6.4 Meer of minder produceren

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen 6.3

- wat een concrete markt en wat een abstracte markt is
- hoe de prijs invloed heeft op de vraag
- hoe je met een vraaglijn en een aanbodlijn de evenwichtsprijs en -hoeveelheid kunt bepalen
- de verandering van vraag of aanbod in een grafiek te tekenen
- hoe je met een marktaandeel de afzet (of omzet) kunt berekenen

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen 6.4

- dat je productiekosten in twee groepeen kunt verdelen

- wat de productiecapaciteit van een bedrijf bepaalt

- wat de arbeidsproductiviteit is en hoe die kan toenemen

- hoe je de arbeidsproductiviteit kunt berekenen

- hoe bedrijven maatschappelijk verantwoord kunnen ondernemen

Slide 3 - Tekstslide

Welke kosten heeft deze vestiging van Mc Donalds

Slide 4 - Tekstslide

Alle scholen gaan tegelijkertijd er heen. Waar is het van afhankelijk of Mc Donalds dit aan kan.

Slide 5 - Tekstslide

Productiecapaciteit
De productiecapaciteit is hoeveel een bedrijf maximaal kan produceren. Dit is afhankelijk van alle beschikbare kapitaalgoederen en arbeidskrachten.

Slide 6 - Tekstslide

Technologische ontwikkelingen
Technologische ontwikkelingen hebben invloed op de productiecapaciteit. 

Productietechnieken en en machines worden steeds beter, het productieproces wordt steeds kapitaalintensiever.

Slide 7 - Tekstslide

Onderbezetting
Als machines niet gebruikt worden of er is niet voldoende werk voor het personeel.

Slide 8 - Tekstslide

Overbezetting
Als er meer vraag is naar producten dan het bedrijf met zijn machines en personeel aan kan.

Slide 9 - Tekstslide

Arbeidsproductiviteit is afhankelijk van:
  • toepassing moderne technieken;
  • opleidingsniveau van werkende bevolking;
  • arbeidsverdeling en specialisatie;
  • beloning (salaris en eventuele bonus);
  • arbeidsomstandigheden & werksfeer.

Slide 10 - Tekstslide

Arbeidsproductiviteit
Er werken veel mensen aan een bepaald product gedurende het productieproces. In een kledingfabriek werken bijvoorbeeld veel naaisters. De ene persoon kan sneller/meer naaien dan een ander en heeft daarom een hogere arbeidsproductiviteit.

= De productie per persoon, in een bepaalde tijd.

Slide 11 - Tekstslide

Welke formule zou je voor arbeidsproductiviteit per periode kunnen verzinnen?

Slide 12 - Open vraag

Arbeidsproductiviteit
Productie per persoon in een bepaalde tijd

Als arbeidsproductiviteit stijgt -> dalen loonkosten PER PRODUCT-> verkoopprijs kan omlaag -> afzet neemt toe

Slide 13 - Tekstslide

Maatschappelijke opbrengsten door productie 
Door meer productie is een grotere afzet mogelijk. Meer productie levert ook meer banen op. (werkgelegenheid).
Mensen kunnen meer kopen-> welvaart omhoog. 

Slide 14 - Tekstslide

Maatschappelijke kosten
Maatschappelijke kosten zijn de kosten van milieuvervuiling die door ons allemaal worden betaald.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

MVO

Maatschappelijk verantwoord ondernemen
  • bedrijven houden zoveel mogelijk rekening met de gevolgen van de productie voor mens en milieu

Slide 17 - Tekstslide

Als de arbeidsproductiviteit toeneemt, kunnen de productiekosten ...
A
dalen.
B
stijgen.
C
gelijk blijven.
D
verdwijnen.

Slide 18 - Quizvraag

Een bedrijf produceert 30.000 frikadellen. Er werken 25 mensen in de fabriek en 5 op kantoor. Bereken de arbeidsproductiviteit.
A
1.200
B
750
C
1.000
D
6.000

Slide 19 - Quizvraag

Wat is NIET van invloed op de arbeidsproductiviteit?
A
scholing
B
arbeidsvoorwaarden
C
arbeidsverdeling
D
openingstijden

Slide 20 - Quizvraag

Er is meer vraag is naar producten dan het bedrijf met zijn machines en personeel aan kan, dit noem je:
A
onderbezetting
B
overbezetting

Slide 21 - Quizvraag

De winkels zijn in december elke avond open. Wordt hierdoor de arbeidsproductiviteit groter?
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag

Hoe beïnvloedt concurrentie de arbeidsproductiviteit?
A
doordat je sneller en beter gaat produceren neemt de arbeidsproductiviteit af
B
doordat je beter wil zijn dan je concurrenten, gaat dat vanzelf
C
doordat je beter wil zijn dan je concurrent blijft de arbeidsproductiviteit gelijk
D
doordat je de concurrentie voor wilt blijven, ga je sneller en beter produceren en neemt de arbeidsproductiviteit toe

Slide 23 - Quizvraag

Hoe beïnvloedt concurrentie de arbeidsproductiviteit?
A
doordat je sneller en beter gaat produceren neemt de arbeidsproductiviteit af
B
doordat je beter wil zijn dan je concurrenten, gaat dat vanzelf
C
doordat je beter wil zijn dan je concurrent blijft de arbeidsproductiviteit gelijk
D
doordat je de concurrentie voor wilt blijven, ga je sneller en beter produceren en neemt de arbeidsproductiviteit toe

Slide 24 - Quizvraag

Hoe beïnvloedt concurrentie de arbeidsproductiviteit?
A
doordat je sneller en beter gaat produceren neemt de arbeidsproductiviteit af
B
doordat je beter wil zijn dan je concurrenten, gaat dat vanzelf
C
doordat je beter wil zijn dan je concurrent blijft de arbeidsproductiviteit gelijk
D
doordat je de concurrentie voor wilt blijven, ga je sneller en beter produceren en neemt de arbeidsproductiviteit toe

Slide 25 - Quizvraag

Er ontstaat 7.000 liter verontreinigd water per spijkerbroek. Dit wordt zelden gereinigd. Dit water is een voorbeeld van:
A
Maatschappelijke opbrengsten
B
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
C
Maatschappelijke kosten

Slide 26 - Quizvraag

Waar staat MVO voor?
A
Maatschappelijk Voogdelijk Ondernemen
B
Miniscuul verantwoord overschot
C
Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Slide 27 - Quizvraag

Wat heb je geleerd?

Slide 28 - Tekstslide

Hoe bereken je de productie per werknemer?

Slide 29 - Open vraag

Hoe kunnen bedrijven meer gaan produceren?

Slide 30 - Open vraag

Wat levert de productie voor de samenleving op?

Slide 31 - Open vraag

Lesdoelen 6.4

- dat je productiekosten in twee groepeen kunt verdelen

- wat de productiecapaciteit van een bedrijf bepaalt

- wat de arbeidsproductiviteit is en hoe die kan toenemen

- hoe je de arbeidsproductiviteit kunt berekenen

- hoe bedrijven maatschappelijk verantwoord kunnen ondernemen

Slide 32 - Tekstslide