Hfd 2 - Rekenen met negatieve getallen HERHALING

Hfd. 2 Rekenen met negatieve getallen
§2.1
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hfd. 2 Rekenen met negatieve getallen
§2.1

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Lesdoelen
  • Herhaling
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Cijfers en Getallen
We kennen in totaal 10 cijfers:      0 1 2 3 4 5 6 7 8 9

Met deze 10 cijfers kunnen we getallen maken:
Het getal 35 bestaat uit:
 Het cijfer 3
 Het cijfer 5



Slide 3 - Tekstslide

Positieve en Negatieve getallen
Een getal boven nul is een positief getal.
Een getal onder nul is een negatief getal. Voor een negatief getal staat altijd een min (-).
Het getal 0 is geen positief en ook geen negatief getal.




Slide 4 - Tekstslide

Is 89 een positief of negatief getal?

Slide 5 - Open vraag

Tegengesteld getal
Een tegengesteld getal ligt even ver van de 0 af.



Het tegengestelde getal van 3 is dus -3

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het tegengestelde getal van 5,7?

Slide 7 - Open vraag

Wat is het tegengestelde getal van -35?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het tegengestelde getal van -0,1257?

Slide 9 - Open vraag

Groter dan of Kleiner dan
Er zijn tekens voor is groter dan en is kleiner dan.

Het teken > betekent groter dan
Het teken < betekent kleiner dan




Slide 10 - Tekstslide

Groter dan of Kleiner dan
Hoe verder naar links op de getallenlijn, hoe kleiner het getal.
Hoe verder naar rechts op de getallenlijn, hoe groter het getal.





Slide 11 - Tekstslide

Vul < of > in.

16 ... 9
A
>
B
<

Slide 12 - Quizvraag

Vul < of > in.

17 ... 16,5
A
>
B
<

Slide 13 - Quizvraag

Vul < of > in.

-0,5 ... -1,5
A
>
B
<

Slide 14 - Quizvraag

Vul < of > in.

-2 ... 8
A
>
B
<

Slide 15 - Quizvraag

Vul < of > in.

-15 ... -50
A
>
B
<

Slide 16 - Quizvraag

Optellen en Aftrekken
Je kunt bij een negatief getal een getal optellen of aftrekken.
Bereken: -6 + 4

Teken een getallenlijn
 Zet een kruisje bij -6
+ is naar rechts op de getallenlijn
Ga vanuit -6 4 stappen naar rechts.
Antwoord: -6 + 4 = -2



Slide 17 - Tekstslide

Optellen en Aftrekken

Slide 18 - Tekstslide

Het verschil
Het verschil tussen -5 en 8 is:

Slide 19 - Tekstslide

Het verschil
Het verschil tussen -5 en 8 is:

Slide 20 - Tekstslide

Het verschil
Het verschil tussen -5 en 8 is:

                          13

Slide 21 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen -10 en 4?

Slide 22 - Open vraag

Wat is het verschil tussen -6 en 14?

Slide 23 - Open vraag

Wat is het verschil tussen 5 en -2,5?

Slide 24 - Open vraag

Optellen en Aftrekken

Slide 25 - Tekstslide

Optellen en Aftrekken

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Bereken:
2 + 3 = ...

Slide 28 - Open vraag

Bereken:
-2 + 3 = ...

Slide 29 - Open vraag

Bereken:
2 + -3 = ...

Slide 30 - Open vraag

Bereken:
-2 + -3 = ...

Slide 31 - Open vraag

Bereken:
5 - 2 =

Slide 32 - Open vraag

Bereken:
-5 - 2 =

Slide 33 - Open vraag

Bereken:
5 - -2 =

Slide 34 - Open vraag

Bereken:
-5 - -2 =

Slide 35 - Open vraag

Vermenigvuldigen en Delen

Slide 36 - Tekstslide

Vermenigvuldigen

Slide 37 - Tekstslide

Bereken:
2 x 3 = ...

Slide 38 - Open vraag

Bereken:
-2 x 3 = ...

Slide 39 - Open vraag

Bereken:
2 x -3 = ...

Slide 40 - Open vraag

Bereken:
-2 x -3 = ...

Slide 41 - Open vraag

Delen

Slide 42 - Tekstslide

Bereken:
10 : 2 =

Slide 43 - Open vraag

Bereken:
-10 : 2 =

Slide 44 - Open vraag

Bereken:
10 : -2 =

Slide 45 - Open vraag

Bereken:
-10 : -2 =

Slide 46 - Open vraag

Zelf aan de slag
Opgaven 1 t/m 9 van Voorkennis (blz 8 en 9)


TL: Opgaven 1 t/m 9 van Voorkennis (blz 50 en 51)






    
                                               

Slide 47 - Tekstslide

Lesdoel
check

Slide 48 - Tekstslide

Aan het einde van deze les...
... kun je het verschil tussen twee getallen berekenen.
... kun je optellen en aftrekken met negatieve getallen.
... weet je wat een tegengesteld getal is. 

Slide 49 - Tekstslide

Lesdoelen:
Ik weet hoe ik het verschil tussen twee getallen kan berekenen.
Ik weet hoe ik kan optellen en aftrekken met negatieve getallen. 
Ik weet wat een tegengesteld getal is.

Slide 50 - Sleepvraag

Huiswerk
  • Opgaven 1 t/m 9 van Voorkennis (blz 8 en 9)

TL: Opgaven 1 t/m 9 van Voorkennis (blz 50 en 51) 


Slide 51 - Tekstslide