2vwo C1 par 6 stappenplan - Leesvaardigheid laatste lessen voor toets PW6

Herhalingles begrippen leesvaardigheid
Je weet wat er bedoeld wordt met:
  opbouw tekst 
onderwerp- deelonderwerp- tekstsoort- tekstdoel
- kernzin -  hoofdgedachte -tekstverband- signaalwoord-  feit- mening- argument-conclusie

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1,3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhalingles begrippen leesvaardigheid
Je weet wat er bedoeld wordt met:
  opbouw tekst 
onderwerp- deelonderwerp- tekstsoort- tekstdoel
- kernzin -  hoofdgedachte -tekstverband- signaalwoord-  feit- mening- argument-conclusie

Slide 1 - Tekstslide

Noem 1 manier hoe de schrijver een tekst kan inleiden

Slide 2 - Open vraag

Noem 1 manier hoe de schrijver een tekst kan afsluiten

Slide 3 - Open vraag

Slot
- een samenvatting geven;

- een conclusie trekken;
- antwoord geven op een belangrijke vraag;
- de oplossing voor een probleem geven;
- een advies geven of een oproep doen.



Slide 4 - Tekstslide

Hoofd- en bijzaken
Om een tekst samen te vatten, ga je op zoek naar de belangrijkste informatie, oftewel de hoofdzaken van de tekst. Deze vind je in de kernzinnen.
De rest van de alinea’s bestaat uit uitleg of voorbeelden bij de kernzin. Dat zijn de bijzaken van de tekst. 

Slide 5 - Tekstslide

Noem de tekstverbanden die je kent

Slide 6 - Woordweb

Youri ging naar school, maar was eigenlijk verkouden.
A
Tegenstelling
B
Opsomming
C
Reden
D
Voorbeeld

Slide 7 - Quizvraag

Welke 2 signaalwoorden horen bij een 'opsommend' verband?
A
Dus, echter
B
Vervolgens, ook
C
Als, voordat
D
Verder, samengevat

Slide 8 - Quizvraag

Noem twee signaalwoorden bij een voorwaardelijk verband

Slide 9 - Open vraag

FEIT (objectief)

- Uitspraak over iets wat waar of niet waar is

- Een feit kan je controleren



Voorbeeld van een feit:

De helft van de veertienjarigen in Nederland krijgt €50,00 kleedgeld per maand.


Slide 10 - Tekstslide

Noteer een feit over RSG Ter Apel

Slide 11 - Open vraag

Conclusie:
Als een schrijver in een tekst zijn mening en argumenten weergeeft (of meningen en argumenten van anderen), dan sluit hij vaak af met een conclusie. 
Hij herhaalt dan vaak in het kort zijn mening en argumenten. 
Een conclusie herken je aan signaalwoorden zoals: dus, concluderend, dat betekent, kortom, al met al ...

Slide 12 - Tekstslide

Handbal is een vermoeiende sport.
Bij handbal is het rechthoekige speelveld 40 meter lang en 20 meter breed.
... , want je moet minstens drie sets lang springen en heen en weer rennen.
Mening
Feit
Argument

Slide 13 - Sleepvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Omdat hij vreemde ideeën heeft.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 14 - Quizvraag

Waarom is bronvermelding belangrijk?
A
Het kost tijd
B
Is alleen voor academisch werk
C
Geeft inzicht in de oorsprong
D
Verhoogt de geloofwaardigheid

Slide 15 - Quizvraag

Hoe goed beheers je
de behandelde lesdoelen bij leesvaardigheid?
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Wat moet je leren voor de toetsweek?

Slide 17 - Tekstslide