Hoofdstuk 4 Sport

Sport
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
levensbeschouwingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

Onderdelen in deze les

Sport

Slide 1 - Tekstslide

Welke sport beoefen jij?

Slide 2 - Open vraag

Wat is sport?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Omschrijving sport


Lichamelijke vaardigheden die in wedstrijdvorm getest worden, met regels en een organisatie.

Slide 5 - Tekstslide

Enkele opmerkingen
  • Schaken en dammen is ook sport

Waarom? --> Denken is óók een lichamelijke vaardigheid

  • Bij sommige lichamelijke vaardigheden is er geen sprake van competitie. De mensen die dit doen ervaren het wel als sport.


Slide 6 - Tekstslide

Indeling sport
  • Sport kun je op verschillende manieren indelen

a. Resultaatsport en vormsport

b. actieve en passieve sportbeoefening

c.. topsport en breedtesport

Slide 7 - Tekstslide

Actieve sportbeoefening


  • Doe je zelf aan sport


}Voorbeeld: je zit op tennis of voetbal.

Passieve sportbeoefening


  • Volg je een bepaalde sport zonder er zelf actief aan mee te doen

} Voorbeeld: naar een wedstrijd kijken

Slide 8 - Tekstslide

Resultaatsport
nastreven van een bepaald resultaat. Bijv.  zo snel mogelijk hard lopen of de meeste doelpunten maakt.


Vormsport
Bij vormsport gaat het er om hoe je een sport uitvoert.



Slide 9 - Tekstslide

Topsport


  • Is sport op het hoogste niveau
  • Sporters zijn er de hele week mee bezig
  • Meestal wordt er geld verdiend

Breedtesport


  • Is sport op lager niveau
  • Mensen doen het in hun vrije tijd
  • Er wordt er geen geld mee verdiend

Slide 10 - Tekstslide

Waarom sport?
  • Gezondheid: conditie op peil houden
  • Welbevinden: lekker in je vel zitten
  • Sociale contacten: in contact komen met andere mensen 
  • Status: door bepaalde sport, hoor je soms bij een bepaalde groep.
  • Geld: in sommige sporten is veel geld te verdienen.

Slide 11 - Tekstslide

rituelen in de sport
ritueel; handeling die steeds terugkomt op een vast tijdstip of bij een bepaalde gelegenheid.

Slide 12 - Tekstslide

Is sport belangrijk in jouw leven? En waarom?

Slide 13 - Open vraag

Sport en zingeving
zinvolle bezigheid;
  • waarden kwijt                                  
  • sport hoort bij jou                         
  • sport geeft jou een fijn gevoel

Slide 14 - Tekstslide

Sifan Hassan
hardlopen en zingeving                                                             







Slide 15 - Tekstslide

wat betekent Fair Play in de sport

Slide 16 - Open vraag

Fair Play;  eerlijk spelen, je houden aan de regels van de sport.
        je houden aan bepaalde normen en waarden

Fair Play waarden; eerlijkheid, sportiviteit, gezondheid, respect.

Slide 17 - Tekstslide

Dopinggebruik in de sport, mag dat?

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Reden dopinggebruik
  • Sporters hebben meerdere reden waarom ze doping gebruiken
  1. de beste willen zijn
  2. veel geld verdienen
  3. aanzien krijgen
  4. voldoen aan de verwachting van de omgeving
  • Dopinggebruik sport: wielrennen, gewichtheffen, atletiek,

Slide 20 - Tekstslide

Dopinggebruik
  • Een sporter heeft verschillende mogelijkheden om beter te presteren
  1.  veel trainen en gezonde voeding
  2. veel rusten en weinig alcoholgebruik
  • Sommige sporters gebruiken niet-natuurlijke middelen of methoden.
  • Dit heeft als doel om beter te presteren

