Prinsjesdag
1 / 13
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Prinsjesdag
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Video
Slide 4 - Video
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Wat is Prinsjesdag?
A
Prinsen hebben vandaag feest
B
Koning treedt af
C
Koning blikt terug op afgelopen jaar
D
Kabinet maakt plannen voor komend jaar bekend
Slide 7 - Quizvraag
Wanneer is het Prinsjesdag?
A
De eerste dinsdag van september
B
De tweede dinsdag van september
C
De derde dinsdag van september
D
Het verschilt ieder jaar
Slide 8 - Quizvraag
Wat wordt er op Prinsjesdag bekend gemaakt?
A
De nieuwe plannen voor het komende jaar
B
Wie de mooiste hoed op heeft
C
Hoeveel geld de overheid het afgelopen jaar heeft uitgegeven
D
Welke belangrijke mensen er in de Ridderzaal zitten
Slide 9 - Quizvraag
Wat staat er in de miljoenennota?
A
Antwoord B en C zijn allebei goed
B
Waaraan het geld wordt uitgegeven: een toelichting op de begroting
C
Hoeveel geld er dit jaar binnenkomt en hoeveel geld er wordt uitgegeven: de begroting
D
Antwoord B en C zijn allebei niet goed
Slide 10 - Quizvraag
Waar leest de koning de troonrede voor?
A
In de Ridderzaal
B
Op het balkon
C
In Paleis Noordeinde
D
In de Koningszaal
Slide 11 - Quizvraag
Wie schrijft de Troonrede?
A
Koning
B
Koningin
C
Minister-President
D
Niemand
Slide 12 - Quizvraag
Wat is waar?
Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
De Ridderzaal is een zaal op het Binnenhof
B
Koningin Maxima leest de troonrede voor
C
Prinsjesdag is op de derde dinsdag van September
D
De koning brengt het koffertje naar de Tweede Kamer
