Krachten meten - Les 2

Krachten meten
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Krachten meten

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Kunnen we de soorten krachten herkennen?
- Uitrekking van een veer verklaren
- Kracht meten
- Zwaartekracht berekenen

Slide 2 - Tekstslide

Welke kracht wordt er uitgevoerd?

Slide 3 - Tekstslide

Welke kracht wordt er uitgevoerd?

Slide 4 - Tekstslide

Welke kracht wordt er uitgevoerd?

Slide 5 - Tekstslide

Spiraalveren

Slide 6 - Tekstslide

Meten
Met de veer in de krachtmeter meet je de kracht in Newton.
Met een slappe veer kan je kleine krachten meten.
Met een stugge veer kan je grotere krachten meten.

Slide 7 - Tekstslide

Zwaartekracht

Fz = m * g

g = gravitatie (zwaartekracht) (N/kg)
m = massa (kg)
Fz = zwaartekracht (N)

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 1
Fz = m x g

De massa van de tas van Kees is 5,5 kg. De gravitatie op aarde is gemiddeld 10 N/kg.

Wat is de zwaartekracht (N) dat wordt uitgevoerd op de tas?

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 2
Fz = m x g

De massa van de telefoon die valt is 920 gram. De gravitatie die op aarde is gemiddeld 10 N/kg.

Wat is de zwaartekracht (N) dat wordt uitgevoerd op de vallende telefoon?

Slide 10 - Tekstslide

Krachten tekenen

Altijd als een pijl.
Heeft een aangrijpingspunt
Heeft een groote
Heeft een richting

Slide 11 - Tekstslide

Krachten tekenen (lengte)
Wanneer je een kracht tekent, moet je rekening houden met de verhouding.
Meestal staat er een krachtenschaal gegeven of wordt die gevraagd.
VB: 1 cm = 10 N

Een kracht van 50 N moet je dan tekenen als 5 cm

Slide 12 - Tekstslide

waar tekenen we de kracht?

Slide 13 - Tekstslide

Afsluiting
- Je kan verschillende soorten krachten identificeren
- Je kan een krachtmeter gebruiken
- Je kan de formule van zwaartekracht toepassen
- Je kan krachten op schaal tekenen

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
Huiswerk voor volgende les
Opdracht 1 t/m 13
(vraag 10 volgende les bespreken)
blz 138

Slide 15 - Tekstslide