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Definitie "doping"
Een niet-natuurlijk middel of methode waarbij een sporter het doel heeft om zijn spieren te versterken of zijn uithoudingsvermogen te verbeteren.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Dopinggebruik
  • Voorbeeld van een niet-natuurlijk middel of methode:doping
  • Doping kan twee belangrijke effecten hebben
  1. versterking van spieren
  2. verbetering van uithoudingsvermogen (conditie)

Slide 25 - Tekstslide

Argumenten voor dopinggebruik
  • Vrijheid van de sporter 
  • gelijkheid bestaat niet in de sport
  • Dopinggebruik in de sport kun je niet tegenhouden

Slide 26 - Tekstslide

Vrijheid van de sporter
Gelijkheid bestaat niet in de sport
Dopinggebruik kun je in de sport niet tegenhouden
Anderen mogen niet bepalen vat jij met je gezondheid doet
De 
één heeft meer talent dan de ander
Dopinggebruik zal ook in de toekomst voorkomen

Slide 27 - Sleepvraag

Argumenten tegen dopinggebruk
  • Doping is slecht voor de gezondheid
  • Doping is slecht voor het nageslacht
  • Een sporter moet zich aan de regels houden

Slide 28 - Tekstslide

Doping is slecht voor de gezondheid
Doping is slecht voor het nageslacht
Een sporter moet zich aan de regels houden
de samenleving moet de gezondheid van de sport beschermen
Als je een sport beoefent, moet je je aan de regels houden
Dopinggebruik kan leiden toet gezondheidsproblemen bij kinderen van de sporter

Slide 29 - Sleepvraag

Dopinggebruik en fitness
  •  betere prestaties leveren
  • bijwerkingen van andere dopingmiddelen tegengaan
  • een slank en/of gespierd lichaam verkrijgen

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

De Olympische spelen

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video



timer
0:30
Bekijk 30 seconden erg goed naar het plaatje. Je krijgt er zo een vraag over:

Slide 35 - Tekstslide

Ter ere van welke god waren de Olympische Spelen?
A
Niké
B
Poseidon
C
Apollo
D
Zeus

Slide 36 - Quizvraag

Welke 6 sporten zag je op de afbeelding?

Slide 37 - Open vraag

Antwoord:

1. Hardlopen

2. Speerwerpen

3. Discuswerpen

4. Worstelen

5. Boksen 

6. Ver springen

Slide 38 - Tekstslide

Olympische Spelen

  • Baron Pierre de Counbertin
  • 6 april 1896 
  • Athene
  • Moderne tijd

Slide 39 - Tekstslide

Meedoen belangrijker dan winnen.

  • ontmoeting van mensen en verbroedering
  • plezier hebben in het leveren van de presetaties
  • voorbeeld zijn voor jongeren
  • eerlijke manier sporten; Fair Play

Slide 40 - Tekstslide

Olympische Winterspelen
- 1924
- Deelnemers wilden skieën, schaatsen en bobsleën 
- Zelfde jaar

Slide 41 - Tekstslide

Olympische symbolen en rituelen
Olympisch vuur; symbool voor eeuwige verlangen van de mens naar eenheid
ontstoken in Griekse Olympia, fakkeltocht naar de olympische stad
Hymne
Olympische vlag

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Video

IOC
-Internationaal Olympisch Comité.
- Bepalen waar en Organiseren

Slide 44 - Tekstslide

Paraolympische spelen: voor mensen met een handicap

Special Olympics: voor mensen met een verstandelijke beperking

Slide 45 - Tekstslide

Politiek 
Politiek: Hitler, hij gebruikte de zomerspelen van 1936 om te laten zien hoe goed  en sterk het germaanse ras was.
In 1972 aanslag op israelische atleten  door palestijnse terroristen.

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Video

Slide 48 - Video

Commercie
Grote bedrijven steken als sponsor veel geld in de Spelen. Tv zenders betalen miljarden aan het Ioc om het uit te mogen zenden. 

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Video

Slide 51 - Link