Les 21.2 - §11.3 afstand en snelheid van sterren

Les 21.2
afstand en snelheid van sterren
Lesplanning: 
  1. Uitleg parallaxmethode en wet van Hubble
  2. Opgaven §11.3 afronden
  3. Klassikale opgave dubbelster
  4. Aflevering van cosmos
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 1 min

Onderdelen in deze les

Les 21.2
afstand en snelheid van sterren
Lesplanning: 
  1. Uitleg parallaxmethode en wet van Hubble
  2. Opgaven §11.3 afronden
  3. Klassikale opgave dubbelster
  4. Aflevering van cosmos

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet van Hubble
  • Uitdijend heelal: de meeste sterrenstelsels bewegen zich met grote snelheid van ons af. 
  • Oerknal: de verwijderingssnelheid van deze sterrenstelsels is evenredig met hun afstand. 
  • Wet van Hubble:


                    Ho = 2,3*10⁻¹⁸ s⁻¹

vr=Hod

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenopgave
De lijn van 410 nm is het gevolg van absorptie door water. Deze lijn is weergegeven in drie situaties, van de zon en van 2 sterrenstelsels. 
Leg uit waarom de spectra de theorie van het uitdijende heelal ondersteunt.  

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afstanden in het heelal
1 lichtjaar = .... m
A
3,0*10⁸
B
3,65*10⁸
C
9,5*10¹⁵ m
D
3,65 *10¹⁵

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


De afstand tot een ster

Parallaxmethode

De verplaating van een ster ten opzichte van veel verder weg gelegen 'stilstaande' sterren.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Parallaxmethode

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeldopgave 
Alpha Centauri
Parallaxhoek: 0,0002o
afstand = ... lj


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
§11.3 opgave 26, 27 en 28
Vorige les: (21), 22, (23) en 24
timer
25:00

Slide 8 - Tekstslide

4, 
De helft van de sterren die we 's nachts zien blijken bij nadere inspectie dubbelsterren te zijn (twee sterren die om elkaar heen draaien). De sterren zitten in sommige gevallen zo dicht bij elkaar dat we ze zelfs met een telescoop niet direct van elkaar kunnen onderscheiden. 
Hoe kunnen sterrenkundigen toch ‘zien’ dat het om een dubbelster gaat?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De helft van de sterren die we 's nachts zien blijken bij nadere inspectie dubbelsterren te zijn (twee sterren die om elkaar heen draaien). De sterren zitten in sommige gevallen zo dicht bij elkaar dat we ze zelfs met een telescoop niet direct van elkaar kunnen onderscheiden. 
Hoe kunnen sterrenkundigen toch ‘zien’ dat het om een dubbelster gaat?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Dubbelster
Op sommige momenten
staan beide absorptie-
lijnen in het diagram op
dezelfde plek.
A. Leg uit wanneer dit
   gebeurt.
antwoord

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Dubbelster

B. Welk(e) tijdstip(pen)
     in het diagram hoort
     bij de afbeelding?

C. Bereken de baanstraal
    van ster A.

Slide 12 - Tekstslide

va = ∆ λ / λ x c = 0,04 /410,17 x 3 *10⁸ =3,0*10⁴ m/s
v = 2pi r /T r = vT/2 pi = 3,0*10⁴ x (2,75*10⁶ / 2) / 2 pi = 6,6 * 10⁹ m
Cosmos a spacetime odyssey
Hiding in the light vanaf 28:28

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de radiale snelheid
van het 'veraf zonnestelsel'.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

The big bang - Het uitdijend heelal
Wat is het wetenschappelijk bewijs voor de oerknal? Het uitdijende heelal.

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt met het spectrum van een ster
als deze van je af beweegt?

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies