NL hoofdstuk 11.3, begin 12 - A1+

• Nederlands
• Beroepsopleiding

Welkom

De verleden tijd & hoe gebruik ik persoonlijke voornaamwoorden?

Korte herhaling:

Vervoeg het woord (...) naar de vt:
'' Ik (wonen) vroeger in Roemenië. ''

Vervoeg het woord (...) naar de vt:
'' Wij (reizen) vorig jaar erg vaak. ''

Vervoeg het woord (...) naar de vt:
'' Jij (koken) gisteren heerlijke pasta. ''

Laten we praten!

Opdracht 12

Opdracht 13 maken:

4 zinnen samen/ 4 zinnen individueel.

1.

2.

3.

4.

Alvast het huiswerk:

Opdracht 14 & 16

Let op: Het zijn moeilijke opdrachten ;)

Opdracht 15 maken:

Leer deze werkwoorden uit je hoofd!

Samen lezen:

 

 

 

Ik schrijf je later? > Ik bericht je later

Wat verwachten jullie van
Nederlands A2?

Nederlands A2

Voltooide tijd

Zinsstructuren

Uitdrukkingen

Kleine quiz!

Toekomende tijd of tegenwoordige tijd?

Ik ga nu in de auto instappen.

1. Toekomende tijd
2. Tegenwoordige tijd

Ik ga morgen naar de prachtige stad genaamd Rotterdam

1. Toekomende tijd
2. Tegenwoordige tijd

In juli ga ik mijn auto laten repareren

1. Toekomende tijd
2. Tegenwoordige tijd

Wat gaan jullie in de vakantie doen?

1. Toekomende tijd
2. Tegenwoordige tijd

Ik ga met de trein naar Groningen

1. Toekomende tijd
2. Tegenwoordige tijd

Voltooide tijd!