1.1 Hoe ontstond de industrie?

1.1 Hoe ontstond de industrie?
1.1
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.1 Hoe ontstond de industrie?
1.1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Introductie
2. Leerdoelen
3. Uitleg
4. Werktijd
5. Afsluiting
Planning

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijk eens in je kledinglabel, van welke grondstof is het gemaakt?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Hoe verliep de productie tijdens de 19e eeuw?
Belangrijke vragen bij 1.1
Hoe en waardoor nam de productie toe?
Hoe groeide de industrie in Nederland?
Hoe veranderde de verhouding tussen werkgevers en -nemers?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oude krachten

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lezen: Tekst blokken van cursus 1.1
Maken: 
  • opdracht 1 t/m 12
Leren: Leerdoelen, blauwe teksten en de dikgedrukte begrippen
Klaar?
- Herhaling
- Verdieping
- Eigen voorstel (overleg met je docent)
- Ander vak
timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

https://schooltv.nl/video/high-speed-history-wat-was-de-industriele-revolutie/#q=stoommachine

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke machine zorgde voor de start van de Industriële Revolutie?
A
De tractor
B
De katoenplukmachine
C
De Spinmachine
D
De Stoommachine

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Revolutie
= meer katoen spinnen...
= machines nodig die sneller werken dan mensen

= Snelle verandering

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelencheck
  1. Leg het begrip huisnijverheid uit. 
  2. Wat komt de grondstof voor de huisnijverheid vandaan?
  3. Leg het begrip industriële revolutie uit.
  4. Benoem 3 oude energiebronnen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem minimaal 1 ding over de industriële revolutie, dat je voor de les nog niet wist.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lezen: Tekst blokken van cursus 1.1
Maken: 
  • opdracht 1 t/m 12
Leren: Leerdoelen, blauwe teksten en de dikgedrukte begrippen
Klaar?
- Herhaling
- Verdieping
- Eigen voorstel (overleg met je docent)
- Ander vak
timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deel 2 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 2
1.1 Hoe ontstond de industrie?
1.1

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Herhaling vorige les
2. Leerdoelen
3. Uitleg
4. Tussendoor werktijd
5. Herhaling en afsluiting
Planning

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk logo hoort het tijdvak van burgers en stoommachines?
A
B
C
D

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens welke jaren was de tijd van burgers en stoommachines?
A
1600 tot 1700
B
1700 tot 1800
C
1800 tot 1900
D
1900 tot 2000

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijd van 
Burgers en Stoommachines
Dit was al uitgevonden
Dit werd toen uitgevonden
Dit moest nog worden uitgevonden

Slide 22 - Sleepvraag

1. Fotocamera
2. Stofzuiger
3. Stoommachine
4. Boekdrukkunst
5. Auto
6. Fiets
7. Telefoon
8. Briefgeld

Vroeger gebruikte men natuurlijke energiebronnen. Noem minimaal twee.

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Hoe verliep de productie tijdens de 19e eeuw?
Belangrijke vragen bij 1.1
Hoe en waardoor nam de productie toe?
Hoe groeide de industrie in Nederland?
Hoe veranderde de verhouding tussen werkgevers en werknemers?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welk voordeel heeft een stoommachine in vergelijking met spierkracht?
A
Stoommachines zijn groter.
B
Stoommachines kunnen overal neergezet worden.
C
Stoommachines worden minder snel moe.
D
Je hebt minder mensen nodig.

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lezen: Tekst blokken van cursus 1.1
Maken: 
  • opdracht 1 t/m 12
Leren: Leerdoelen, blauwe teksten en de dikgedrukte begrippen
Klaar?
- Herhaling
- Verdieping
- Eigen voorstel (overleg met je docent)
- Ander vak
timer
10:00

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Lezen: Tekst blokken van cursus 1.1
Maken: 
  • opdracht 1 t/m 12
Leren: Leerdoelen, blauwe teksten en de dikgedrukte begrippen
Klaar?
- Herhaling
- Verdieping
- Eigen voorstel (overleg met je docent)
- Ander vak
timer
10:00

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De tijd vóór de industriële revolutie
Oude energiebronnen
1. Spierkracht
2. Dierkracht
3. Waterkracht
4. Windkracht

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de industriële revolutie?
A
De overgang van jagen en verzamelen naar de landbouw
B
De trek van het platteland naar de stad
C
De overgang van werken met de hand naar werken met machines
D
Grote groepen arbeiders die in fabrieken werken.

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke zin staat een gevolg die de uitvinding van de stoommachine had voor de samenleving (hoe de mensen leefden)?
A
Op het platteland werden fabrieken gebouwd.
B
Men ontdekte dat je stoom kon gebruiken om machines te laten werken.
C
Om producten te vervoeren moest de stoomtrein worden uitgevonden.
D
Veel mensen verhuisden naar de steden om werk te zoeken.

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werd het werk gedaan in de fabrieken?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een revolutie?

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag:
Wat: lees en maak van 1.1 Hoe ontstond de industrie? vraag 5 t/m 11


Wanneer: deze les, en wanneer je het niet af krijgt, thuis afmaken.

Hulp: de theorie (lees goed!)
              buurman/buurvrouw naast je
              de docent

Klaar: maak herhaling of verdieping





Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heb je deze les gewerkt?
😒🙁😐🙂😃

Slide 42 - Poll

Deze slide heeft geen instructies