PO ak - gps en satelliet

Praktische opdracht 
Gps en satelliet
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Praktische opdracht 
Gps en satelliet

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je begrijpt hoe een gps signaal op je telefoon werkt met satellieten in de ruimte
- Je kunt een route lopen die je geografisch vooraf bedacht en uitgezet hebt. - Je kunt hierbij de windrichtingen toepassen in de beschrijving
- Je kunt aardrijkskundige onderdelen in je eigen omgeving herkennen en levert hier beeldmateriaal van
- Je kunt je informatie verwerken tot een verslag

Slide 2 - Tekstslide

Programma
Les 1: Instructie over satellieten en gps
Les 2: Bedenken en uitwerken van je eigen route
Les 3: Instructie Aardrijkskundige componenten in je omgeving + start lopen van je route
Les 4: Route lopen (eerst proef, daarna echt)
Les 5: verwerken van je route in een verslag, verslag maken
Les 6: verwerken van je verslag + inleveren

Slide 3 - Tekstslide

Beoordeling
1. Je verwerkt elke stap van je opdracht, in een verslag
2. De beoordeling van je verslag (rubriks) kun je vinden in Teams onder 'opdrachten'
3. Lever je verslag in op de opgegeven inleverdatum via 'opdrachten' in Teams
4. Je cijfer telt 3 keer mee, komt in Magister

Slide 4 - Tekstslide

Waarvoor worden satellieten gebruikt?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Video

Voor welk apparaat gebruik jij een satelliet?

Slide 7 - Open vraag

Instructie
- GPS
- Satelliet
- Waarom gebruiken we dit?
- Hoe werkt het?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat is het nadeel van gps t.o.v. geografische kaarten?

Slide 10 - Open vraag

Wat weet je nog van de vorige les

Slide 11 - Woordweb

Les 2: opdracht uitgelegd
Stap 1: open Google maps, en zoek je eigen huisadres op
Stap 2: Bedenk in een straal van 2km in jouw omgeving een woord of figuur in het stratenpatroon (zie voorbeelden)
Stap 3: Schrijf de route uit op papier. Begin bij je eigen voordeur, ga links of rechtsaf, en beschrijf elke keer in welke windrichting je loopt. (Bijvoorbeeld: ik sla hier linksaf. Ik loop nu richting het noord-oosten). 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Verwerking:
- Deel 1 van je opdracht is nu af. 

- Je hebt op papier uitgeschreven welk figuur of woord je gaat lopen. 

- Je kunt in Paint ook op een screenshot van GoogleMaps de route zelf intekenen die je gaat lopen. Handig zo'n plattegrond tijdens het lopen!

- Bewaar je verslag op de ClassNote in de AK teams. De volgende les ga je hiermee verder.

Slide 18 - Tekstslide

Les 3: aardrijkskundig component omgeving

Tijdens het lopen van je route, kom je van alles tegen in je woonwijk. Je gaat een aantal onderdelen vastleggen met je fotocamera op je telefoon, die je plakt en toelicht in je verslag. De onderdelen zijn als volgt:

Slide 19 - Tekstslide

Weer
Welk weertype is het tijdens het lopen van je route? Omschrijf de volgende weerelementen en maak er een foto van:
- Neerslag
- Wind
- Zonneschijn of bewolkingsgraad
- Temperatuur

Slide 20 - Tekstslide

Klimaat
Welk klimaat hebben we in Nederland, hoe zie je dit terug in jouw eigen omgeving? Maak hier een foto van

(Denk aan bomen/planen, soorten dieren, vinden mensen het hier prettig om te wonen en zo ja, hoe zie je dat?)

Slide 21 - Tekstslide

Bouwstijl en ouderdom
Probeer er achter te komen wanneer jouw wijk gebouwd is. Bijvoorbeeld: mijn wijk is in de jaren '60 gebouwd.  

Wat is de typerende bouwstijl voor deze tijd? Maak hier een foto van onderweg.

Slide 22 - Tekstslide

Bevolking
Wat kun je vinden over het type bevolking in jouw wijk en hoe zij wonen? 

- Hoe is de bevolkingsdichtheid? Maak een foto waarop je dit terug ziet
- Bestaat je wijk uit vooral jonge of oude mensen? Hoe zie je dit terug? (bijvoorbeeld: veel jonge mensen want er zijn veel speeltuintjes)
- Bestaat je wijk vooral uit autochtonen of allochtonen?
- Hoe is de leefbaarheid in jouw wijk? Kijk hiervoor naar voorzieningen (parken, speeltuintjes, buurthuizen), is er veel criminaliteit en hoe rommelig is het op straat? Maak een foto waar je dit op terug ziet.

Slide 23 - Tekstslide

Welk kenmerk heeft een hoge bevolkingsdichtheid?

Slide 24 - Open vraag

Wat betekend autochtoon?
A
Iemand die Nederlands leest en schrijft
B
Iemand die in het buitenland is geboren
C
Iedereen die in NL is geboren
D
Jij + beide ouders zijn in NL geboren

Slide 25 - Quizvraag

Wanneer is een wijk goed leefbaar?

Slide 26 - Woordweb

Verwerking les 3
1. Pak je verslag uit de ClassNote er weer bij
2. Beschrijf alle onderdelen die genoemd zijn in deze les
(Weer, klimaat, bevolking, bouwstijl). Bedenk nu hoe je deze vier onderdelen tijdens het lopen van je route terug kunt zien in jouw wijk.
3. Download de app 'Strava' en maak een account aan. Dit gaan we in de volgende les gebruiken.

Slide 27 - Tekstslide

Les 4: Route lopen
1. Nodig: je telefoon met camera en Strava app. Is alles gelukt?
2. Zorg ervoor dat je je route uitgeschreven op papier of op je telefoon bij je hebt. 
3. Zet bij vertrek je Strava app aan. Belangrijk!
3. Neem een van je ouders mee (een beetje beweging tijdens het thuiswerken is goed!). Geef je uitgeschreven route aan je ouders
en kijk of zij samen met jou, jouw uitgeschreven route op de
juiste manier kunnen lopen.
4. Sla je route goed op! Je ziet hem na afloop terug in je overzicht.

Slide 28 - Tekstslide

Les 5 en 6: verwerking van je route in je verslag
In deze laatste twee lessen krijg je de tijd om je verslag te maken en in te leveren. In de Teamsles is de docent online, daar kun je vragen stellen.

- Verwerk een screenshot van je gelopen route, en foto's die je onderweg hebt gemaakt in je verslag dat je bewaard op de ClassNote

- Pak de rubriks op Teams erbij om te zien waar je verslag aan moet voldoen

- Lever je verslag in bij 'opdrachten' in Teams

Slide 29 - Tekstslide

Eisen verslag
Bekijk de rubriks bij de 'opdrachten' in Teams. Hier staat precies op welke onderdelen je moet scoren om een voldoende te halen.

- Schrijf in je eigen woorden. Probeer je verslag zo compleet mogelijk in te leveren.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video