A5- Gevolgenethiek en beginselethiek

Paragraaf 3: ethische visies

Aan het einde van de les ken je de volgende begrippen:


- Gevolgenethiek

- Beginselethiek (plichtethiek)

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EthiekMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 3: ethische visies

Aan het einde van de les ken je de volgende begrippen:


- Gevolgenethiek

- Beginselethiek (plichtethiek)

Slide 1 - Tekstslide

Twee ethische visies

Slide 2 - Tekstslide

Je ziet in de tram dat een jongen met een mesje het leer van de bank aan het snijden is.

Zeg jij hier wat van?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Liegen is altijd verkeerd!
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Onder welke omstandigheden zou jij liegen?

Slide 5 - Open vraag

Zou jij liegen om een leven van een vriend te sparen?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Zou jij liegen om iemands gevoelens te sparen
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Zou jij liegen om je baan te behouden?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Zou jij liegen om een verkeersboete te vermijden?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Ethische visies
  • Veel discussie --> verschillende standpunten
  •  Zijn standpunten die ingenomen worden binnen de ethische optiek: opvattingen hoe wij ons behoren te gedragen (wat is menswaardig?)

Slide 10 - Tekstslide

Waarom ethische visie?

1. Om een oordeel te geven over problemen (hulp oplossing van probleem)

2. Om datgene wat gedaan is te verantwoorden (gedrag)

Slide 11 - Tekstslide

Twee ethische visies
1. Gevolgenethiek --> beste, positieve gevolgen
- Het gaat niet om een handeling zelf, maar om de gevolgen van de handeling.
- Zijn die gevolgen goed, dan is de handeling ook goed.
2. Beginselethiek  > principe
- Verschillende mensen hebben verschillende moralen (wat is het juiste om te doen?)
- Plicht staat centraal 

Slide 12 - Tekstslide

Gevolgenethiek
Wat geeft de beste uitkomst?
Het gaat erom of de gevolgen per saldo gunstig zijn.
Voorbeeld: 
Als je kiest voor werken verdien je geld. Met geld kun je leuke dingen doen, waardoor je meer geniet. Je hoeft dan niet meer naar die vervelende school. Dus als je kiest voor werken, wordt je gelukkiger dan je nu bent op school. 

Slide 13 - Tekstslide

Beginselethiek
Wat is het juiste om te doen?
Beginnen met het toepassen van de regels
Voorbeeld:
Je belofte kom je altijd na, wat er ook gebeurt.

Slide 14 - Tekstslide

De hartspecialist
Je bent hartspecialist in het ziekenhuis. Om twee uur 's nachts komen er twee spoedgevallen binnen. Deze mensen moeten onmiddellijk geholpen worden om doodsgevaar af te wenden. De ene patiënt is een alleenstaande, bejaarde vrouw van 73 die aan het dementeren is. De andere patiënt is een jonge levenslustige vrouw van 27, gehuwd en moeder van drie kinderen. 
Zij zijn op hetzelfde moment aangemeld in het ziekenhuis. 
Wie opereer je eerst?

Slide 15 - Tekstslide

Gevolgenethiek
  •  Welke oplossing is het beste voor de mens (meeste welzijn)?
  •  Voor- en nadelen naast elkaar zetten. 

Slide 16 - Tekstslide

Waar wordt er naar gekeken?
  • Hoeveel jaren hebben de twee personen gemiddeld nog te leven?
  • Hoeveel mogelijkheden voor gelukservaringen hebben beiden in de toekomst?
  • Wat is de kwaliteit van het huidige en toekomstige leven?
  • Wat is de betekenis van dit leven door de directe omgeving?

Slide 17 - Tekstslide

Wie opereer je eerst?

Slide 18 - Tekstslide

Maar.....
Beginselethiek (plichtethiek)

Slide 19 - Tekstslide

Beginselethiek
  •  Ander woord voor beginsel--> recht of principe.
  • Bij een ethisch probleem moet gekeken worden naar één of meerdere beginselen (rechten, principes).
  •  Hartspecialist --> 'elk mens heeft recht op leven'

Slide 20 - Tekstslide

Wie opereer je eerst?

Slide 21 - Tekstslide

Aan het werk...

opdrachten 35 t/m 48B

Slide 22 - Tekstslide