur
3. de voorzieningen
4. de mate van verpaupering

Als je van de binnenstad van een stad naar de buitenwijken gaat, worden de huizen steeds......

1. nieuwer
2. ouder

Wat is het verschil tussen stadsvernieuwing en herstructurering?

Welke wijk is het meest geschikt voor gentrification

1. Een wijk aan de rand van de stad
2. Een wijk vlakbij een industrieterrein
3. Een wijk vlakbij het centrum van een stad
4. Een wijk met flats in een rustige, groene buurt

Toename van het wij-gevoel zorgt voor een grotere sociale cohesie

1. Juist
2. Onjuist

In de stad is meer sprake van ____ dan op het platteland.

1. Loyaliteit
2. Sociale cohesie
3. Anonimiteit
4. noaberschap

'Vorig jaar zijn in de wijk Buitenhout aangiften gedaan van autodiefstal. Het gaat hier om...

1. Subjectieve veiligheid
2. Objectieve veiligheid
3. Beide
4. Geen van beide

In de wijken Buitenhout en Centrum is veel criminaliteit. Iedereen voelt zich daardoor onveilig

1. Waar
2. Niet waar

Welke fysieke maatregelen kunnen genomen worden om het gevoel van veiligheid te vergroten?

Welke combinatie van woningkenmerk
en bewonerskenmerk is juist?

1. Jaren 50, laagopgeleide bewoners.
2. Jaren 70, grote gezinnen.
3. Jaren 60, vaak allochtone bewoners.
4. Jaren 80, starters op de woningmarkt.

Welke combinatie van woningkenmerk
en bewonerskenmerk is juist?

1. Goed onderhouden, sociale huur.
2. Goed onderhouden, lage inkomens.
3. Rijtjeswoningen, allochtone bewoners.
4. Rijtjeswoningen, gezinnen met kinderen.