4.1 - 4.6 lessonup

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Wie behoren tot de beroepsbevolking?

1. Alle mensen in een land
2. Alleen mensen die tegen betaling werken
3. Alle mensen in de landbouw en industrie
4. Alle mensen die tegen betaling werken, plus werklozen

Periferie land?

1. rijk
2. arm
3. tussenin

In welke 3 sectoren kun je de beroepsbevolking indelen? Geef een voorbeeld bij elke sector

Voor de HDI, of het welzijnsindex, wordt gekeken naar drie onderdelen. Welke hoort er niet bij?

1. Levensverwachting
2. Alfabetiseringsgraad
3. BBP/hoofd
4. Koopkracht

Dit is een voorbeeld van:

1. Formele sector
2. Informele sector

Wat is het verschil tussen sociale en regionale ongelijkheid?

Globalisering is ...

1. Het proces waarbij alle gebieden op de wereld steeds meer met elkaar verbonden worden.
2. Het geld dat alle inwoners van een land in een jaar samen verdienen.
3. Het maken van goederen met behulp van machines in een fabriek
4. Alle bedrijven die zich bezighouden met het verlenen van diensten.

Wat is GEEN factor die zorgt voor globalisering?

1. MNO's
2. Technologische ontwikkelingen
3. Goedkopere producten
4. Verdwijnen van handelsbelemmeringen

Waar zijn arbeidsintensieve bedrijven te vinden?

1. Lagelonenlanden
2. Centrumlanden

Een boomstam is een ...

1. Grondstof
2. Halffabricaat
3. Eindproduct

Wat is geen vestigingsplaatsfactor van Nederland?

1. Hoog opgeleide bevolking
2. Hoge analfabetiseringsgraad
3. Nederland is een stabiel land
4. Erg op buitenland gericht

Wat is een mainport?

Waar wonen de rijkste 20% huishoudens in Nederland en waarom?

Wat is geen factor die van invloed is of mensen in relatieve armoede leven?

1. Inkomen, opleiding en beroep
2. Gezondheid
3. Sociale netwerken
4. Leeftijd