H3.5 Nederland en de zee

Nederland en de Zee

Paragraaf 3.5
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Nederland en de Zee

Paragraaf 3.5

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn voordelen van een stuwdam?

Slide 2 - Open vraag

Wat zijn nadelen van een stuwdam?

Slide 3 - Open vraag

Noem minimaal twee maatregelen wat Nederland inzet bij ´Ruimte voor de rivier´.

Slide 4 - Open vraag

Kribben
Uiterwaarden
Zomerdijk
Winterdijk
Binnendijks gebied
Buitendijks gebied

Slide 5 - Sleepvraag

buitendijks
binnendijks

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent de afkorting "NAP"?
A
Nieuw Amsterdams Polder
B
Nieuw Amsterdams Peil
C
Normaal Amsterdams Polder
D
Normaal Amsterdams Peil

Slide 7 - Quizvraag

Ligt gebied A onder of boven zeeniveau?

A
Onder
B
Boven

Slide 8 - Quizvraag

Wat zijn de twee belangrijkste oorzaken van zeespiegelstijging?

Slide 9 - Open vraag

Onze kust wordt beschermd door....

Slide 10 - Open vraag

Polder
  • Een gebied waar de mens de waterstand regelt
  • dit kan door een molen of een gemaal
  • niet pompen = vol lopen van de polder 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

inklinken
  • Water wordt weggepompt -> bodem zakt in ´lege ruimte´
  • Zie het als een spons die vol met water of leeg is
  • veenpolders klinken het snelst in omdat daar het meeste water wordt weggepompt

Slide 13 - Tekstslide

Dynamisch kustbeheer
vroeger:
  • zand storten bij wegggeslagen kust
tegenwoordig:
  • zand storten op één plek en natuur gaat werk zelf doen
  • natuur herstelt de kust

Slide 14 - Tekstslide

De Zandmotor of zandsuppletie werkt alleen bij een zeestroom van zuid naar noord.


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video